IB_FR_2_Unité 1 - How do other people live? - Cours 1

1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startklaar
timer
5:00
Doe je jas uit.
Mobiel in de tas.
Oortjes in de tas.
Doe je tas op de grond.
Laptop dicht op tafel.
Schoolspullen op tafel.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tijdens de les.../ Pendant le cours...
... ben je stil als de docent aan het woord is.
... vous êtes silencieux lorsque le professeur parle.
... ben je stil als er een klasgenoot aan het woord is.
... vous êtes silencieux lorsqu'un camarade de classe parle.
... luister je naar wat de docent zegt en volg je instructies op.
... écoutez ce que le professeur dit et suivez les instructions.
.... ben je te allen tijde vriendelijk.
... vous êtes amical à tout moment.
... doe je actief mee.
... vous participez activement.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij zijn hier om te leren!

Wij kunnen samen leren.

Fouten maken hoort bij het leerproces.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bonjour!
Unité 1
Voorkennis/ Connaissance

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Quel est ton mot préféré en français?
Wat is je favoriete woord in het Frans?

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke woorden, werkwoorden en onderwerpen ken je in het Frans?
Quels mots, verbes et sujets tu connais en français?

Slide 13 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Het is aan jou om jezelf voor te stellen!
À vous de vous présenter!
Voorkennis/ Connaissance
Que veux-tu faire quand tu seras grand ? Pourquoi?
Wat wil je doen als je groot bent?Waarom?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Que veux-tu faire quand tu seras grand ? Pourquoi?
Wat wil je doen als je groot bent?Waarom?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Até aqui

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Réviser les verbes Être et Avoir
  • Apprendre des verbes en -ER.
  • Faire un poster sur Canva - comment vivent les autres.

Eind van de les kan jij...
...werkwoorden -ER gebruiken.
...praten over het huis en de omgeving van anderen.


 
 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les Verbes
ÊTRE
AVOIR
DANSER
Je suis
Tu es
Il / Elle est
Nous sommes
Vous êtes
Ils / Elles sont
J'ai
Tu as
Il / Elle a
Nous avons
Vous avez
Ils / Elles ont
Je danse
Tu danses
Il / Elle danse
Nous dansons
Vous dansez
Ils / Elles dansent

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

le verbe être
Je suis
Tu es
Il est
Elle est
On est
Nous sommes
Vous êtes
Ils sont
Elles sont

Het werkwoord zijn
Ik ben
Jij bent
Hij is
Zij is
Men is (we zijn)
Wij zijn
Jullie zijn / u bent
Zij zijn mmv
Zij zijn vmv

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

le verbe avoir
J'ai
Tu as
Il a
Elle a
On a
Nous avons
Vous avez
Ils ont
Elles ont

Het werkwoord hebben
Ik heb
Jij hebt
Hij heeft
Zij heeft
Men heeft (we hebben)
Wij hebben
Jullie hebben / u heeft
Zij hebben mmv
Zij hebben vmv

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het is aan jou om jezelf voor te stellen!
À vous de vous présenter!
Voorkennis/ Connaissance
Je m'appelle ____ (ton prénom).
J'ai ____ ans. (ton âge)
J'ai ____ (quantité) frères et soeurs.
Je suis né(e) à _____ (ville).
Je suis _____ (ta nationalité).
J’habite à ______ (ta ville).
Je parle ____ (tes langues).

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Comment se souhaite-t-on la bonne année dans le monde ?
Vidéo
Hoe wensen we elkaar over de hele wereld een gelukkig nieuwjaar?

https://www.1jour1actu.com/monde/comment-se-souhaite-t-on-la-bonne-annee-dans-le-monde

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie
PENSER
PARTAGER
HABITER
Je / J'
pense
partage
habite
Tu
penses
partages
habites
Il / Elle
pense
partage
habite
Nous
pensons
partageons
habitons
Vous
pensez
partagez
habitez
Ils / Elles
pensent
partagent
habitent
Verbes en -ER

Slide 24 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Instructie
-ER
Je / J'
-e
Tu
-es
Il / Elle
-e
Nous
-ons
Vous
-ez
Ils / Elles
-ent
Verbes en -ER
Apprendre!
Leren!

Slide 25 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Questions: Que?
Qu'est-ce que tu aimes faire? = Wat vind je leuk om te doen??
J'aime parler en français.

Qu'est-ce que c'est ta matiére favorite?
C'est le français.

Qu'est-ce que tu détestes?
Je déteste l'anglais.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Conjuguez les verbes

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Temps de recherche
  1. - Kies een land dat je leuk of interessant vindt.
  2. - Onderzoek de verschillende soorten woningen in verschillende regio's van het land.
  3. - Download de foto's of maak een screenshot.
  4. - In je schrift, schrijf 3 dingen over elke soort woning in het Frans.
  5. - Deel je foto's en aantekeningen in LessonUp.


Learner profile
Inquirer
Rechercheur

Slide 28 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

La maison des autres
Partagez vos découvertes!

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Faire un poster
Global context:
TIME
&
SPACE
Vous devez l'indiquer sur l'affiche : / Op de poster moet je dit vermelden:

- Le nom du pays choisi. /Naam van je gekozen land.
- Une carte du pays. / Een kaart van het land.
- Des photos des différents types de maisons que vous avez recherchées./Foto's van de verschillende soorten woning die je hebt onderzocht.
- Brève explication en français sur les biens (région, caractéristiques, détails)./Korte uitleg in het Frans over de woningen (regio, karakteristieken, bijzonderheden).
- Ton nom/Je naam.
- Tip: Gebruik CANVA om je poster te maken.

Slide 30 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Vandaag heb ik erover geleerd:

Slide 31 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb meer hulp nodig met:

Slide 32 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Je sais utiliser les verbes ÊTRE et AVOIR lorsque j'écris.
Ik wek hoe ik de werkwoorden ÊTRE (zijn) en AVOIR (hebben) met gebruiken als ik schrijf.
Reflectie
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Je peux utiliser les verbes en -ER lorsque je parle de la façon dont les autres vivent.
Ik kan werkwoorden ER gebruiken als ik praat over hoe anderen leven.
Reflectie
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Je sais écrire des phrases en français sur la façon dont les autres personnes vivent.
Ik weet hoe ik zinnen in het Frans moet schrijven over hoe andere mensen leven.
Reflectie
😒🙁😐🙂😃

Slide 35 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Neem de zinnen over in je schrift.

Comment tu t'appelles? Je m'appelle _______.
Hoe heet jij? Ik heet _______.

Je m'appelle _______, et toi?
Ik heet _______, en jij?

Slide 37 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Instructie


Welke letters klinken anders?
Quelles lettres sonnent différemment ?




Slide 38 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

On va parler français!
Et toi, qu'est-ce que tu souhaites pour cette nouvelle année?
Je souhaite...
timer
1:00

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie








Checklist: 
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp, Cornell-methode, etc.
  • Meertaligheid functioneel inzetten
  • Koppeling concept met local context leerlingen (leefwereld) en global context
  • Koppeling met ATL-skills 
  • Iedereen bij de les betrekken

Slide 40 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Programme
  • Voorkennis/ Connaissances
  • Leerdoelen /Objectifs d'apprentissage
  • Instructie/ Instruction
  • Aan de slag/ Commence
  • Reflectie en leerdoelen check/Vérification des objectifs d'apprentissage

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welkom bij VAK
Unit 1:
Learner Profile: ....
ATL: ....
Related concepts: ....
Key concept: ....
Statement of Inquiry
Global context: ....

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bonjour!
Unité 1
Programme
  • Se présenter
  • Les chiffres
  • Verbes être et avoir


Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overzicht periode #
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
...
...



...
...
...
...
...

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik-opdracht

Slide 45 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie








Checklist: 
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp, Cornell-methode, etc.
  • Meertaligheid functioneel inzetten
  • Koppeling concept met local context leerlingen (leefwereld) en global context
  • Koppeling met ATL-skills 
  • Iedereen bij de les betrekken

Slide 46 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Voorbeelden











Checklist: 
  • Dual Coding (woord en beeld combineren)
  • Koppeling concept met local context leerlingen (leefwereld) en global context

Slide 47 - Diapositive

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 48 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag








Checklist:
  • Inquiry based (kennis is voorwaardelijk!)
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik, wij, jij, wij)
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel
  • Stimuleren van ATL-skills

Slide 49 - Diapositive

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 50 - Quiz

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de verschillende lesfasen gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt leerlingen willekeurig met open vragen. Hierbij stimuleert de docent het kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen werk met elkaar te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden in te zetten.