Ga op de juiste plek zitten. Zorg dat je bent ingelogd op de lessonup.
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2
Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Ga op de juiste plek zitten. Zorg dat je bent ingelogd op de lessonup.
Slide 1 - Diapositive
Ga op de juiste plek zitten . Zorg dat je bent ingelogd op de lessonup.
Slide 2 - Diapositive
8.1 - Geluid maken en horen
Slide 3 - Diapositive
Lesdoelen voor vandaag
8.1.5 Je kunt berekeningen maken met de geluidssnelheid in lucht.
Slide 4 - Diapositive
Welke drie dingen zijn er nodig om geluid te horen?
Slide 5 - Diapositive
Bron, tussenstof, ontvanger
Slide 6 - Diapositive
Bron, tussenstof, ontvanger
Slide 7 - Diapositive
Door welke stof kan het geluid zich het snelst verplaatsen?
A
lucht
B
water
C
helium
D
koper
Slide 8 - Quiz
Welk voorwerp is GEEN geluidsbron?
A
stemvork
B
muziekinstrument
C
het verkeer
D
microfoon
Slide 9 - Quiz
Hoe noem je de lucht waardoor geluid zich verplaatst van een geluidsbron naar een ontvanger?
A
geleider
B
isolator
C
tussenstof
D
geen van allen
Slide 10 - Quiz
Geluid komt binnen in je oorschelp. Geef van links naar rechts aan langs welke onderdelen het geluid naar de hersenen gaat.
gehoorbeentjes
slakkenhuis
oorschelp
gehoorzenuw
Slide 11 - Question de remorquage
Welk onderdeel wordt met de 1 aangegeven?
1
A
oorgat
B
gehoorgang
C
gehoorbeentjes
D
oorschelp
Slide 12 - Quiz
Welk onderdeel wordt met de 2 aangegeven?
2
A
trommelvlies
B
slakkenhuis
C
gehoorbeentjes
D
zenuw
Slide 13 - Quiz
Je kunt een geluid alleen horen als er een tussenstof is: een stof waardoor de trillingen zich kunnen verplaatsen van de geluidsbron naar een ontvanger.
Sleep het juiste woord naar de juiste afbeelding.
geluidsbron
ontvanger
tussenstof
Slide 14 - Question de remorquage
Geluidssnelheid van lucht
Slide 15 - Diapositive
De geluidsnelheid door vaste stoffen
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Vidéo
Vuistregel afstand onweer
Tel de seconden tussen bliksem en donder en vermenigvuldig met 343 m/s. Je hebt dan de afstand in meter!
Vb: De tijd tussen de bliksem en de donder is 3 seconden. De afstand: 340 x 3 = 1029 meter (ongeveer 1 km)
Slide 19 - Diapositive
v.b. onweer
Er zit zes seconden tussen de tijd van het zien van de bliksem en het horen van de donder. Hoe ver is het onweer verwijderd als het 20°C is ?
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak alle opdracht van H8.1 af. Maak daarna de test jezelf
Hoe? Je overlegt fluisterend voor de eerste 15 minuten