Duits hfdst 1
Zwanzig
A
Twintig
B
Vijftien
C
achttien
D
Elf
1 / 17
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Zwanzig
A
Twintig
B
Vijftien
C
achttien
D
Elf
Slide 1 - Quiz
Schrijf op
(zonder hoofdletters)
Achttien, twaalf, elf, oud
(zonder hoofdletters)
Achttien, twaalf, elf, oud
Slide 2 - Question ouverte
Wie ben je?
A
Wie heißt du?
B
Wer bist du?
C
Woher kommst du?
D
Wo wohnst du?
Slide 3 - Quiz
Ich bin
Er ist
Sie sind
Woher
ik ben
Hij is
u bent
waarvandaan
Slide 4 - Question de remorquage
vier, vijf, zes, negen
A
vier, drei, fünf, neun
B
vier, fünf, sechs, zehn
C
vier, fünf, acht, neun
D
vier, fünf, sechs, neun
Slide 5 - Quiz
de naam
A
der Name
B
die name
C
das name
D
den name
Slide 6 - Quiz
de straat
A
der Straße
B
das Straße
C
die Straße
D
den Straße
Slide 7 - Quiz
der
die
die
das
Jahr
Straße
Adresse
Name
Slide 8 - Question de remorquage
Vertaal in het Duits
(zonder hoofdletters)
de mensen, fietsen, de maand
(zonder hoofdletters)
de mensen, fietsen, de maand
Slide 9 - Question ouverte
vaak
A
Tschüss
B
Essen
C
Gerne
D
Oft
Slide 10 - Quiz
der
die
die
das
Essen
Woche
E-mail-Adresse
Monat
Slide 11 - Question de remorquage
doei
A
Tschüss
B
Essen
C
Gerne
D
Oft
Slide 12 - Quiz
graag
A
Tschüss
B
Essen
C
Gerne
D
Oft
Slide 13 - Quiz
Schrijf op in het Duits
(geen hoofdletters)
de week, de vriend, de mensen
(geen hoofdletters)
de week, de vriend, de mensen
Slide 14 - Question ouverte
Wie
A
Wer
B
Was
C
Wo
D
Wie
Slide 15 - Quiz
Wat
A
Wer
B
Was
C
Wo
D
Wie
Slide 16 - Quiz
Vertaal in het Duits
(zonder hoofdletters)
Uit, wie, wat, waar, zijn
(zonder hoofdletters)
Uit, wie, wat, waar, zijn
