Btw in Nederland en Duitsland

Btw in Nederland en Duitsland

Leerdoelen

Aan het eind van de les kun je uitleggen hoe btw in Nederland en Duitsland werkt.

Introduceer de leerdoelen aan het begin van de les.

Wat weet je al over btw in Nederland en Duitsland?

Wat is btw?

Btw staat voor Belasting Toegevoegde Waarde en is een belasting op de verkoop van goederen en diensten.

Leg kort uit wat btw is en waar het voor staat.

Hoeveel btw wordt er geheven?

In Nederland is het btw-tarief 21% voor de meeste producten en diensten. In Duitsland is het btw-tarief ook 19% of 7% voor sommige producten en diensten.

Leg uit hoeveel btw er wordt geheven in Nederland en Duitsland.

Btw-aangifte

Bedrijven moeten btw-aangifte doen bij de Belastingdienst in Nederland en bij het Finanzamt in Duitsland. Dit moet meestal maandelijks of per kwartaal gebeuren.

Leg uit hoe de btw-aangifte werkt en wat er moet worden gemeld.

Btw-verlegd

Soms wordt de btw verlegd naar de afnemer in plaats van de leverancier. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij de invoer van goederen uit andere EU-landen.

Leg uit wat btw-verlegd inhoudt en wanneer dit gebeurt.

Btw-identificatienummer

Bedrijven die btw-plichtig zijn, hebben een btw-identificatienummer nodig. Dit nummer moet worden vermeld op facturen en website.

Leg uit wat een btw-identificatienummer is en waar het voor wordt gebruikt.

Verschillen tussen Nederland en Duitsland

Er zijn enkele verschillen tussen de btw-regels in Nederland en Duitsland. Zo zijn er verschillende btw-tarieven en zijn sommige producten vrijgesteld van btw in het ene land maar niet in het andere.

Benadruk de belangrijkste verschillen tussen Nederland en Duitsland.

Samenvatting

Btw staat voor Belasting Toegevoegde Waarde en is een belasting op de verkoop van goederen en diensten. In Nederland is het btw-tarief 21% en in Duitsland is het btw-tarief 19% of 7%. Bedrijven moeten btw-aangifte doen en hebben een btw-identificatienummer nodig.

Vat de belangrijkste punten van de les samen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.