BTW: Belasting Toegevoegde Waarde

1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW: Belasting Toegevoegde Waarde

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
- Aan het einde van de les weet je wat BTW is
- Je kent de verschillende BTW-percentages
- Je begrijpt de relatie tussen ondernemers en BTW

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over BTW?
Welke BTW tarieven zijn er?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is BTW?
BTW staat voor Belasting Toegevoegde Waarde.
Het is een belasting die wordt geheven over de verkoop van goederen en diensten.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is accijns?
A
Een belasting op onroerend goed.
B
Een belasting op inkomen.
C
Een belasting op bepaalde goederen zoals alcohol en tabak.
D
Een belasting op brandstof.

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar wordt accijns voor gebruikt?
A
Om het gebruik van bepaalde producten te ontmoedigen en extra inkomsten te genereren voor de overheid.
B
Om investeringen in infrastructuur te financieren.
C
Om de kosten van de gezondheidszorg te dekken.
D
Om de economie te stimuleren.

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht: onderzoek waar geld BTW tarief 9% & 21% voor

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW-percentages
Er zijn verschillende BTW-percentages.
  • Het standaardtarief is 21%.
  • Daarnaast is er een verlaagd tarief van 9% voor bepaalde       goederen en diensten, zoals voedsel en boeken.
    (eerste menselijk levensbehoeften)
  • 0% = vrijstelling BTW

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

De ondernemer en BTW
Als ondernemer ben je verplicht om BTW af te dragen aan de Belastingdienst. 

Je brengt BTW in rekening aan klanten en draagt dit af aan de Belastingdienst.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bereken je de BTW op een factuur?
A
Door het bedrag zonder BTW te delen door het BTW-tarief
B
Door het BTW-tarief af te trekken van het bedrag zonder BTW
C
Door het bedrag zonder BTW te vermenigvuldigen met het BTW-tarief en dit resultaat af te trekken van het bedrag zonder BTW
D
Door het bedrag zonder BTW te vermenigvuldigen met het BTW-tarief en dit resultaat op te tellen bij het bedrag zonder BTW

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Facturen en BTW
Op een factuur moet altijd het BTW-bedrag apart vermeld worden. 
Dit maakt het voor de klant duidelijk welk bedrag aan BTW wordt berekend.

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

De betekenis van voorfinancieren van btw: Als ondernemer dien jij de btw te betalen die je in rekening hebt gebracht bij jouw klant of opdrachtgever. Ook van facturen die nog openstaan. In dat geval moet jij het bedrag voorschieten, ook wel het voorfinancieren van btw genoemd.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW-aangifte
Ondernemers moeten periodiek BTW-aangifte doen bij de Belastingdienst.
Hierbij geven zij aan hoeveel BTW zij hebben ontvangen en hoeveel zij hebben afgedragen.

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel BTW moet ondernemer afdragen aan belastingdienst?

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW-verlegd
Bij sommige transacties wordt de verantwoordelijkheid voor het afdragen van BTW verlegd naar de afnemer.
Dit wordt BTW-verlegd genoemd.

Slide 38 - Diapositive

Wanneer en Hoe BTW Verleggen?
De toepassing van de verleggingsregeling is afhankelijk van verschillende factoren. Enkele veelvoorkomende situaties zijn:
Internationale Handel: Wanneer je diensten of goederen levert aan bedrijven in andere EU-landen of daarbuiten.
Specifieke Sectoren: Zoals de bouwsector, waar onderaannemers vaak de BTW verleggen naar de hoofdaannemer.
Bepaalde Goederen en Diensten: Zoals de levering van mobiele telefoons, chips, en bepaalde diensten in de telecommunicatie en schoonmaak.
Facturering bij BTW Verlegd
Als een ondernemer de BTW verlegt, moet dit duidelijk op de factuur worden vermeld. Dit betekent dat de factuur de vermelding ‘BTW verlegd’ bevat en het BTW-identificatienummer van de afnemer. De leverancier berekent geen BTW, maar de afnemer is verantwoordelijk voor de aangifte en afdracht van deze BTW.

Slide 39 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenvatting
BTW is een belasting op de verkoop van goederen en diensten. Er zijn verschillende BTW-percentages en ondernemers zijn verplicht BTW af te dragen aan de Belastingdienst.

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 41 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 42 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 43 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.