waarom EF?

EF-training: Waarom EF?
na deze les weet je:
- wat executieve functies zijn 
- waarom ze zo belangrijk zijn
- wat een fixed/vaste mindset en een growth/groei mindset zijn.
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
StudielessenBasisschoolMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

EF-training: Waarom EF?
na deze les weet je:
- wat executieve functies zijn 
- waarom ze zo belangrijk zijn
- wat een fixed/vaste mindset en een growth/groei mindset zijn.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Eerst iets over mij:
Merel Landmeter

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

- mavo gedaan
- de domste thuis
- zus broer vwo
- dromer
- gepest door leerlingen
- en leraren

- ging keihard mijn best doen op de middelbare
- (te) veel tijd aan hw
- opgeruimd bureau
- zus leerde 1 dag
- broer keek ernaar en haalde een 9.
- oneerlijk!!


Slide 6 - Diapositive

spelletjestijd!!
Steek hand in de lucht als....

Slide 7 - Diapositive

Spelletje: hand in de lucht als
- je denkt dat je een betere baan krijgt met vwo

Slide 8 - Diapositive

hand in de lucht als
- je denkt dat je met een hoog niveau de leukste baan gaat krijgen

Slide 9 - Diapositive

Sta op als
-  je iemand wel eens gezegd heeft dat je te dom bent ervoor (of het toch niet kan)

Slide 10 - Diapositive

hand in de lucht als
- je zelf wel eens zegt dat je ergens slecht in bent.

Slide 11 - Diapositive

Sta op als
- je denkt dat je slimmer kan worden

Slide 12 - Diapositive

hand in de lucht als
- je denkt dat je dommer kan worden

Slide 13 - Diapositive

Sta op als je denkt dat:
"Als je niet goed kan dansen,
kan je er ook nooit goed in worden."

Slide 14 - Diapositive

hand in de lucht als
"Iedereen kan goed
worden in wiskunde" 

Slide 15 - Diapositive

Antwoorden
- Vwo is geen garantie op een goed betaalde of leukste baan..
- Vwo leert niet wat hard werken is, dat moet je zelf doen.
- ben je ergens slecht in? hoeft niet zo te zijn: door oefening kan je goed worden. Ervoor werken!
- je kan slimmer of dommer worden


Slide 16 - Diapositive

Wat moet je doen om slimmer te worden?
Steek 1 vinger voor A, twee voor B
A
afkijken
B
uitdagingen aangaan

Slide 17 - Quiz

Wat moet je doen om dommer te worden?
Steek 1 vinger voor A, twee voor B
A
afkijken
B
uitdagingen aangaan

Slide 18 - Quiz

Opdracht ‘Wat past bij mij?’
- Bekijk de verschillende kaarten
- Kies twee kaarten uit die bij je passen en bedenk waarom 
ze bij je passen.

-Als iedereen twee kaarten heeft gekozen, wordt een 
categoriekaart gekozen. Degenen die deze kaart hebben
gekozen houden hem in de lucht. Kijk om je heen. Hebben 
meer leerlingen deze ook?
kan je uitleggen waarom deze bij jou past?

Slide 19 - Diapositive

Opdracht ‘Ja/nee’

Wat denk jij? Kan je bepaalde executieve functies/vaardigheden
nog verbeteren?
Waarom denk je dat? Bespreek dit met je schoudermaatje. 
doe dit in 1 minuut. De leerkracht zal je zo vragen naar een 
antwoord.

Slide 20 - Diapositive

Opdracht ‘Hoeveel vingers’

Waarvoor heb je eigenlijk deze executieve functies nodig?

Steek  1 vinger op als je denkt voor school
Steek 2 vingers op als je denkt voor dagelijks leven
Steek 3 vingers op als je denkt voor beide.

Slide 21 - Diapositive

Wat zijn Executieve functies?

- breinfuncties / regelfuncties / hersenprocessen
- er zijn 11 executieve functies
- nodig om gedrag en leren aan te sturen
 - in voorste gedeelte van de hersenen (prefrontale cortex)
-achter je voorhoofd
-ontwikkeling duurt lang (tot 25 jaar)
-kan je niet zien
-je kan alleen vaardigheden (gedrag) zien





Slide 22 - Diapositive

Trainbaar?
EF niet zichtbaar en niet trainbaar - ontwikkeling loopt zoals het loopt
of
10 tallen executieve vaardigheden die bij de verschillende EF horen
wel trainbaar

Slide 23 - Diapositive

Waar bevinden zich de EF in de hersenen?

