2-9

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

1.3 lezen en maken

1.2 en 1.3 nakijken

1.4 maken

Woordenlijst (bij tijd over)

• Je oefent met het herkennen van de structuur van een tekst met de verbanden in een tekst
• Je leert hoe spanning in verhalen werkt

4 kernwaardes

Respect

Discipline

Vriendelijkheid

Veiligheid

Noteer van elke kernwaarde een voorbeeld voor de les van vandaag

Bespreken

We bespreken het huiswerk

Alle antwoorden staan juist in je schrift

Je doet actief mee met het bespreken

Tekststructuur en verbanden

Verzin een zin waarbij:

• Je een tegenstelling aangeeft
• Je een voorwaarde aangeeft
• Je een voorbeeld geeft
• Je een conclusie geeft

Markeer of onderstreep je signaalwoord

Tekststructuur en verbanden

We lezen samen de tekst op blz. 18

Wat weten we al?

Waar gaat de tekst over?

Wat vinden we moeilijk?

Woordenlijst

Uitleggen woordenlijst

Tekststructuur en verbanden

Zelfstandig werken

Maak zelfstandig opdracht 8 tot en met 12

Leerdoelen:

• Ik weet uit welke onderdelen een structuur van een tekst bestaat en welke verbanden in een tekst kunnen voorkomen.
• Ik kan de structuur van en de verbanden in een tekst herkennen.
• Ik kan de structuur van en de verbanden in een tekst uitleggen.
• Ik kan zelf zinnen bedenken met signaalwoorden die bepaalde verbanden aangeven

Spannende verhalen

Doel: je leert hoe spanning in verhalen werkt.

Maak de opdrachten op je laptop.

Sla ze op in je fictiedossier

Titel: 'jouw naam' fictie 1.4: spannende verhalen

Woordenlijst

Tijd over: we werken aan de woordenlijst

Hoofdstuk 1.4 in je fictiedossier