IB_FR_3_Unité 1 - innovation scientifique - Cours xxx

1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startklaar
timer
5:00
Doe je jas uit.
Mobiel in de tas.
Oortjes in de tas.
Doe je tas op de grond.
Laptop dicht op tafel.
Schoolspullen op tafel.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tijdens de les.../ Pendant le cours...
... ben je stil als de docent aan het woord is.
... vous êtes silencieux lorsque le professeur parle.
... ben je stil als er een klasgenoot aan het woord is.
... vous êtes silencieux lorsqu'un camarade de classe parle.
... luister je naar wat de docent zegt en volg je instructies op.
... écoutez ce que le professeur dit et suivez les instructions.
.... ben je te allen tijde vriendelijk.
... vous êtes amical à tout moment.
... doe je actief mee.
... vous participez activement.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij zijn hier om te leren!

Wij kunnen samen leren.

Fouten maken hoort bij het leerproces.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Innovation scientifique et science
Unité 1
Voorkennis/ Connaissance

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke woorden, werkwoorden en onderwerpen ken je in het Frans?
Quels mots, verbes et sujets tu connais en français?

Slide 6 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Ik kan mezelf voorstellen.
  • Ik kan tot 20 tellen.
  • Ik ken het Franse alfabet.

 
 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie
Je gaat jezelf nu voorstellen. Je vertelt hoe je heet en vraagt aan de volgende leerling hoe hij/zij heet.


Optie 1: Je m'appelle Marie, et toi?


Optie 2: Comment tu t'appelles? Je m'appelle Marie.

Slide 9 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Neem de zinnen over in je schrift.

Comment tu t'appelles? Je m'appelle _______.
Hoe heet jij? Ik heet _______.

Je m'appelle _______, et toi?
Ik heet _______, en jij?

Slide 10 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 11 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie
  1. Schrijf de getallen 1 t/m 20 over in je schrift.

Slide 13 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
  1. Schrijf de getallen 1 t/m 20 over in je schrift.
  2. Maak de zinnen af:

J'ai ___ ans. / Ik ben ___ jaar oud.
J'ai ___ frère(s) et ___ soeurs./ Ik heb ___ broer(s) en ___ zussen.
Mon frère a ___ ans. / Mijn broer is ___ jaar oud.
Ma soeur a ___ ans. / Mijn zus is ___ jaar oud.


Slide 14 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.


Combien d'enfants ont-ils?
Hoeveel kinderen hebben ze?
Controle vragen
A
Deux
B
Huit
C
Six
D
Quatre

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Quel âge a-t-elle?
Hoe oud is ze?
Controle vragen
A
Elle a trois ans.
B
Elle a douze ans.
C
Elle a neuf ans.
D
Elle a dix-neuf ans.

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


À partir de quel âge peut-on conduire?
Vanaf welke leeftijd mag je autorijden?
Controle vragen
A
À partir de dix-huit ans.
B
À partir de dix-sept ans?
C
À partir de seize ans.
D
À partir de douze ans?

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Combien de mois y a-t-il dans une année ?
Hoeveel maanden heeft een jaar?
Controle vragen
A
Vingt
B
Douze
C
Quinze
D
Treize

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het is aan jou om jezelf voor te stellen!
À vous de vous présenter!
Voorkennis/ Connaissance
Bonjour, 
Je m'appelle ____ (prénom).
J'ai ____(quantité) ans.
J'ai ____ (quantité) frères et soeurs.
Je suis _____ (nationalité).
Je parle ____ (langues).

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het is aan jou om jezelf voor te stellen!
À vous de vous présenter!
Voorkennis/ Connaissance
Que veux-tu faire quand tu seras grand ? Pourquoi?
Wat wil je doen als je groot bent?Waarom?

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie


Welke letters klinken anders?
Quelles lettres sonnent différemment ?




Slide 22 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Welke letters klinken anders?
A
E, G, H, J, W, Y
B
A, D, J, L, O, Z
C
E, F, G, I, M, R
D
A, D, E, G, H, J

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

À vous maintenant!
Oefen in tweetallen
Épelez votre propre prénom en français.
Spel je eigen voornaam in het Frans.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag heb ik erover geleerd:

Slide 25 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb meer hulp nodig met:

Slide 26 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe goed heb ik de les van vandaag begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Reflectie
Checklist:
  • Ik stelde mezelf voor in het Frans.
  • Ik kende de cijfers van 0 tot 20.
  • Ik heb het alfabet geleerd.


Doelen voor volgende les:
Ik zal de werkwoorden leren om te zijn en te hebben.




Slide 28 - Diapositive

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Quel est ton mot préféré en français?
Wat is je favoriete woord in het Frans?

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

On va parler français!
Et toi, qu'est-ce que tu souhaites pour cette nouvelle année?
Je souhaite...
timer
1:00

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie








Checklist: 
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp, Cornell-methode, etc.
  • Meertaligheid functioneel inzetten
  • Koppeling concept met local context leerlingen (leefwereld) en global context
  • Koppeling met ATL-skills 
  • Iedereen bij de les betrekken

Slide 32 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Programme
  • Voorkennis/ Connaissances
  • Leerdoelen /Objectifs d'apprentissage
  • Instructie/ Instruction
  • Aan de slag/ Commence
  • Reflectie en leerdoelen check/Vérification des objectifs d'apprentissage

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het is aan jou om jezelf voor te stellen!
À vous de vous présenter!
Voorkennis/ Connaissance
Je m'appelle ____ (prénom).
J'ai ____(quantité) ans.
J'ai ____ (quantité) frères et soeurs.
Je suis né à _____ (ville).
Je suis _____ (nationalité).
J’habite à ______ (ville).
Je parle ____ (langues).

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welkom bij VAK
Unit 1:
Learner Profile: ....
ATL: ....
Related concepts: ....
Key concept: ....
Statement of Inquiry
Global context: ....

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bonjour!
Unité 1
Programme
  • Se présenter
  • Les chiffres
  • Verbes être et avoir


Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overzicht periode #
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
...
...



...
...
...
...
...

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik-opdracht

Slide 38 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie








Checklist: 
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp, Cornell-methode, etc.
  • Meertaligheid functioneel inzetten
  • Koppeling concept met local context leerlingen (leefwereld) en global context
  • Koppeling met ATL-skills 
  • Iedereen bij de les betrekken

Slide 39 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Voorbeelden











Checklist: 
  • Dual Coding (woord en beeld combineren)
  • Koppeling concept met local context leerlingen (leefwereld) en global context

Slide 40 - Diapositive

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag








Checklist:
  • Inquiry based (kennis is voorwaardelijk!)
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik, wij, jij, wij)
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel
  • Stimuleren van ATL-skills

Slide 42 - Diapositive

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 43 - Quiz

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de verschillende lesfasen gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt leerlingen willekeurig met open vragen. Hierbij stimuleert de docent het kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen werk met elkaar te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden in te zetten.