Recreatie Hoofdstuk 3

• Recreatie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

Recreatie Hoofdstuk 3

Voor welk uitje is geen budget nodig?

voor welk uitje heb je
juist wèl budget nodig

Het dolfinarium heeft een commercieel belang.
Wat betekent dat?

1. Ze houden rekening met het budget van de bezoeker
2. Ze trekken veel bezoekers
3. Ze verdienen geld met hun activiteiten
4. Ze geven geen familiekorting

'Toerisme' betekent:

1. Reizen voor je werk
2. In een ander land gaan wonen
3. Reizen voor je plezier
4. Een bezoek brengen aan familie

Je bent een toerist wanneer je:

1. Een nachtje in Amsterdam gaat logeren
2. Een dagje naar de kerstmarkt in Duitsland gaat
3. Een week naar een dorp in Spanje gaat
4. Alle antwoorden zijn goed

Dagrecreatie

Uur-recreatie

Verblijfsrecreatie

Bioscoop

Bowlingbaan

Pretpark

Busexcursie naar de tulpenvelden

Kartbaan

Formule 1 race op Zandvoort (alleen de zondag)

Op vakantie met je vrienden

Welke activiteiten kun je organiseren als we het hebben over 'uur-recreatie'? Noem er minimaal 2.

Welke activiteiten zou je kunnen organiseren als je het hebt over 'verblijfrecreatie'?

Waarom is overnachten op een twee sterren camping goedkoper dan op een 5 sterren camping?

Verblijfsrecreatie betekent dat je één of meerdere overnachtingen boekt bij een recreatiebedrijf.
Geef voorbeelden van verblijfsrecreatie-bedrijven

Vergrijzing

Mensen worden ouder dan vroeger en dat betekent dat er steeds meer ouderen bijkomen. 

Ouderen hebben over het algemeen meer budget en vrije tijd te besteden dan jongeren

Als recreatie bedrijf is het slim hier rekening mee te houden.

Wat ouderen vaak prettig vinden is:

• Iets doen in de natuur of culturele activiteiten
• Rustige activiteiten
• Lekker eten

Noem een recreatie-activiteit die geschikt is voor senioren

Vraag- en aanbod sturend

Elke markt werkt met vraag en aanbod (V&A)

V&A bepaalt de prijs of hoeveelheid aangeboden producten/diensten

Vraag gestuurde recreatie

Activiteit wordt georganiseerd vanuit de vraag van een bedrijf/instelling/organisatie

"De klant is koning!"

Bijvoorbeeld een schoolfeest.

Aanbod gestuurde recreatie

- Welk aanbod is er al in de buurt?

- Welke mogelijkheden zijn er?

- Wat is er te doen in de omgeving? Wat zou jij kunnen bedenken bij bijvoorbeeld de Nijmeegse wandelvierdaagse?

- Welk seizoen is het?

- Welke prijs/budget houd ik rekening mee? 

- Trends en ontwikkelingen

Aanbod gestuurde recreatie

Trends en Ontwikkelingen

Trend = Van korte duur (bv: Wie is de mol?)

Ontwikkeling = Langere duur (bv: Social media inzetten om je bedrijf te promoten)

Voorbeeld aanbod gestuurde recreatie: Bioscoop. 

Bezoeker kan alleen kiezen voor aanbod wat bioscoop aanbied.

Check, check, dubbelcheck!

Je ziet een aantal activiteiten, bepaal zelf of dit vraag of aanbod gestuurd is.

Vraag gestuurde recreatie is

Aanbod gestuurde recreatie is

Opdracht

1.  Zoek per seizoen 4 activiteiten die alleen in dat seizoen uit te voeren zijn. 
2.  Je mag niet 2x dezelfde activiteit gebruiken.
3. Maak op een A3 papier, verdeel het papier in vieren.
   
4. Werk in tweetallen.

Jullie krijgen voor deze opdracht 20 minuten.

Animatie

Animatie in het hotel - Nog niet erg gebruikelijk in Nederland.

Buitenland wel, daar maken ze slim gebruik van de omgeving (zee/strand)

Animatie op de camping - Animatie programma, voor verschillende leeftijden

Animatie = Het vermaken van een groep gasten. Dit kunnen alle doelgroepen zijn, van jong tot oud.

Animatie activiteiten worden altijd afgestemd op de doelgroep.

Activiteitenprogramma

• Budget - Hoeveel budget bepaalt wat voor soort activiteiten kunnen worden aangeboden.
• Periode - Buiten de schoolvakanties hoef je geen jongerenactiviteiten te organiseren. Maar wel activiteiten voor jonge kinderen tot 4 jaar en senioren.
• Doelgroep - Weet wie je doelgroep is. Jongeren hebben andere interesses dan senioren.
• Tijd -  Tieners doe je geen plezier met een activiteit om 9.00 uur. Peuters en kleuters zijn dan wel wakker. 

Opdracht

Maak de volgende opdrachten uit je werkboek:

3.24

3.25

3.27

3.28

Schrijf 3 dingen op die je hebt geleerd deze les.

Schrijf 2 dingen op waar je nog wat meer van zou willen weten.