CVA

CVA                                      


1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingbasiszorg SWK/PSDMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

CVA                                      


Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cerebro Vasculair Accident
  • Waar denk je aan bij een CVA
  • wat is het verschil tussen een TIA en CVA
  • Hoe ontstaat een CVA
  • welke risicofactoren zijn er?
  • hoe herken je een CVA?



  • Wat is de behandeling?

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar denk je aan bij een CVA?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onbloedig 80%
Herseninfarct

Hersentrombose:
Stolsel ontstaan i.d bloedvaten van de hersenen.

Embolie:
Stolsel die in een andere bloedvat ontstaat en wordt via het bloed naar de hersenen gebracht. 
Bloedig 20%
Hersenbloeding

In of rond de hersenen barst een bloedvat open.

Bloeding hersenvliezen 

Bloeding tussen hersenvlies en schedel -> Trauma , Geweld

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

TIA



Mini stroke 
Tijdelijke storing in  de bloedvoorziening
Kortdurende neurologische uitvalsverschijnselen
Geen blijvende gevolgen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

TIA vs. CVA

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

CVA

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

FAST-test
Casus --> CVA --> FAST-test

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe herken je een CVA?
Hoe herken je een CVA?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke risicofactoren
tav CVA ken je?

Slide 15 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Risicofactoren CVA
  • Ouderdom
  • Hoge bloeddruk
  • Diabetes mellitus
  • Te hoog cholesterolgehalte
  • Hart en vaatziekte
  • Roken
  • Stress
  • Obesitas
  • Te weinig beweging

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschijnselen
Hangt af van de plek van de beroerte

Moeite met ruimtelijke oriëntatie

Geheugenstoornissen

Emotionele stoornissen

Gedragsverandering
Zoek de betekenissen op.

Hemiplegie
Afasie
Hemianopsie
Hemiparese
Apraxie
Neglect
Persevereren
timer
7:00

Slide 17 - Diapositive

Zoek de betekenissen op van :

Hemiplegie

Afasie

Hemianopsie

Hemiparese

Apraxie

Neglect
Persevereren

Stroke unit
Behandeling:

Trombolyse: bloedstolsel oplossen om schade beperkt te houden. 

Operatie: Bloeding stelpen. 

Slide 18 - Diapositive

(bloedverdunner -> toevoer opgang -> hersenen krijgen weer 02)

Stelpen = het bloeden laten ophouden.
Na de behandeling
Linkerkant infarct/ bloeding = rechterkant aangedaan​
Rechterkant infarct/ bloeding = linkerkant aangedaan

  • Revalideren
  • Herhaling voorkomen door gezonde leefstijl
  • Bloedverdunners: bloed stolt minder snel
  • Hoge bloeddruk voorkomen door medicatie: bloedvaten verwijden -> bloeddruk daalt. 

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzorgingsaandachtspunten
Linkerkant infarct/ bloeding = rechterkant aangedaan​
Rechterkant infarct/ bloeding = linkerkant aangedaan


'' De verlamde zijde moet niet ontzien worden maar juist gestimuleerd''

- Zo veel mogelijk gebruik/stimuleren van de aangedande zijde

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzorgingsaandachtspunten
1. Zoek op waar je als verpleegkundige rekening mee moet houden bij iemand met een CVA. 

2. Schrijf minimaal 6 punten op voor jezelf. 

timer
15:00

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzorgingsaandachtspunten
- Houding en beweging : fysiotherapie, rolstoel aanpassingen het voorkomen van contracturen.​
- Versterken van zwakke spieren​
- Passief bewegen van verlamde gewrichten ​
- Stimuleren van verlamde zijde​
- Huidverzorging: decubitus voorkomen, speekselverlies, gevoelloosheid​
- Rust bij het eten: verslikken voorkomen​
- Voeding: rekening houden met vloeibaar eten en zure producten  slijmproductie
- Mondverzorging  tong kan niet goed bewegen, helft van de mondverzorging wordt soms genegeerd.​

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzorgingsaandachtspunten
- Schrikeffect: voorkomen dat de zorgvrager schrikt  alle spieren kunnen hierdoor spastisch reageren iemand kan verstijft raken  pijn​
- Rekening houden met hemiplegie houding​
- Symmetrische houding aanhouden  aangedane kant ondersteunen.​
- Hulpmiddelen afasie ​
- Uiten van taal​
- Geheugen kort en krachtig​
- Apraxie​
- Gehoor  duidelijk articuleren​
- Gezichtsvermogen  bij lezen en eten​
- Blaasfunctie  spontane lediging door spasme, niet kunnen urineren​

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De letters CVA betekenen
A
cerebro viraal attack
B
cerebro viraal accident
C
cerebro vasculair attack
D
cerebro vasculair accident

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

20% van alle CVA's is een bloedig CVA.
Wat is de oorzaak van een bloedig CVA?
A
embolie
B
hypertensie
C
trombose
D
ontsteking van een hersenzenuw

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een risicofactor voor een CVA?
A
Diabetes
B
Hoge bloeddruk
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaande

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vormen van een CVA zijn er
A
Een herseninfarct en TIA
B
Een hersenbloeding en TIA
C
Een herseninfarct en hersenbloeding
D
Een herseninfarct, een hersenbloeding en een TIA

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn drie acute verschijnselen van een CVA?
A
Krachtsverlies aan één kant van het lichaam, hoofdpijn, diarree.
B
Krachtsverlies aan één kant van het lichaam, moeite met spreken, een scheve mond.
C
Slapeloosheid, hoofdpijn, diarree.
D
Geheugenverlies, slapeloosheid, diarree.

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij het uitkleden van iemand met een CVA begin je bij de.....
A
gezonde zijde
B
aangedane/verlamde zijde

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions