oefenen luisteren 2f

1 / 39
suivant
Slide 1: Vidéo
NT2MBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Slide 2 - Lien

22 Het filmpje begint met een aanrijding.
Wat wordt hier bedoeld met:

"Een aanrijding zit in een klein hoekje"?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 3 - Quiz

23 Henk is met zijn auto tegen die van Vera aangereden.
Wat hebben Henk en Vera nodig om de aanrijding snel af te handelen?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 4 - Quiz

24 Bij de website uit het filmpje kun je de schade melden die bij een aanrijding is ontstaan.
Van wie is de website waarbij je de schade kunt melden?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Lien

25. Henk en Vera willen gezamenlijk met hun mobiele telefoon de autoschade melden. Hiervoor moeten ze een aantal stappen doorlopen. Zij maken eerst een foto van de situatie, voeren in dat er geen gewonden zijn en voeren de soort schade in.

In welke volgorde moeten Henk en Vera de andere gegevens in de mobiele telefoon invoeren?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 7 - Quiz

26. Wanneer de gegevens verstuurd zijn, krijg je via de mobiele telefoon een bericht terug met een aantal gegevens.
Welke gegevens komen automatisch in beeld nadat beide partijen de antwoorden hebben ingevoerd?
Klik twee goede antwoorden aan.
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 8 - Quiz

27. Vera ontvangt als tegenpartij heel snel na het invoeren van de gegevens een sms'je.

Wat staat er in dat sms'je?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 9 - Quiz

28. Vera ontvangt na de gezamenlijke invoer een
cijfercode.
Waarom moet Henk deze cijfercode invoeren?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 10 - Quiz

29. Zowel Henk als Vera ontvangen tot slot
een e-mail.
Waarom ontvangen Henk en Vera deze e-mail?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 11 - Quiz

De mystery shopper
Op pad met de mystery shopper
Je hoort een radiofragment over mensen die werken als mystery shopper. Ze gaan naar winkels en doen alsof ze klant zijn om te zien hoe het winkelpersoneel werkt.
Het fragment duurt ongeveer 7.30 minuten. 

Slide 12 - Diapositive

2

Slide 13 - Vidéo

01:29
31. De mystery shopper zegt van zichzelf dat hij er "doorsnee" uitziet.
Wat bedoelt hij daarmee?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 14 - Quiz

01:29
30. Robert-Jan Booij gaat op pad met een
mystery shopper.
Welke twee andere woorden worden in de tekst gebruikt voor "mystery shopper"?
Klik twee goede antwoorden aan.
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Lien

32. Wat doet Bastiaan van Leeuwen voordat hij een winkel bezoekt?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 17 - Quiz

33. De mystery shopper bezoekt samen met de verslaggever een schoenenwinkel.
Wat valt hem op bij dit bezoek?
Klik drie goede antwoorden aan.
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Lien

34. Een mystery shopper moet volgens Bastiaan van Leeuwen aan een aantal eisen voldoen.
Welke eis noemt hij?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Lien

35. Wat is de kracht van het "mystery shoppen" volgens Bastiaan van Leeuwen?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Lien

36. In Amerika kan iemand ontslagen worden op basis van de bevindingen van een mystery shopper.
Vindt de mystery shopper dat dit ook in Nederland moet kunnen gebeuren?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 24 - Quiz

37. De mystery shopper gaat zelf niet terug naar een winkel met de eindbeoordeling.
Waarom niet?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Lien

38 Een van de presentatoren leest de kijkersvraag voor.
Wat was volgens de kijker de reden om de zomertijd in te stellen?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Lien

39. De hoogleraar ondersteunt zijn verhaal met behulp van tekeningen.
Wat tekent hij als voorbeeld voor de situatie in Californië?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 30 - Quiz

40. Waarom heeft de zomertijd volgens de hoogleraar geen zin?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Lien

41. In dit fragment wordt gesproken over de "Handelingen".
Welke andere woorden worden gebruikt in plaats van de "Handelingen"?
Klik de twee goede antwoorden aan.
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 33 - Quiz

42. Wat vond de Tweede Kamer van de invoering van de zomertijd?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Lien

43. Een van de programmamakers bezoekt een koeienstal.
Wat is een gevolg van de zomertijd voor dit boerenbedrijf?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Lien

44. De regering besloot de zomertijd in te voeren.
Wat was het argument om de zomertijd in te voeren?
A
x
B
x
C
x
D
x

Slide 38 - Quiz

KLAAR

Slide 39 - Diapositive