1E 27 en 28 mei

Voordat we gaan beginnen...
Doe je telefoon in de telefoontas
Leg je boeken op tafel

Leg je huiswerk (de zinnen van Teams) op de hoek van je tafel
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Voordat we gaan beginnen...
Doe je telefoon in de telefoontas
Leg je boeken op tafel

Leg je huiswerk (de zinnen van Teams) op de hoek van je tafel

Slide 1 - Diapositive

Lezen uit je leesboek

10 minuten
in stilte

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Lezen uit je leesboek

Werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde
Wat weet je nog?
Huiswerk nakijken
Nog even oefenen

Slide 3 - Diapositive

Wat weet je nog?
Wat is het verschil tussen een werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde?

Welke stappen neem je om te bepalen of het een wg of een ng is?
timer
1:30

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Nog even oefenen..
pv - ond - wwg/ng
a. Sommige dove en slechthorende mensen gebruiken gebarentaal.
b. Gebarentaal is een echte taal met een eigen grammatica.
c. Verschillende landen hebben verschillende gebarentalen.
d. Elk begrip in de gebarentaal heeft een eigen gebaar.
e. Er zijn speciale scholen voor dove kinderen.
f. Tegenwoordig wordt gebarentaal steeds populairder.
g. In 2021 heeft de overheid de Nederlandse gebarentaal als officiële taal erkend.

timer
10:00

Slide 6 - Diapositive

Grammatica woordsoorten

Slide 7 - Diapositive

Voordat we gaan beginnen...

Doe je telefoon in de telefoontas
Leg je boeken op tafel


Slide 8 - Diapositive

Lezen uit je leesboek

10 minuten
in stilte

Slide 9 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Lezen uit je leesboek

Grammatica woordsoorten
Wat weet je nog?
Stukje uitleg
Snap je het?
Huiswerk maken
Afsluiter

Slide 10 - Diapositive

Wat weet je nog?
lidwoord
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
hulpwerkwoord
zelfstandig werkwoord
koppelwerkwoord
timer
2:00

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Arthur Bates Jr., een inwoner van de Amerikaanse stad Slidell, [is] gearresteerd.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 13 - Quiz

Arthur Bates Jr., een inwoner van de Amerikaanse stad Slidell, is [gearresteerd.]
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 14 - Quiz

Hij [was] zogenaamd betrokken bij een ongeval bij een ongeval met een Tesla Model 3.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 15 - Quiz

Hij was zogenaamd [betrokken] bij een ongeval bij een ongeval met een Tesla Model 3.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 16 - Quiz

Het ongeval [was] hartstikke nep.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 17 - Quiz

Inmiddels [is] hij gearresteerd wegens het doen van een valse aangifte.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 18 - Quiz

Inmiddels is hij [gearresteerd] wegens het doen van een valse aangifte.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 19 - Quiz

De rechtszaak tegen hem [zal] niet ingewikkeld worden.
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 20 - Quiz

De rechtszaak tegen hem zal niet ingewikkeld [worden].
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 21 - Quiz

lw - zn - bn - hww - zww - kww
a. Een veer van de uitgestorven vogelsoort huia is maandag geveild voor 46.521 Nieuw-Zeelandse dollar (ruim 26.100 euro).
b. Daarmee is het volgens veilinghuis Webb's de duurste veer  / die ooit is geveild.
c.  Het veilinghuis verwachtte / dat de veer tussen de 2.000 en 3.000 Nieuw-Zeelandse dollar zou opbrengen.
d. De huia was een zwarte zangvogel met een kenmerkend wit uiteinde van de staart.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Afsluiter
Noteer een zin over deze les met daar in:
- lw
- bn
- zn
- hww
- zww / kww

Slide 24 - Diapositive