Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
taal thema 3 week 3
Taal woordenschat
thema 3 week 3
1 / 15
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Basisschool
Groep 5
Cette leçon contient
15 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Taal woordenschat
thema 3 week 3
Slide 1 - Diapositive
Thijs en Luuk zijn op reis in Zuid-Afrika.
Wat betekent de reis?
A
een vakantie
B
Een tocht van de een naar de andere plaats
C
dagje uit
Slide 2 - Quiz
Yze is de reisleider van de reis waar Thijs en Luuk aan meedoen.
Wat betekent de reisleider?
A
De baas van de reisgroep
B
een tocht van de een naar de andere plek
C
Zorgen dat de reis goed verloopt.
Slide 3 - Quiz
Tijdens de reis komen ze diverse dieren tegen.
Wat betekent diverse?
A
Verschillend
B
Allemaal hetzelfde
C
Voldaan
Slide 4 - Quiz
Ze komen een leeuw, olifant en zebra tegen. Iedereen kijkt zijn ogen uit.
Wat betekent je kijkt je ogen uit?
A
Als je je ogen uitkijkt, dan is er van alles te zien.
B
Je kan niet zo ver kijken
C
Je ziet heel wazig.
Slide 5 - Quiz
Tijdens de reis worden ze staande gehouden door de douane.
Wat betekent de douane?
A
Het paspoort
B
Grenspolitie die mensen controleert die het land in of uit willen.
C
mensen van het leger
Slide 6 - Quiz
Na afloop van de reis waren waren Thijs en Luuk voldaan.
Wat betekent voldaan?
A
tevreden
B
niet tevreden
C
uitgeput
Slide 7 - Quiz
Als het vanmiddag half 3 is, is het de hoogste tijd om naar huis te gaan.
Wat betekent de hoogste tijd?
A
heel snel naar huis gaan
B
nu echt tijd
C
klok op de kerk die hoog staat.
Slide 8 - Quiz
De bus komt in de verte aanrijden. Je bent nog niet bij de bushalte
A
slenteren
B
kuieren
C
doorstappen
Slide 9 - Quiz
Lees de zinnen goed.
Zou jij slenteren, kuieren of doorstappen?
Slide 10 - Diapositive
Je bent in een drukke speelgoedwinkel. Je wilt kijken wat er allemaal te koop is.
A
slenteren
B
kuieren
C
doorstappen
Slide 11 - Quiz
Je gaat van de kleedkamer naar het sportveld.
A
slenteren
B
kuieren
C
doorstappen
Slide 12 - Quiz
De school is uit. Je gaat van de klas naar buiten
A
slenteren
B
kuieren
C
doorstappen
Slide 13 - Quiz
Je hebt haast, want je bent te laat voor je training.
A
slenteren
B
kuieren
C
doorstappen
Slide 14 - Quiz
Wat is een standbeeld?
Slide 15 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Thema 3 week 3 - woordenschat
il y a 19 jours
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 5
Taal thema 3, les 11
Novembre 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 5
Nieuwe reisleiders
Mai 2023
- Leçon avec
27 diapositives
Aardrijkskunde
Beroepsopleiding
Thema 3, week 3, les 15, groep 5
Novembre 2019
- Leçon avec
10 diapositives
Herhalingsles basiszorg
Avril 2023
- Leçon avec
11 diapositives
Basiszorg
Secundair onderwijs
Op reis 1 Havo deel 2
Septembre 2022
- Leçon avec
40 diapositives
Mens & Natuur
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
2.3 Criminaliteit en opsporing
Février 2023
- Leçon avec
10 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Week 47 woordenschat Nieuwbegrip B Raket naar de maan
Novembre 2022
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2