3.5 Nederland en e zee (deel 2)

3.5 Nederland en de zee (deel 2)
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

3.5 Nederland en de zee (deel 2)

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  1. Je leert wat de zandmotor en de zandsupletie zijn
  2. Je weet hoe de polders zijn gemaakt 
  3. en wat de droogmakerijen zijn. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke beschermingen
heeft Nederland tegen
overstromingen van zee?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit is een afbeelding van de
A
Alfawerken
B
Drenthe
C
Gammawerken
D
Deltawerken

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

         Er zijn nog meer manieren om kust te beschermen ...
De zee is telkens in beweging; eb en vloed werking en stormen verplaatsen continu het zand. 

Daar waar het zand te laag is om de kust te beschermen, spuiten we extra zand bij. Deze methode heet zandsuppletie. Hierbij wordt zand uit het zeewater gehaald en opnieuw op land gespoten.




Zandsuppletie bij Julianadorp, Den Helder

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zandmotor
In 2011 liet Rijkswaterstaat de zandmotor aanleggen aan de Zuid-Hollandse Noordzeekust. Dit is een groot kunstmatig schiereiland voor de kust gemaakt door middel van het verplaatsen van enorme hoeveelheden zand. De bedoeling is dat het zand door erosie en stroming door de jaren heen noordwaarts verplaatst wordt. Hierdoor zou het regelmatig opspuiten van zand op de kuststranden van Zuid-Holland overbodig moeten worden.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is zandsuppletie?
A
De dijken verhogen aan zee
B
het breder maken van stranden met zand
C
De bodem ophogen met zand
D
De duinen versterken

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een zandmotor legt men aan voor...?
A
Verbetering van de kwaliteit van het zand
B
Het ondieper maken van de zee
C
Verdediging van de kust.
D
Voor winnen van extra strand voor recreatie

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je op de foto?
A
Zandmotor
B
Polder
C
Zandsuppletie

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een zandsuppletie is GEEN oplossing voor zeespiegelstijging.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Polders
Een polder is een door een dijk omgeven stuk land.  

Op de plek van een polder lag vroeger dus water of moeras.  Mensen hebben er land van gemaakt. Er is land  ingepolderd. De waterstand wordt geregeld door pompen. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Een polder is dus een gebied waarbinnen de waterstand door mensen wordt geregeld.


Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nederland heeft ongeveer 4000 polders. 
De helft van het polderoppervlak van Europa ligt in Nederland. 
Bijna heel West- en Noord-Nederland 
 bestaat uit polderland.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Droogmakerijen...
zijn ontstaan door droogmaking van meren of plassen.
Bekendste voorbeelden zijn Flevoland en De Beemster.


Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een polder?
A
een gebied waar mensen het water naar de rivier pompen
B
een gebied in hoog Nederland waar mensen water wegpompen
C
een bedijkt gebied waar mensen de waterstand regelen
D
een gebied in Nederland waar molens staan

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een polder?
A
Een stuk land omringd door dijken waarbinnen de waterstand geregeld wordt
B
Een polder is een lager gelegen gebied in hoog Nederland
C
Een polder is een stuk 'wad' in zee die soms droog komt te liggen bij eb
D
Een polder is een hoger gelegen land dan de omgeving

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een droogmakerij?
A
Een gebied drooggemaakt door de mens
B
Een droog stuk zee
C
Een droog stuk meer
D
Een droge rivier

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zie je dat dit een droogmakerij is?
A
Het is niet meer nat.
B
Je hebt er akkers en weilanden
C
Er zijn rechte sloten en percelen
D
Er staat een gemaal aan de rand

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de kenmerken van een droogmakerij?
A
Boven de zeespiegel en kleigrond
B
Boven de zeespiegel en veengrond
C
Onder de zeespiegel en kleigrond
D
Onder de zeespiegel en veengrond

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

9 Een droogmakerij kan je herkennen aan:
A
Kronkelende slootjes
B
Rechte lijnen in het landschap
C
Aan de dijken
D
Dat kan je niet herkennen

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Nadeel inpoldering
Wanneer je water uit een klei of veen bodem haalt, kan de bodem inklinken. Dat is het dalen van de grond als de slappe ondergrond inzakt door het wegpompen van water.

Daarom moeten we de bodem in de polders wel nat genoeg houden om te veel bodemdaling tegen te gaan.


Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De zeespiegel stijgt en de bodem zakt. Maar hoeveel blijft onzeker. Hoe gaan we om met de onzekerheid omtrent de zeespiegelstijging?

Bekijk de volgende documentaire van Tegenlicht.

Slide 24 - Diapositive

De documentaire kan ook tijdens de les bekeken worden als kijkopdracht.

Slide 25 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions