K5 Parallelschakelingen, spanning, stroom & weerstand

K5 Parallelschakelingen, spanning, stroom & weerstand

Parallelschakeling

In een parallelschakeling

zitten meerdere apparaten

op verschillende stroomkringen. 

Parallelschakeling

• Een parallelschakeling is een schakeling met vertakkingen.
  

Parallelschakeling

• Als je 1 lampje er bijv. uitdraait zal het andere lampje gewoon blijven branden. De stroom kan dan nog een complete stroomkring maken.
  

Stroomsterkte

De stroomsterkte in een parallelschakeling verdeeld.

De batterij levert 1A (0,4A + 0,6A)

Spanning

De spanning is in de hele schakeling gelijk.

Elk lampje krijgt 6.0V binnen.

Weerstand

Parallel gebruik je de volgende formule:

​Rv​​1​​=​R1​​1​​+​R2​​1​​....

Formule ombouwen Rv =?

​Rv​​1​​=​R1​​1​​+​R2​​1​​....

Rv=​(​R1​​1​​+​R2​​1​​)​​1​​

Basisformule:

Je zet dus de 1 boven de Rv boven het hele stukje aan de linkerkant

Spanning	Stroomsterkte	Weerstand
Gelijk	Verdeeld	Formule

De stroomsterkte verdeeld zich. De spanning blijft gelijk

Een parallelschakeling bestaat uit drie weerstanden met 33Ω, 84Ω en 150Ω.
Bereken de vervangingsweerstand

Hoe groot is de totale stroomsterkte van deze parallelschakeling?

1. I = 24 A
2. I = 9 A
3. I = 3 A
4. I = 2 A

Parallelschakeling met weerstanden
1 = 10 Ω, 2 = 25 Ω, 3 = 50 Ω, 4=25 Ω
Wat is de vervanging weerstand

Wat geldt er voor de spanning in een parallelschakeling?

In een parallelschakeling heb je drie weerstanden
R1 = 20 ohm R2 = 60 ohm en R3 = 100 ohm. De spanningbron heeft een spanning van 6V.
Bereken de totale weerstand van deze schakeling.
Maak een foto van het antwoord.

De batterij geeft een spanning van 1.5 Volt.
Maakt het uit in deze schakeling waar ik de spanning meet? Leg uit.

Hiernaast zie je een schakeling met 3
weerstanden getekend.
Bereken de spanning over weerstand 3.

Teken een parallelschakeling van 2 lampjes. Teken ook een spanningsmeter die de spanning over 1 lampje meet.

Een parallelschakeling bestaat uit twee weerstanden van 22 ohm en 47 ohm. Bereken de vervangingsweerstand

Wat gebeurt er met de spanning in een parallelschakeling?

1. De spanning wordt gedeeld door het aantal onderdelen
2. De spanning neemt af naarmate er meer onderdelen worden toegevoegd
3. De spanning wordt vermenigvuldigd met het aantal onderdelen
4. De spanning blijft gelijk voor alle onderdelen

Deze parallelschakeling heeft drie dezelfde lampjes. Ik meet op het aangegeven punt een stroomsterkte van 50 mA.
a) Wat is de stroomsterkte bij punt 1?
b) Wat is de stroomsterkte bij punt 2?
Maak een foto van je uitwerkingen en upload deze hieronder.

Stroomsterkte door lampje 1 en 2 = 0,4 A

Hoeveel is de totale stroomsterkte?

1. 0,1 A
2. 0,2 A
3. 0,4 A
4. 0,8 A

Betty maakt een parallelschakeling met drie lampjes. Ze sluit de schakeling aan op een gelijkspanningsbron. Zij meet in deze opstelling de volledige stroom en de spanning.
Maak een tekening hiervan en stuur op!

Sleep je elementen naar de juiste begrippen.

Serieschakeling

Parallelschakeling

Spanning is gelijk

Spanning wordt verdeeld

Opdracht 2: 

Bekijk de parallelschakeling hiernaast. 

Welke lamp heeft de laagste weerstand?

Plaats hier het juist antwoord

Lamp A

Lamp B

Lamp C

Lamp D

Parallelschakelingen

Wat is de stroomsterkte door lampje 3?

I = .... A

Welk lampje brandt het felst?

0,2

0

0,4

0,6 

1

2

1,2 

3

Serieschakeling

Parallelschakeling

Spanning verdeeld

Stroomsterkte verdeeld

Spanning gelijk

Stroomsterkte gelijk

Serieschakeling

Parallelschakeling

Alles in 1 stroomkring

Meerdere stroomkringen

Overal dezelfde spanning

Spanning wordt verdeeld

1 lampje kapot = alles uit

1 lampje kapot = de rest blijft aan

Serieschakeling

Parallelschakeling

Wat weet je nog van serie- en parallelschakelingen?
Hoe zien ze er uit, en hoe gedragen de spanning en stroom zich? 

Stroom (I) gelijk

Spanning (U) gelijk

Stroom (I) verdeelt zich

Spanning (U) verdeelt zich