De Prefrontale Cortex (vooraan) is als laatste klaar, daarom zijn misschien nog niet alle EF goed ontwikkeld
dat is bij iedereen anders


Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

Voorbeelden

- problemen oplossen 
- schoolwerk organiseren
- flexibel zijn
- doelen stellen
-stop, denk, doe

Slide 26 - Diapositive

opdracht 
‘Vliegtuigjes vouwen’

Dit is een samenwerkingsopdracht. Steek allemaal je dominante hand (de hand waarmee je schrijft) in de lucht. Deze hand doe je achter je rug. Met de andere hand ga je in samenwerking met de ander, een vliegtuigje vouwen. 

Ga samen een vliegtuigje vouwen
Als het klaar is, ga je naar de beginlijn en wacht je tot iedereen
klaar is.
De groepjes gaan om de beurt gooien
Welke vliegtuig vliegt het verst?




Slide 27 - Diapositive

Waar staat EF voor?
A
Efficient Falen
B
Efficiente Functies
C
Executieve Functies
D
Executief Falen

Slide 28 - Quiz

Executieve functies
Executie: uitvoeren - functies: taken
uitvoerbare taken
"zoals je kamer opruimen"

Slide 29 - Diapositive

Wat moet je allemaal
doen om je kamer op
te ruimen?

Slide 30 - Carte mentale

Je ligt lekker nog te bakken in je bedje en de wekker gaat. Je slaat nog 3 keer de wekker op “snooze”. Maar…. je moet nu echt eruit. Snel naar de badkamer en dan je omkleden. je grijpt je spullen en gooit ze in je tas. Je kijkt naar de tijd op je telefoon en wordt afgeleid van alle appjes en tiktok meldingen. Oeps.. te weinig tijd!
Je propt je eten in je giegel en rent naar de bus/tram/fiets. Op school aangekomen ben je net iets te laat. Straf… In de les moet kom je storend binnen. Dan ga je maar je spullen pakken voor het vak. Boeken heb je gelukkig, maar je hebt in de haast je etui en studie-planner vergeten.. je kijkt rond en gaat vragen bij andere leerlingen om een pen. Na 10 minuten heb je een pen, maar je weet niet waar de klas mee bezig is, want je hebt compleet de instructie gemist. Je noteert je huiswerk op een blaadje en doet deze in je tas. Bij het Flexuur kan je het blaadje niet meer vinden. (dat is nu een propje geworden in je tas.)
Bij de oefentoets scoor je onvoldoende, want je hebt de les gemist. Bij de echte toets durf je eigenlijk niets meer te vragen, want je begrijpt het gewoon niet.
echt gebeurd
helaas...
* Luister goed naar het verhaaltje: Geen pen, geen leven
* Pak een blaadje en pen 
*Noteer gelijk wat jijzelf zou kunnen veranderen

na het verhaal ga je met elkaar in overleg en mag je de antwoorden geven
Luisteropdracht

Slide 31 - Diapositive

Je ligt lekker nog te bakken in je bedje en de wekker gaat. Je slaat nog 3 keer de wekker op “snooze”. Maar…. je moet nu echt eruit. Snel naar de badkamer en dan je omkleden. je grijpt je spullen en gooit ze in je tas. Je kijkt naar de tijd op je telefoon en wordt afgeleid van alle appjes en tiktok meldingen. Oeps.. te weinig tijd!
Je propt je eten in je giegel en rent naar de bus/tram/fiets. Op school aangekomen ben je net iets te laat. Straf… In de les moet kom je storend binnen. Dan ga je maar je spullen pakken voor het vak. Boeken heb je gelukkig, maar je hebt in de haast je etui en studie-planner vergeten.. je kijkt rond en gaat vragen bij andere leerlingen om een pen. Na 10 minuten heb je een pen, maar je weet niet waar de klas mee bezig is, want je hebt compleet de instructie gemist. Je noteert je huiswerk op een blaadje en doet deze in je tas. Bij het Flexuur kan je het blaadje niet meer vinden. (dat is nu een propje geworden in je tas.)
Bij de oefentoets scoor je onvoldoende, want je hebt de les gemist. Bij de echte toets durf je eigenlijk niets meer te vragen, want je begrijpt het gewoon niet.
echt gebeurd
helaas...
Je ligt lekker nog te bakken in je bedje en de wekker gaat. Je slaat nog 3 keer de wekker op “snooze”. Gisteravond iets te lang op tiktok gezeten. Maar…. je moet nu echt eruit. Snel naar de badkamer en dan je omkleden. Je grijpt je spullen en gooit ze in je tas. Je kijkt naar de tijd op je telefoon en ziet dat je 600 meldingen hebt gemist. Je vergeet dat je de tijd wilde checken en kijkt naar de appjes. haha! grappig! Oeps.. je had 5 min geleden moeten vertrekken!


