Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 100 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Les objectifs (na deze unité kan je/ ken je / weet je):
Franse woordenschat over multimedia / stukje Franse multimedia geschiedenis.
Leren tellen tot 100.
de onregelmatige werkwoorden kunnen en willen in 2 tijden (présent + passé-composé) gebruiken.
Nog beter vertellen over iets uit het verleden.
Een aangifteformulier van diefstal invullen in het Frans.
Slide 2 - Diapositive
Répondre a des questions sur le passé-composé
grammaire
Faire le test Socrative seul (roomname: TH2AHUYGENS)
grammaire + vocabulaire
Fini?: Faire des exercices avec les nombres ou le passé-composé.
Na deze les: - Kan je in het Frans vertellen over iets wat je in het verleden hebt meegemaakt.
- Kan je in het Frans iets vragen over het verleden.
Vendredi 19 avril
Slide 3 - Diapositive
Vertaal naar het Frans: hij heeft
Slide 4 - Question ouverte
Vertaal naar het Frans: jij hebt
Slide 5 - Question ouverte
zet het werkwoord tussen haakjes in de PC: Les parents ....................... (parler)
Slide 6 - Question ouverte
zet het werkwoord tussen haakjes in de PC: Vous ....................... Netflix? (regarder)
Slide 7 - Question ouverte
zet het werkwoord tussen haakjes in de PC: j'............. une pizza (vouloir)
Slide 8 - Question ouverte
le passé composé: maak de Franse zin af: Wij hebben een taart gemaakt -> ...................................................................une tarte (faire)
Slide 9 - Question ouverte
le passé composé: maak de Franse zin af: Zij hebben (vr) een hond gewild -> ................................................................... un chien (vouloir)
Slide 10 - Question ouverte
le passé composé: maak de Franse zin af: U bent in Frankrijk geweest! -> ................................................................... en France! (être)