3MD 19 december

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Goedemorgen 3MD

Telefoon in je tas

Pen & papier op tafel ...

klaar voor zin 1 van het dictee van de dag

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Zin 1

Nog ongeveer een uur en dan begint eindelijk de kerstvakantie, die in mijn hoofd al is gestart.

Zin 2

Willen jullie allemaal alsjeblieft uitkijken als je vuurwerk afsteekt, zodat jullie volgend jaar weer met tien vingers terugkomen. 

Agenda

• Dictee 
• De toets (bespreken)
• Opdracht werkwoordspelling
• Evaluatie toets

De toets

1. Fouten zijn er om van te leren!

2. Herkansen?

3. Een taal leren ...alles komt steeds weer terug.

De toets

Deel 1: leesvaardigheid

Deel 2: spelling (werkwoorden) > dictee

Deel 3: schrijfopdracht > fictie

Toets controleren

1. Klopt het aantal punten, met de punten in RTTI

2. Schrijfopdracht: s, f, i

3. 

Spelling?

Waarom? 

Vul de goede werkwoordsvorm in

Tegenwoordige tijd (tt) en verleden tijd (vt)

Voltooid deelwoord

Ik verlang (tt) naar Kerstmis.

Ik verlangde (vt) vorig jaar ook al naar Kerstmis.

Ik heb nog nooit naar Kerstmis verlangd. 

Sterke en zwakke werkwoorden

Sterk: Ik loop/liep, slaap/sliep, zwem/zwom, zing/zong, steel/stal

Zwak: Ik verlang/verlangde, werk/werkte, sport/sportte, lach/lachte, speel/speelde

Maak opdracht 

1. Maak de opdracht werkwoordspelling

2. Vul de vragen aan de achterkant in

3. Lever in bij de docent

En nu ....vakantie!

Bespreken 

1. Nieuwe titel

2. 5 w-vragen: wat? wanneer? waar? wie? waarom?

Zelf aan de slag

1. Afmaken 5 w-vragen

2. Afmaken opdracht Zwarte Zwaan. Kijk naar de feedback

3. Verder lezen Zwarte zwaan/NUMO

 Fictie      

                                                     VERZONNEN                                                                                                         

Kan echt gebeuren (realistisch)          Kan niet gebeuren (niet-                                                                                                                 realistisch)                                                          

Non-fictie

Niet verzonnen. 

- krant

- lesboek

- Wikipedia

Huiswerk blz. 12-13 Kern

1) Wat zou echt kunnen gebeuren? 

2) Fictie & 3) kenmerk fictie: VERZONNEN

9) Feiten: (1911-2004), man van koningin Juliana, vier dochters

10) ...twee (of meer) buitenechtelijke kinderen. Er gaan verhalen 11) Amuseren 

Nieuw: Genres  blz. 14

Soorten verhalen

Kern

Lees genres blz. 14

1) Van welk soort genres houd jij? Schrijf ze op.

2) Welk genre is Zwarte zwaan? Leg uit.

3) Schrijf de namen van de hoofdpersonen op en geef van alletwee een karaktertrek/eigenschap. 

Personages blz. 38

Type (typisch) =overdreven 

Ontwikkeling

Innerlijk & Uiterlijk

Opdracht

SCHRIJF OP IN JE SCHRIFT: 

1) Uiterlijk Rifka: 

                                        2) Innerlijk Rifka:                        omdat?

3) Uiterlijk Duuf:

                                       4) Innerlijk Duuf:                       omdat?

5) Wat weet je van Mori?

Zwarte zwaan

Afsluiting

Volgende les (volgende week donderdag): 

1. Kern, Zwarte zwaan & pen en papier mee 

2. Lees verder tot en met ....

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

JdW-kijkwijzer

Lesopbouw:

1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen
2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen
3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
4. EVALUATIE: Afsluiting

Controlevragen

1. a.
2. b.
3. c.
4. d.

7. Formatief handelen

De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.

    Begrippen uit deze les

Exit ticket;