BTW: Belasting Toegevoegde Waarde

1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW: Belasting Toegevoegde Waarde

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
- Aan het einde van de les weet je wat BTW is
- Je kent de verschillende BTW-percentages
- Je begrijpt de relatie tussen ondernemers en BTW

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over BTW?
Welke BTW tarieven zijn er?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is BTW?
BTW staat voor Belasting Toegevoegde Waarde.
Het is een belasting die wordt geheven over de verkoop van goederen en diensten.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Directe belastingen worden direct betaald aan de overheid. Dit is bijvoorbeeld de belasting die je over je inkomen moet betalen of de belasting die bedrijven over hun winst betalen. Indirecte belastingen zijn belastingen op producten en diensten, zoals de btw.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is accijns?
A
Een belasting op onroerend goed.
B
Een belasting op inkomen.
C
Een belasting op bepaalde goederen zoals alcohol en tabak.
D
Een belasting op brandstof.

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar wordt accijns voor gebruikt?
A
Om het gebruik van bepaalde producten te ontmoedigen en extra inkomsten te genereren voor de overheid.
B
Om investeringen in infrastructuur te financieren.
C
Om de kosten van de gezondheidszorg te dekken.
D
Om de economie te stimuleren.

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht: onderzoek waar geld BTW tarief 9% & 21% voor

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW-percentages
Er zijn verschillende BTW-percentages.
  • Het standaardtarief is 21%.
  • Daarnaast is er een verlaagd tarief van 9% voor bepaalde       goederen en diensten, zoals voedsel en boeken.
    (eerste menselijk levensbehoeften)
  • 0% = vrijstelling BTW

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De ondernemer en BTW
Als ondernemer ben je verplicht om BTW af te dragen aan de Belastingdienst. 

Je brengt BTW in rekening aan klanten en draagt dit af aan de Belastingdienst.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bereken je de BTW op een factuur?
A
Door het bedrag zonder BTW te delen door het BTW-tarief
B
Door het BTW-tarief af te trekken van het bedrag zonder BTW
C
Door het bedrag zonder BTW te vermenigvuldigen met het BTW-tarief en dit resultaat af te trekken van het bedrag zonder BTW
D
Door het bedrag zonder BTW te vermenigvuldigen met het BTW-tarief en dit resultaat op te tellen bij het bedrag zonder BTW

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Facturen en BTW
Op een factuur moet altijd het BTW-bedrag apart vermeld worden. 
Dit maakt het voor de klant duidelijk welk bedrag aan BTW wordt berekend.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel BTW moet ondernemer afdragen aan belastingdienst?

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW-aangifte
Ondernemers moeten periodiek BTW-aangifte doen bij de Belastingdienst.
Hierbij geven zij aan hoeveel BTW zij hebben ontvangen en hoeveel zij hebben afgedragen.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW-verlegd
Bij sommige transacties wordt de verantwoordelijkheid voor het afdragen van BTW verlegd naar de afnemer.
Dit wordt BTW-verlegd genoemd.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenvatting
BTW is een belasting op de verkoop van goederen en diensten. Er zijn verschillende BTW-percentages en ondernemers zijn verplicht BTW af te dragen aan de Belastingdienst.

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 34 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 35 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 36 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.