B1 - Organen van dieren: beheers je deze basisstof? WTS

H2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 1 - Diapositive

Jullie zelfstandig werken en ik controleer huiswerk
Pak je papieren planning en je plenda
  • controleer of je het huiswerk van week 47 af hebt. 
  • zet het huiswerk voor komende week in je plenda (week 48)
  • start met het huiswerk van week 48 (lezen B2)
timer
10:00

Slide 2 - Diapositive


nr. 2
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 3 - Quiz

Hiernaast staat een afbeelding van een dwarsdoorsnede van de romp.
Welke kant is de buikkant?
A
Onderkant van de afbeelding
B
Bovenkant van de afbeelding
C
Dat is niet de bepalen
D
Een zijkant

Slide 4 - Quiz


nr. 5
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 5 - Quiz

Hiernaast staat een afbeelding van een dwarsdoorsnede van de romp.
Wat wordt aangegeven met letter c?
A
Dunne darm
B
Nier
C
Dikke darm
D
Long

Slide 6 - Quiz


nr. 6
A
Long
B
Dikke darm
C
Nier
D
Maag

Slide 7 - Quiz


Welke stelsels zie je?
A
bloedvatenstelsel zenuwstelsel
B
bottenstelsel zenuwstelsel
C
verteringsstelsel spierstelsel
D
je ziet alleen organen

Slide 8 - Quiz


nr. 10
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 9 - Quiz

Welk
orgaanstelsel
is dit?
A
spierstelsel
B
ademhalingsstelsel
C
bloedvatenstelsel
D
verteringsstelsel

Slide 10 - Quiz

Welk
orgaanstelsel zie je hier?
A
Ademhalingstelsel
B
Voortplantingstelsel
C
Verteringstelsel
D
Beenderenstelsel

Slide 11 - Quiz

Welk orgaanstelsel is dit?
A
spierstelsel
B
ademhalingsstelsel
C
bloedvatenstelsel
D
verteringsstelsel

Slide 12 - Quiz

Het zenuwstelsel bestaat uit:
A
bloedvaten, de hersenen, het ruggenmerg
B
bloedvaten, de wervelkolom, zenuwen
C
de wervelkolom, de hersenen, het ruggenmerg
D
zenuwen, de hersenen, het ruggenmerg

Slide 13 - Quiz

mond, slokdarm, lever, maag, dunne darm, dikke darm, anus
neusholte, mondholte, luchtpijp, long
bloedvaten, hart
nier, urineleider, blaas, urinebuis
hersenen, ruggenmerg, zenuwen
Bloedvatenstelsel
Ademhalingsstelsel
Verteringsstelsel
Uitscheidingsstelsel
Zenuwstelsel

Slide 14 - Question de remorquage

Zet op volgorde van groot naar klein:
Orgaanstelsel
Orgaan
Weefsel
Cel
Organisme
Celkern

Slide 15 - Question de remorquage

De huid is een voorbeeld van:
A
een orgaan
B
een cel
C
een organisme
D
een organenstelsel

Slide 16 - Quiz