paragraaf 1.2 De mens in het landschap

paragraaf 1.2 De mens in het landschap
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

paragraaf 1.2 De mens in het landschap

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Wat zijn kenmerken van een dwarsprofiel van een rivier in Nederland?
  • Hoe heeft het menselijk handelen invloed op het regiem van een rivier?
  • Hoe heeft het menselijk handelen invloed op water in het landschap en op waterkwaliteit?


Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

De uiterwaarden liggen in het rivierengebied.....
A
binnendijks
B
buitendijks

Slide 4 - Quiz

Zoek een afbeelding van de uiterwaarden waaruit ook de functie van de uiterwaarden in de zomermaanden en wintermaanden naar voren komt.

Slide 5 - Question ouverte

functie uiterwaarden is waterbergend vermogen (hoog water)
In dit kader functie uiterwaarden: natuur ,veeteelt en recreatie

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Waar wonen van oudsher de meeste mensen in het rivierengebied?
A
Komgronden
B
Uiterwaarden
C
Oeverwallen

Slide 8 - Quiz

Twee soorten dijken
▪️ winterdijk —> ligt op de oeverwal, hoog

▪️ zomerdijk —> ligt dichtbij de rivier, lager

uiterwaarden

Slide 9 - Diapositive

Dwarsprofiel=
dwarsdoorsnede  van de rivier

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Welke drie ingrepen in het rivierenlandschap door de mens komen in het filmpje aan bod?

Slide 12 - Question ouverte

Ook ontbossing is een menselijke ingreep.
Leg uit waardoor het regiem van een rivier onregelmatiger wordt door de menselijke ingrepen.

Je antwoord moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

Slide 13 - Question ouverte

vertragingstijd

De vertragingstijd neemt door ingrepen in het landschap af.


Het water komt dus sneller in de rivier.

Hierdoor neemt de piekafvoer toe.

Slide 14 - Diapositive

Vertragingstijd
afhankelijk van:
  1. vegetatie
  2. ondergrond
  3. invloed van de mens

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Watergebruik in Nederland
Op welke twee manieren wordt drinkwater in NL gewonnen?
-oppompen van grondwater (water niet zichtbaar)
-inname oppervlaktewater (zichtbaar water)

Slide 18 - Diapositive

Deltawerken
 groen: de vroegere kust die door de Deltawerken geen verdediging meer tegen de zee is;

 rood: de kust die het land moet verdedigen tegen hoogwater.

Slide 19 - Diapositive

opgave 5d. Leg uit hoe het zoute zeewater vroeger via de Nieuwe Waterweg zo ver landinwaarts kon stromen.

Je antwoord moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten. Beantwoord in de volgende dia.

Slide 20 - Diapositive

Leg uit hoe het zoute zeewater vroeger via de Nieuwe Waterweg zo ver landinwaarts kon stromen.

Je antwoord moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

Slide 21 - Question ouverte

Beredeneer met dezelfde atlaskaart in twee stappen hoe het binnendringende zoute water nu wordt teruggedrongen.

Slide 22 - Question ouverte

opdringen zout water bij lage waterstand

Slide 23 - Diapositive

Zeespiegelstijging
  1. Gletsjers in berggebieden en landijs op Groenland en Antarctica smelten. Er komt daardoor meer water in de oceanen terecht. 
     2. Het zeewater wordt door hogere temperaturen ook iets warmer. Warmer water zet uit en neemt meer ruimte in beslag. Dit is de belangrijkste oorzaak van zeespiegelstijging.


Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

Bodemdaling
-> kanteling Nederland (ijstijd)
westen daalt, oosten komt omhoog.
-> minder sedimentatie a.g.v bedijkingen
-> inklinken veen en klei
-> veenoxidatie, verteren van veen dat boven grondwater uitkomt
-> aardgaswinning

Slide 26 - Diapositive

Bodemdaling

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Kwelwater

Slide 29 - Diapositive

verdroging= verlagen grondwaterstand
verzilting= achterblijven van zout na verdamping

Slide 30 - Diapositive

Kribben
twee doelen:

  1. bevaarbaar houden rivier
  2. snel afvoeren water

Slide 31 - Diapositive

Check begrippen:
* Stroomstelsel (boven-, midden- en benedenloop)
* verval/verhang
* stroomgebied
* waterscheiding
* vertragingstijd
* regiem/debiet
* regen-, gletsjer- of gemengde rivier
* piekafvoer
*vertragingstijd

Slide 32 - Diapositive