Mond: mechanische vertering en afbraak zetmeel (poly-) tot maltose (di-)
12V darm: Nieuw amylase
Dunne darm: afbraak maltose tot glucose en opname glucose.
Slide 18 - Diapositive
opname glucose: symport
Slide 19 - Diapositive
Gebruik glucose
Energierijke stof:
-welk organel?
-reactie?
Bouwstof:
-slijmlagen (bloedvat, maag)
-receptoren in celmembraan
Slide 20 - Diapositive
OPSLAG VAN GLUCOSE
te weinig glucose
Slide 21 - Diapositive
Welk enzym werkt het beste bij pH van 6?
A
enzym 1
B
enzym 2
C
enzym 3
Slide 22 - Quiz
Wat betekent het dat een enzym substraatspecifiek is?
A
Een enzym kan maar één type substraat produceren
B
Een enzym kan maar één type substraat omzetten
C
Een enzym heeft maar één actief centrum
D
Een enzym wordt geactiveerd door één specifiek substraat
Slide 23 - Quiz
Eendenkroos bereikt in Nederland rond augustus zijn hoogste bedekkingsgraad. De invloed van de temperatuur is in het laboratorium bepaald onder verder gelijke en optimale omstandigheden. Verklaar waardoor de groeisnelheid toeneemt tot de optimumtemperatuur.
Slide 24 - Question ouverte
Wat heeft een enzym nodig om een product te maken?
A
co-enzym
B
eiwit
C
fotosynthese
D
substraat
Slide 25 - Quiz
Waarom wordt bij diarree geadviseerd ORS te drinken? (oplossing van keukenzout en glucose)
Slide 26 - Question ouverte
Huiswerk
Lees 6.4 nogmaals. Maak een overzicht van de eiwitvertering