luister goed naar : Geen pen, geen leven

Slide 32 - Diapositive

Je ligt lekker nog te bakken in je bedje en de wekker gaat. Je slaat nog 3 keer de wekker op “snooze”. Maar…. je moet nu echt eruit. Snel naar de badkamer en dan je omkleden. je grijpt je spullen en gooit ze in je tas. Je kijkt naar de tijd op je telefoon en wordt afgeleid van alle appjes en tiktok meldingen. Oeps.. te weinig tijd!
Je propt je eten in je giegel en rent naar de bus/tram/fiets. Op school aangekomen ben je net iets te laat. Straf… In de les moet kom je storend binnen. Dan ga je maar je spullen pakken voor het vak. Boeken heb je gelukkig, maar je hebt in de haast je etui en studie-planner vergeten.. je kijkt rond en gaat vragen bij andere leerlingen om een pen. Na 10 minuten heb je een pen, maar je weet niet waar de klas mee bezig is, want je hebt compleet de instructie gemist. Je noteert je huiswerk op een blaadje en doet deze in je tas. Bij het Flexuur kan je het blaadje niet meer vinden. (dat is nu een propje geworden in je tas.)
Bij de oefentoets scoor je onvoldoende, want je hebt de les gemist. Bij de echte toets durf je eigenlijk niets meer te vragen, want je begrijpt het gewoon niet.
echt gebeurd
helaas...
Je propt je eten in je giegel en rent naar de bus/tram/fiets. Op school aangekomen ben je net iets te laat. Straf… In de les moet kom je storend binnen. Iedereen kijkt jou weer aan. Dat voelt vervelend. Je ziet ze smoezen.
 Dan ga je maar je spullen pakken voor het vak. Boeken heb je gelukkig, maar je hebt in de haast je etui en agenda vergeten..

Je kijkt rond en gaat vragen bij andere leerlingen om een pen. Na 10 minuten heb je een pen. YAY SUCCES!!  Maar je weet helaas niet waar de klas mee bezig is, want je hebt compleet de instructie gemist. 


Slide 33 - Diapositive

Je ligt lekker nog te bakken in je bedje en de wekker gaat. Je slaat nog 3 keer de wekker op “snooze”. Maar…. je moet nu echt eruit. Snel naar de badkamer en dan je omkleden. je grijpt je spullen en gooit ze in je tas. Je kijkt naar de tijd op je telefoon en wordt afgeleid van alle appjes en tiktok meldingen. Oeps.. te weinig tijd!
Je propt je eten in je giegel en rent naar de bus/tram/fiets. Op school aangekomen ben je net iets te laat. Straf… In de les moet kom je storend binnen. Dan ga je maar je spullen pakken voor het vak. Boeken heb je gelukkig, maar je hebt in de haast je etui en studie-planner vergeten.. je kijkt rond en gaat vragen bij andere leerlingen om een pen. Na 10 minuten heb je een pen, maar je weet niet waar de klas mee bezig is, want je hebt compleet de instructie gemist. Je noteert je huiswerk op een blaadje en doet deze in je tas. Bij het Flexuur kan je het blaadje niet meer vinden. (dat is nu een propje geworden in je tas.)
Bij de oefentoets scoor je onvoldoende, want je hebt de les gemist. Bij de echte toets durf je eigenlijk niets meer te vragen, want je begrijpt het gewoon niet.
echt gebeurd
helaas...
Je probeert er nog iets van te maken, maar je begrijpt de les echt niet meer. Uit angst durf je niets meer te vragen.

Je noteert je huiswerk op een blaadje en doet deze in je tas. Thuis kan je het blaadje niet meer vinden. (dat is nu een propje geworden in je tas.)
Bij de oefentoets scoor je onvoldoende, want je hebt de les gemist. Bij de echte toets durf je eigenlijk niets meer te vragen, want je begrijpt het gewoon niet.

echt gebeurd ....helaas...

Slide 34 - Diapositive

Wat zou je allemaal anders hebben gedaan
in het vorige verhaal? Noteer ze. (je mag overleggen)
timer
2:00

Slide 35 - Question ouverte

Onder welk onderdeel zou deze executieve functie vallen?
A
motiveren
B
plannen
C
geheugen
D
organisatie

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Diapositive

Vraag A: in welke executieve functies ben je goed? 
Vraag B:  in welke executieve functies ben je minder goed? 

1. Planning: Ik kan een tijdsplanning maken. Ik weet wanneer ik afspraken heb.
2. Time management: Binnen gestelde tijd hw/klusje klaren
3. Werkgeheugen: Na instructie weet ik gelijk wat ik moet doen.
4. Organisatie:mijn bureau/tas is geordend. Mijn spullen ben ik nooit kwijt.
5. Studievaarigheden: Ik weet hoe ik moet leren voor een toets

Slide 38 - Diapositive

Wat is je nog van deze les bijgebleven?
gebruik een woord of zin.

Slide 39 - Question ouverte