Nederlands straattaal

STRAATTAAL
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

STRAATTAAL

Slide 1 - Diapositive

Denkvraag:

Wat is straattaal eigenlijk?


Slide 2 - Diapositive

Straattaal:
  • Wordt vooral door jongeren gesproken.
  • Is een mengtaal  > er worden woorden uit verschillende talen gemengd. Bijvoorbeeld: Arabisch, Berbers, Turks, Sranantongo, Papiamento, Engels en Spaans.
  • Straattaal kan per stad verschillen, en straattaal verandert steeds.
  • Oudere mensen vinden straattaal vaak moeilijk, alhoewel.....?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Slide 5 - Vidéo

Waarom spreken jongeren straattaal?
  • Het is een codetaal     
  • Het zorgt voor verbondenheid,                                                       maar kan ook mensen uitsluiten
  • Je toont bij welke groep je sociaal en geografisch hoort 
  • Leuke manier om met taal te spelen-> straattaal kent geen regels -> heeft een hoog 'do it yourself' gehalte

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Muziek en
Straattaal is dus een zelfgemaakte taal:
  •  vol afkortingen in sms- en apptaal, 
  • leenwoorden uit andere talen,
  • Schunnige woorden uit de hiphopmuziek 
  • In Nederland is de basistaal Nederlands. 
  • Er wordt bij straattaal gespeeld met lidwoorden, toon, tempo en volume. 


Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Hoe ontstaan er nieuwe woorden?
  • Jongeren bedenken zelf nieuwe woorden.
  • Andere jongeren gaan deze ook gebruiken.
  • Ze worden verspreid via internet: social media, youtube, muziek.
  • Er zijn ook woordenboeken te vinden op internet. 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Slide 12 - Vidéo

Uit welke taal komt het woord 'Doekoe' ?
A
Antiliaans
B
Surinaams
C
Marrokaans
D
Turks

Slide 13 - Quiz

En hoeveel is dan een loto?
A
Een euro
B
Tien euro
C
Een miljoen
D
Vijf euro

Slide 14 - Quiz