Het lijdend en het meewerkend voorwerp

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Aujourd'hui,

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?

1. Petit quiz sur la COI (het meewerkendvoorwerp) 

2. Grammaire: Het lijkdend voorwerp 

LE QUIZ

Wat is het meewerkend voorwerp?
"Je donne les devoirs aux étudiants de français"

1. les devoirs
2. étudiants
3. aux étudiants
4. aux étudiants de français

Door welke persoonlijk vnw kun je de meewerkend voorwerp vervangen?
"Je donne les devoirs aux étudiants"

1. Je leur donne les devoirs
2. Je lui donne les devoirs
3. Je nous donne les devoirs
4. Je vous donne les devoirs

Wat is het meewerkend vnw?
"Je trouve que tu réponds très brutalement à ta mère et à moi"

1. à ta mère
2. brutalement
3. à ta mère et à moi
4. à moi

"Je trouve que tu réponds très brutalement à ta mère et à moi" is het zelfde als:

1. Je trouve que tu nous réponds brutalement.
2. Je trouve que tu leur réponds brutalement

GRAMMAIRE: 

Het lijdend voorwerp 

Het lijdend voorwerp

Weet je hoe je de lijkdend voorwerp kan vinden is een zin? 

Bijv. Le client achète un nouveau téléphone.

Het lijdend voorwerp

Je moet de vraag "Wat" of ''Wie" stellen. 

Le client achète un nouveau téléphone

Wat koopt de klant? Een nieuw telefoon. 

Het lijdend voorwerp

Het lijdend voorwerp kun je in het Frans vervangen door: 

le 

la 

l'

les

Het lijdend voorwerp

Le / la / l' of les komt het hele werkwoord 

Bijv: Je vais prendre un café 

un café = lijdend voorwerp 

prendre = hele ww 

dus

Je vais le prendre.

Het lijdend voorwerp

Maar als er geen hele werkwoord is dan komt Le / la / l' of les  de persoonsvorm

Bijv: Je prends un café 

un café = lijdend voorwerp 

prends = pv

dus

Je le prends.

Tu vas acheter les légumes? 

1. Tu les vas acheter
2. Tu vas acheter les
3. Tu vas les acheter

Tu connais la chanteuse Shym? 

1. Tu connais la?
2. Tu la connais?