8.3 Toonhoogte en frequentie 3B

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Toonhoogte
Snaren en Toonhoogte
De toonhoogte van een gitaar kun je makkelijk aanpassen. Dit doe je als je er muziek mee wilt maken, maar ook als je het instrument wilt stemmen.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Trillingen
Met een trilling bedoelen we in de natuurkunde een beweging die zich steeds herhaalt. 

Slide 5 - Diapositive

Opdracht 1
Hoeveel trillingen staan er in de afbeelding getekend?

Slide 6 - Diapositive

Frequentie
Frequentie is het aantal trillingen per seconde.
Het symbool voor frequentie is de kleine letter f. 
De frequentie wordt gemeten in hertz (Hz). 

Slide 7 - Diapositive

Trillingstijd

Slide 8 - Diapositive

Trillingstijd/frequentie
Hertz
Seconde
Frequentie
Trilling
Hz
T
f
s

Slide 9 - Diapositive

Trillingstijd/frequentie
Om iets te kunnen zeggen over de toonhoogte van een geluid, kun je kijken naar de frequentie (f) of de trillingstijd (T). Hoe hoger de frequentie , hoe groter het aantal trillingen per seconde. 
Hoe groter het aantal trillingen per seconde, hoe hoger het geluid. 
Bij een hogere frequentie duurt elke trilling steeds minder lang. Het is logisch dat frequentie en trillingstijd zoveel met elkaar te maken hebben. 
In de formuledriehoek hiernaast zie je het verband tussen de trillingstijd en de frequentie.

Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld
Een trillend voorwerp doet precies 30 ms over 1 trilling. Hoe groot is de frequentie van deze trilling?
?

Slide 11 - Diapositive

Opdracht 2

Slide 12 - Diapositive

Opdracht 2 - uitwerking

Slide 13 - Diapositive

De frequentie is het aantal trillingen per minuut
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Wat is de eenheid van frequentie?
A
Frq
B
Hr
C
Hz
D
Fq

Slide 15 - Quiz

Als de frequentie omlaag gaat, gaat de toonhoogte...
A
Omhoog
B
Omlaag
C
Verandert niet

Slide 16 - Quiz

Een oscilloscoop...
A
Kan geluid omzetten in een elektrisch signaal
B
Kan een elektrisch signaal omzetten in geluid
C
Werkt als een microfoon

Slide 17 - Quiz

Tekst/Opdrachtenboek
Tekstboek
Doorlezen/bestuderen: 
2. Toonhoogte en frequentie (blz. 129 t/m 131)


Werkboek
Maken + nakijken: 
opdracht 11 t/m 24 (blz. 100 t/m 102)

Slide 18 - Diapositive