wk 21: les 1 - Leesvaardigheid

Dinsdag 23 mei - 2AT1
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik Leesvaardigheid
  • Tekst 'Topsporter is per definitie slim'
  • Aan de slag!









timer
10:00
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Dinsdag 23 mei - 2AT1
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik Leesvaardigheid
  • Tekst 'Topsporter is per definitie slim'
  • Aan de slag!









timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Toetsstof Leesvaardigheid: 2, 3, 4, 17, 18, 19, 32, 33, 34

2 Tekstdoelen
3 Leesstrategieën
4 Woordraadstrategieën
17 Functiewoorden
18 Verbindingswoorden (signaalwoorden)
19 Verwijswoorden
32 Onderwerp & hoofdgedachte
33 Hoofd- en bijzaken
34 Samenvatten

Slide 2 - Diapositive

Aan de slag!
Lees tekst 4 grondig ('Topsporter is per definitie slim'). Deze tekst komt uit Op niveau blz. 299 en staat in Classroom.

Maak daarna de vragen op de volgende slides.

Slide 3 - Diapositive

1. Welke manier gebruikt de schrijver om de tekst in te leiden?

Slide 4 - Question ouverte

2. Schrijf op waarnaar de volgende woorden verwijzen. Schrijf ook het regelnummer op.
a Dat (r. 17)
b Dat (r. 37)
c Die(r.43)
d Dat(r.62)

Slide 5 - Question ouverte

3. In de inleiding staat een signaalwoord voor het verband uitspraak-reden.
a Schrijf dat signaalwoord op.
b Schrijf de uitspraak op.
c Schrijf de reden op.

Slide 6 - Question ouverte

4. a. Past het tussenkopje 'Sportprestaties' goed bij de belangrijkste inhoud van alinea 3?
Leg je antwoord uit.
b Bedenk een ander passend tussenkopje voor alinea 3.

Slide 7 - Question ouverte

5. In regel 41 staat het signaalwoord 'omdat'.
a Welk verband geeft dit signaalwoord aan?
b Schrijf de delen van dit verband volledig op.

Slide 8 - Question ouverte

6. Op welke manier zijn de derde en vierde alinea met elkaar verbonden? Licht je antwoord kort toe.

Slide 9 - Question ouverte

7. Schrijf de hoofdzaak/hoofdzaken van alinea 4 op.

Slide 10 - Question ouverte

8. Schrijf het juiste antwoord op. In deze tekst:
A
brengt de schrijver zijn eigen mening naar voren.
B
geeft de schrijver een of meer meningen van anderen.
C
beschrijft de schrijver een of meer meningen van anderen en voegt daar zijn eigen mening aan toe.

Slide 11 - Quiz

9. a Is tekst4 objectief of subjectief?
b Leg je antwoord uit.

Slide 12 - Question ouverte

Aan de slag!
Lees tekst 5 grondig ('Een jaar blijven zitten helpt je verder'). Deze tekst komt uit Op niveau blz. 302 en staat in Classroom.

Maak daarna de vragen op de volgende slides.

Slide 13 - Diapositive

In de inleiding staat een tegenstelling.

a. Noteer het signaalwoord.
b. Noteer het verband.
c. Noteer de delen van het verband.

Slide 14 - Question ouverte

Op welke twee manieren zijn de tweede en derde alinea met elkaar verbonden?
A
Een signaalwoord of een signaalwoordgroep
B
Een herhaling van een woord of woordgroep
C
Een overgangszin met een verwijzend woord
D
Een aankondigende zin

Slide 15 - Quiz

Noteer de hoofdzaak van alinea 4.

Slide 16 - Question ouverte

In alinea 4 staat een signaalwoord voor het verband uitspraak-reden.
a. Noteer het signaalwoord.
b. Noteer de delen van het verband.

Slide 17 - Question ouverte

Het tussenkopje 'Anders leren' past niet bij de inhoud van de alinea eronder.

a. Schrijf het deelonderwerp van deze alinea op.
b. Bedenk een passend tussenkopje.

Slide 18 - Question ouverte

Uitspraak: "Leerlingen mogen best wat vaker blijven zitten."

a. Voor welke leerling(en) geldt deze uitspraak?
b. Schrijf de reden(en) bij deze uitspraak op.

Slide 19 - Question ouverte

Wat is het tekstdoel van deze tekst?
A
de lezer informeren
B
de lezer amuseren
C
de lezer een mening laten vormen
D
de lezer laten nadenken over het onderwerp

Slide 20 - Quiz

Wat is de tekstvorm van deze tekst?
A
ingezonden brief
B
artikel in krant of tijdschrift
C
column
D
gedicht

Slide 21 - Quiz

Deze tekst is...
A
subjectief
B
objectief

Slide 22 - Quiz

Einde van deze les
Klaar? 
  • Leer de moeilijke woorden in Drillster H17, 18, 19
  • Werken aan je fictiedossier

Slide 23 - Diapositive