Fictie les 20

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

FICTIE 

Wat gaan we doen

- Nakijken 

- terugblik vorige les

- uitleg fictie

- lesdoel

- zelf aan de slag

- afsluiting

Nakijken 

Les 26 opdracht 1 t/m 9 

Hoe ziet de indeling van een tekst er vaak uit?

1. Inleiding - kern
2. Titel - inleiding - kern
3. Inleiding - kern - slot
4. Inleiding - deelonderwerpen

Wat staat er in de inleiding van een tekst?

1. Je komt te weten wie de hoofdpersonen zijn.
2. Je maakt kennis met de conclusie van de tekst.
3. Je maakt kennis met het onderwerp van de tekst.
4. Je leest wat de deelonderwerpen van de tekst zijn.

Lesdoelen

Aan het einde van de les:

- weten we hoe we een boek kunnen kiezen

- kunnen we vertellen wie een hoofdpersoon is èn waarom

- we kunnen vertellen wat het verschil is tussen hoofdpersonen en bijpersonen

Wat is fictie?

1. Verzonnen
2. Niet verzonnen
3. Realistisch

Waarop let jij als je een
leesboek uitzoekt?

Wat is een pictogram?

Waaraan herken je
de hoofdpersoon
in een boek?

Een hoofdpersoon herken je:

- doordat je veel over die persoon te weten komt

(hoe hij/zij eruit ziet, wat hij/zij denkt)

- aan het feit dat die persoon veel meemaakt

- doordat die persoon zich veel ontwikkelt in een boek (van stil meisje, tot stoere heldin)

Waaraan herken je een
bijfiguur in een boek?

Een bijfiguur

- leer je niet echt kennen

Een bijfiguur/bijpersoon komt wel in het verhaal voor, maar is niet belangrijk voor dat verhaal. 

Zelf aan de slag

Wat?	Afmaken les 27 opdracht 1 t/m 12 Werk aan les 20 opdracht 1 t/m 9 op blz. 44 en 45
Hoe?	Lees de opdrachten en probeer de antwoorden te vinden
Klaar?	Ga stillezen
Tijd?	30 minuten
Dan:	Kort bespreken wat er gemaakt is. Zijn er vragen? Ben je moeilijkheden tegengekomen?

Vertel iets over hoofdpersonen en bijfiguren...