4.2 De Romeinse samenleving

De Romeinen  

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

De Romeinen  

Slide 1 - Diapositive

Koningkrijk
Republiek

Keizerrijk 
Rome in het begin
Rome na 509 v.C.
Rome na 27 v.C.

Slide 2 - Question de remorquage

Welk motief hadden Romeinen om oorlog te voeren
A
De meeste waren slaaf en moesten in het leger vechten
B
De soldaten haalden eer uit de gevechten en kregen een deel van de buit
C
De Romeinen zagen het als hun plicht om de wereld te onderwerpen
D
De soldaten kregen al hun wapens en uitrusting van de staat en konden dus gemakkelijker oorlog voeren

Slide 3 - Quiz

Wie waren de Carthagers?
A
Bondgenoot van de Romeinen tegen de Grieken
B
De rijke families in de samenleving
C
De best getrainde soldaten in het Romeinse leger
D
Vijand van de Romeinen in drie oorlogen

Slide 4 - Quiz

Het Romeinse rijk had gebieden in de werelddelen:
A
West-Europa
B
Noord-Afrika
C
Zuid-Amerika
D
Midden-Oosten

Slide 5 - Quiz

Wie stonden tijdens de burgeroorlogen tegenover elkaar?
A
De verschillende Romeinse steden
B
De legeraanvoerders en hun soldaten
C
De verschillende legeraanvoerders die elkaar bestreden
D
De senaat tegenover de bevolking

Slide 6 - Quiz

Waarom noemen we de tijd vanaf 27 v.C. de 'keizertijd'

Slide 7 - Question ouverte

Hoe konden de Romeinen de vrede (pax Romana) behouden?

1:Door allianties te sluiten met stammen op de grens van het rijk.
2: Door de verharde wegen die de Romeinen hadden aangelegd in het hele rijk.
3: Door steden te bouwen waar legioenen konden verblijven.
4: Door de lokale stammen op te nemen in de Romeinse cultuur.
A
1 en 2 zijn goed
B
3 en 4 zijn goed
C
2 en 3 zijn goed
D
ze zijn allemaal goed

Slide 8 - Quiz

Welk soort samenleving was er in het Romeinse Rijk?
A
Landbouwsamenleving
B
Stedelijke samenleving
C
Agrarische samenleving
D
Landbouwstedelijke samenleving

Slide 9 - Quiz

Welk antwoord is goed over de Romeinse economie
A
Door de slechte wegen in het Romeinse rijk was er geen handel
B
Geld werd alleen in Rome gebruikt omdat daar de Keizer verbleef
C
De groeiende nijverheid en landbouw zorgde voor meer handel in het Romeinse rijk
D
De pax Romana was nadelig voor de Romeinse economie

Slide 10 - Quiz

De Romeinse stad

Slide 11 - Carte mentale

Hoe waren de sociale verschillen in de Romeinse samenleving
A
Er was een democratie dus iedereen had evenveel te zeggen
B
De Romeinse economische groei was voor iedereen merkbaar
C
De lagere sociale laag leefden allemaal in lemen hutjes
D
De rijke Romeinen vertegenwoordigden maar een klein deel van de samenleving

Slide 12 - Quiz

Wat betekent de proletariaat

Slide 13 - Question ouverte

Boeren/ slaven
Landbouwvilla 
Grootgrondbezit 

Slide 14 - Question de remorquage

Wat waren de 'brood en spelen'
A
Gratis voedsel voor alle armen in de stad
B
Middel om de bevolking rustig te houden
C
Gladiatoren die vochten voor een vrouw
D
Training voor Romeinse soldaten voordat ze oorlog gingen voeren

Slide 15 - Quiz

Werden alle slaven slecht behandelt?

Slide 16 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van de multiculturele samenleving in het Romeinse rijk

Slide 17 - Question ouverte

1: In het westen werd er Grieks gesproken
2: In het oosten werd er Latijn gesproken
A
1 is goed
B
2 is goed
C
1 en 2 zijn goed
D
ze zijn allebei fout

Slide 18 - Quiz

Hoe konden de onderdanen tijdens het keizerrijk zich Romeins voelen?

Slide 19 - Question ouverte

Wat houdt een polytheistische godsdienst in?
A
Geloven in meerdere goden
B
Geloven in één god
C
De keizer is de enige god
D
Het niet accepteren van andere goden

Slide 20 - Quiz

Zoek de belangrijkste god voor de Romeinen op doormiddel van een foto

Slide 21 - Question ouverte

Wie is deze god?

Slide 22 - Question ouverte

Wat kan je zeggen over de Romeinse tolerantie van anders gelovigen?

Slide 23 - Question ouverte

Wat waren de gevolgen voor de Romeinse veroveringen op de Grieken
A
De Romeinen zagen de Grieken als minderwaardig
B
De Romeinen waren onder de indruk van de Griekse cultuur en zo ontstond er een Grieks-Romeinse cultuur
C
De Griekse steden werden platgebrand waardoor veel cultuur verloren ging
D
De Romeinen zorgde ervoor dat deze Grieks-Romeinse cultuur verder werd verspreid over Europa

Slide 24 - Quiz

Het burgerrecht was voor iedereen in het Romeinse rijk geldig
A
Ja dat klopt
B
Nee alleen voor de patriciërs
C
Nee niet voor onderdanen
D
Ja als je maar in Rome woonde

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Vidéo