Taal groep 7 - eten en drinken

We leren woorden die te maken hebben met "eten en drinken".
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

We leren woorden die te maken hebben met "eten en drinken".

Slide 1 - Diapositive

Waar denk je aan bij eten en drinken?

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Diapositive

Wat betekent het aroma?
A
De geur
B
De kleur
C
De smaak
D
De hoeveelheid

Slide 4 - Quiz

Wat is conserveren?
A
roosteren op een gril
B
een stof in het eten die je nodig hebt
C
ervoor zorgen dat je eten langer kunt bewaren
D
heel erg smullen van

Slide 5 - Quiz

De vrouw is vanavond gastvrouw. Hoe noem je de man?

Slide 6 - Diapositive

De man noem je ... ?

Slide 7 - Question ouverte

de feestmaaltijd
 eten op een hoog vuur bakken en regelmatig omscheppen
een stof in het eten die je nodig hebt
een beker waarin je vloeistoffen kunt afmeten
de voedingsstof 
de maatbeker 
roerbakken
het banket 

Slide 8 - Question de remorquage

Op de barbeque kun je eten ...
A
afmeten
B
grillen
C
conserveren

Slide 9 - Quiz

Wat is deze meneer met de maatbeker aan het doen?

Slide 10 - Diapositive

Wat is deze meneer met de maatbeker aan het doen?

Slide 11 - Question ouverte

We zien hier onder andere peper, kaneel en gember. Hoe noemen we deze producten ook wel?

Slide 12 - Diapositive

Dit noemen we ook wel?
A
conserveren
B
roerbakken
C
specerijen
D
de maatbeker

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive