Hfd. 2.1 Wetenschap en politiek in de Griekse stadstaat

De tijd van de grieken en Romeinen
3000 v.C. - 500 n.C.


paragraaf 1
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

De tijd van de grieken en Romeinen
3000 v.C. - 500 n.C.


paragraaf 1

Slide 1 - Diapositive

Deel 1
Wetenschap en politiek in de Griekse stadstaat


Politiek en burgerschap

De ontwikkeling van het wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat

Slide 2 - Diapositive

Is een democratie een rechtvaardige samenleving?
JA
Nee

Slide 3 - Sondage

Klik voor meer info
Een polis werd vaak gebouwd op een plek die goed te verdedigen viel. Bijvoorbeeld op een hoger gelegen stuk grond.
Eenpolis werd omringd door landbouwgrond
'Griekenland' bestond niet. Maar er waren wel veel verschillende poleis die zich verbonden met elkaar voelden als één volk (volgende les). Ieder was onafhankelijk en had zijn eigen bestuur

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

In de Atheense stadstaat werd gebruikgemaakt van het ostracisme, het schervengericht. Eén keer per jaar kon de volksvergadering besluiten om dit schervengericht te houden. De leden van de volksvergadering krasten daarbij de naam van een politiek leider van wie zij af wilden op een potscherf. Degene tegen wie de meeste stemmen werden uitgebracht, werd voor tien jaar verbannen uit Athene.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Deel 2:
Wetenschap en politiek in de Griekse stadstaat


Wetenschap, filosofie en cultuur.
  • De ontwikkeling van het wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat​
  • De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur

Slide 10 - Diapositive

Herhalen en oefenen met bronnen
We gaan twee bronnen lezen van geschiedschrijver Herodotus.
Iedere bron gaat over een bepaalde bestuursvorm.
Jullie gaan de juiste bestuursvorm uit de bron halen en gebruiken de bron in je antwoord. 
Gebruik elementen uit de bron (zinsdelen) en licht deze toe bij het antwoord.

Slide 11 - Diapositive

Welke voorkeur voor
bestuursvorm heeft
Herodotus?
Licht je antwoord toe
met de bron

Slide 12 - Question ouverte

Welke voorkeur voor
bestuursvorm bespreekt
Herodotus hier?
Gebruik de bron in
je antwoord.

Slide 13 - Question ouverte


  • Je kunt drie redenen noemen waarom de Grieken het gevoel hadden dat ze één volk waren.
  • Je kunt twee kenmerken geven van de Griekse beeldenkunst en architectuur in de klassieke tijd.
  • Je kunt uitleggen waarom de klassieke beeldenkunst 'klassiek' heet.
  • Je kunt 3 bekende grieken noemen en uitleggen waarom ze bekend zijn.
  • Je kunt uitleggen wat het wetenschappelijk denken van de Grieken inhield.
Leerdoelen



Kenmerkend aspect
2a.De ontwikkeling van het wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat​
2b. De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Socrates

  • ‘Het enige wat ik weet is dat ik niets weet’
  • Ging op straat mensen levensvragen stellen
  • Ter dood veroordeeld voor het hebben van een slechte invloed op de jeugd. Hij bevroeg het bestaan van de goden en zorgde hierdoor voor onrust.
  • Hij liet zelf geen geschriften na! Plato schreef verslagen over Socrates’ gedachten

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Plato
  • Plato: alles op aarde is een afspiegeling van een hoger idee (ideeënwereld)
  • Volgens Plato waren filosofen het beste in staat ideeën te doorgronden en de mensheid de weg te wijzen.
  • Ethiek: wat is goed en fout?
  • Wat is rechtvaardig gedrag? (algemene normen worden bepaald door filosofen)

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Vidéo

Aristoteles
  • Aristoteles vond dat conclusies getrokken moesten worden uit observaties logisch nadenken.
  • Hoe komt kennis tot stand?
  • Hoe werkt wetenschap?
  • Uit handelingen algemene conclusies trekken

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo


Natuurfilosofen


  • Eigenlijk de voorlopers van moderne wetenschappers.
  • Hebben belangrijke ontdekkingen gedaan, die (soms) vandaag de dag nog steeds kloppen.

Slide 24 - Diapositive


Herodotus


  • Geschiedenis
  • Belangrijkste werk: Historiën
  • Dit werk bestaat uit 9 delen, vernoemd naar de 9 muzen uit de mythologie
  • Hij schreef over Egypte als 'het geschenk van de Nijl'

Slide 25 - Diapositive


Hippocrates

  • Artsenschool in Athene
  • Eed van Hippocrates

  • Ziek?
Misschien niet het bovennatuurlijke, maar het natuurlijke!

Slide 26 - Diapositive


Pythagoras


  • Wiskunde
  • Bekend van de stelling van Pythagoras
  • Deze leer je nog steeds bij Wiskunde...

Slide 27 - Diapositive


Beeldhouwkunst


  • Levensecht
  • Details
  • Dynamisch
  • Naakt
  • Ideaalbeeld van de mens: perfect en in balans

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive


Architectuur


  • Symmetrie
  • Veel zuilen
  • Gebouw bestaat uit verschillende onderdelen

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive


Schrijf 3 dingen op die je
deze les hebt geleerd

Slide 35 - Question ouverte


Stel 1 vraag over iets dat je in
deze paragraaf nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 36 - Question ouverte

Aan de slag
Opdrachten paragraaf 2.1: 
3, 5, 7, 8, 9 ,16, 18 en 28


Slide 37 - Diapositive