4.3 Ruiken, proeven, voelen Oefentoets

Reukzintuig
Neusslijmvlies
Neusholte
Geurstoffen
1 / 14
suivant
Slide 1: Question de remorquage
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Reukzintuig
Neusslijmvlies
Neusholte
Geurstoffen

Slide 1 - Question de remorquage

reukzintuig
geurstoffen
neusslijmvlies
neusholte

Slide 2 - Question de remorquage

Welke twee organen werken nauw met elkaar samen bij het proeven van eten en drinken?
A
Gezichtszintuig en reukzintuig
B
Reukzintuig en gehoorzintuig
C
Gehoorzintuig en smaakzintuig
D
Smaakzintuig en reukzintuig

Slide 3 - Quiz

Er komt een geurstof in je neus.
Je reukzintuig wordt geprikkeld.
Wat gebeurt er nu met je reukzintuig?

A
Het reukzintuig maakt berichten en stuurt die weg.
B
Het reukzintuig ontvangt berichten en reageert.

Slide 4 - Quiz

Het reukzintuig ligt in de tong.

A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Wat is de goede volgorde?
A
Geurstoffen - reukzintuig - hersenen - reukzenuw
B
Geurstoffen - reukzenuw - reukzintuig - hersenen
C
Geurstoffen - reukzintuig - reukzenuw - hersenen

Slide 6 - Quiz

Welk nummer geeft aan waar de reukzintuigen liggen? En bij welk nummer liggen de smaakzintuigen?
A
reukzintuig=2 smaakzintuig=3
B
reukzintuig=4 smaakzintuig=5
C
reukzintuig=2 smaakzintuig=5
D
reukzintuig=4 smaakzintuig=3

Slide 7 - Quiz

Je pakt je koude fietsstuur vast.
Welke zintuigen reageren zodra je jouw koude fietsstuur vast pakt?
A
drukzintuig + koudezintuig
B
koudezintuig + warmtezintuig
C
tastzintuig + koudezintuig
D
warmtezintuig + drukzintuig

Slide 8 - Quiz

Combineer de prikkel(s) met het juiste zintuig(en).
Warmtezintuig
Koudezintuig
Tastzintuig
Pijnzintuig
Hoge temperatuur
Lage temperatuur
Vorm en structuur
Pijn

Slide 9 - Question de remorquage

Goed
Fout
Met één smaakzintuig kun je alle soorten smaken herkennen. 
Bij proeven werken geur- en smaakzintuig samen.
Smaakstoffen prikkelen de hersenen. 

Slide 10 - Question de remorquage

Hoe heten de cellen van je smaakzintuig?
A
pupillen
B
papillen
C
reukzintuigcellen
D
trilharen

Slide 11 - Quiz

Welk zintuig bevindt zich NIET in de huid?
A
Warmtezintuig
B
Tastzintuig
C
Pijnzintuig
D
Lichtzintuig

Slide 12 - Quiz

Welk(e) huidzintuig(en) is/zijn actief wanneer:
1. je onder de douche staat?
2. je per ongeluk in je vinger snijdt?
3. je met blote handen een sneeuwbal maakt?
Tastzintuig
Warmtezintuig
Pijnzintuig
Koudezintuig

Slide 13 - Question de remorquage

Je neemt een slokje van de hete thee en verbrand bijna je tong. Vul in:
De hete thee is een                      voor je                      . Je                            zet de                       om in een                      . De                        gaat via je                       naar de                      .
prikkel
pijnzintuig
impuls
zenuwen
hersenen
warmtezintuig
hersenen

Slide 14 - Question de remorquage