4.3 LEZEN

Stap 1: Ga naar www.lessonup.app

Stap 2: Log in met OFFICE 365 

Stap 3: Je klikt op 'Ja, ik wil deelnemen aan de les'


                                         Welkom!
              Voordat de les is begonnen, heb jij:
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Stap 1: Ga naar www.lessonup.app

Stap 2: Log in met OFFICE 365 

Stap 3: Je klikt op 'Ja, ik wil deelnemen aan de les'


                                         Welkom!
              Voordat de les is begonnen, heb jij:

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4.3  LEZEN 
4.3 LEZEN

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doen we deze les?
  • Doel
  • Wat weet je al?
  • Uitleg 
  • Samen oefenen
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiten, huiswerk noteren

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

LESDOELEN H4.3
  • Je kunt de tekstdoelen  'amuseren' en 'activeren' in een tekst herkennen.
  • Je kunt uitleggen wat het woordje amuseren betekent.
  • Je kunt uitleggen wat het woordje activeren betekent

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een tekstdoel ook alweer?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom tekstdoel?

De schrijver van een tekst wil bij de lezer iets bereiken.


De tekst die geschreven wordt, heeft een doel.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is activeren?
A
Je wordt geïnformeerd over iets
B
Je wordt als lezer overgehaald iets te doen
C
Je moet iets zeggen
D
Jou wordt een instructie gegeven

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Reclame
 Even oefenen: welk doel heeft de schrijver van de teksten?
Tekst 2: nieuwsbericht
 Tekst 3

Slide 9 - Diapositive

Klassikaal opdracht 2 doen. Tip: als je in lesgeefmodus op het plaatje klikt, wordt-ie uitvergroot.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstdoel
De schrijver wil..
Voorbeeld tekstsoort
1)informeren
2) Instrueren
3) Activeren
4) Overtuigen
5) Amuseren
dat je iets te weten komt
dat je weet hoe je iets moet doen
je overhalen om iets te doen
dat je zijn mening overneemt
je vermaken
krantenbericht, verslag sportwedstrijd
recept, gebruiksaanwijzing
reclametekst, uitnodiging
bespreking van een film
verhaal, leesboek, strip

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een schoolboek hoort bij het tekstdoel:
A
Iets leuks vertellen
B
Informatie geven
C
Actief iets laten doen

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een advertentie hoort bij het tekstdoel:
A
Actief iets laten doen
B
Iets leuks vertellen
C
Informatie geven

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een strip hoort bij het tekstdoel:
A
Informatie geven
B
Iets leuks vertellen
C
Actief iets laten doen

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


  • Je kunt de tekstdoelen 'amuseren' en 'activeren' in een tekst herkennen.
  • Je kunt zoekend lezen.
LESDOELEN H4.3

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet je nog?
Verkennend lezen
Nauwkeurig lezen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet je nog?
Verkennend lezen
Nauwkeurig lezen
Voordat je de hele tekst gaat lezen.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet je nog?
Verkennend lezen
Nauwkeurig lezen
Voordat je de hele tekst gaat lezen.
- Je leest de titel en de 
   tussenkopjes.
- Je leest de inleiding en het slot.
- Je leest de woorden die  
   schuin- of dikgedrukt zijn.
- Je bekijkt de plaatjes en leest 
   de tekst bij de plaatjes.
- Je bekijkt de bron.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet je nog?
Verkennend lezen
Nauwkeurig lezen
Voordat je de hele tekst gaat lezen.
Als je precies wilt weten wat er in de tekst staat.
- Je leest de titel en de 
   tussenkopjes.
- Je leest de inleiding en het slot.
- Je leest de woorden die  
   schuin- of dikgedrukt zijn.
- Je bekijkt de plaatjes en leest 
   de tekst bij de plaatjes.
- Je bekijkt de bron.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet je nog?
Verkennend lezen
Nauwkeurig lezen
Voordat je de hele tekst gaat lezen.
Als je precies wilt weten wat er in de tekst staat.
- Je leest de titel en de 
   tussenkopjes.
- Je leest de inleiding en het slot.
- Je leest de woorden die  
   schuin- of dikgedrukt zijn.
- Je bekijkt de plaatjes en leest 
   de tekst bij de plaatjes.
- Je bekijkt de bron.
- Je leest de tekst zin voor zin.
- Je probeert zo goed mogelijk  
   te begrijpen wat er staat.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoekend lezen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoekend lezen
Bij zoekend lezen ben je op zoek naar het antwoord op een vraag.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoekend lezen
Bij zoekend lezen ben je op zoek naar het antwoord op een vraag.
Je bepaalt van tevoren nauwkeurig wat je wilt weten. Daarna kijk je naar:
- de tussenkopjes;
- de plaatjes;
- de schema's, grafieken,  
   tabellen;
- opvallende woorden.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig werken
Lees
Maak
Hoe
Tijd
10 minuten (stilte), daarna zachtjes overleg toegestaan
Eerder klaar?
Ga verder met 
Resultaat
Klassikaal nabespreken
timer
15:00
Lees
4.3 lezen 
Maak
Opdracht 1 t/m 8
Hoe
 Alleen en in stilte 15 minuten
Tijd
10 minuten (stilte), 5 minuten daarna zachtjes praten met elkaar
Eerder klaar?
Mag je even iets voor jezelf doen. Na 10 minuten gaan we het bespreken. Dan luister je weer.
Resultaat
Klassikaal nabespreken

Slide 25 - Diapositive

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

LESDOELEN BEHAALD? 
  • Je kunt de tekstdoelen  'amuseren' en 'activeren' in een tekst herkennen.
  • Je kunt uitleggen wat het woordje amuseren betekent.
  • Je kunt uitleggen wat het woordje activeren betekent

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb je de lesdoelen behaald?
  • Je kunt de tekstdoelen 'amuseren' en 'activeren' in een tekst herkennen.
  • Je kunt zoekend lezen.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk de tekst.

Je hoeft de tekst niet helemaal te lezen.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je bent benieuwd waar de tentoonstelling over gaat. Welk stuk van de tekst lees je?

Kies het goede tussenkopje.
A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je wilt weten wat de entreeprijs is.

Bij welk tussenkopje kijk je?


A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je ziet de tekst in een tijdschrift. Je wilt onthouden hoe laat het museum op zaterdag geopend is.

Welk stukje knip je uit om te bewaren?
A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welk tussenkopje moet je kijken als jouw klas een workshop wil volgen?
A
Computerspelletjes
B
Rondleidingen
C
Workshops voor scholen
D
Openingstijden en tarieven

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions