Susan, quizz communicatie, gespreksvaardigheden

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Quizz communicatie/ eigen regie

Een open vraag is:

1. Waarbij je de ander ruimte geeft om meer te vertellen
2. Waarin jouw mening verpakt zit en je stuurt het gesprek een bepaalde kant op
3. Waarop je alleen ja of nee kan antwoorden
4. waarvan het antwoord al vast staat

Aandachtspunten voor het ontvangen van feedback, welke 2?

1. Geef aan dat de ander het niet goed gezien heeft
2. Vertel wat je van de ander zijn gedrag vindt.
3. Vraag om verduidelijking als je het niet begrijpt.
4. Geef aan wat je van de feedback vindt zonder verwijtend te zijn.

Communicatieproblemen kunnen optreden door verschillende oorzaken:


Wat is de oorzaak van het communicatieprobleem? Vpk Anneke legt aan een cliënt uit hoe de wasmachine werkt . Anneke gebruikt woorden die de cliënt niet kent. Kies in deze situatie het meest voor de hand liggende.

1. Verschil in achtergrond en gewoonte tussen zender en ontvanger
2. Communicatiestoornis
3. Onduidelijk overbrengen van de boodschap
4. Verschil in achtergrond en gewoonten tussen zender en ontvanger

De belangrijkste voorwaarde voor een effectief tweegesprek is wanneer iemand aanspreekbaar is:

1. dat jij als begeleider de oplossingen en mogelijkheden bedenkt
2. dat jij als begeleider de verantwoordelijkheid bij de cliënt laat
3. dat jij als begeleider de regie overneemt , dat maakt het overzichtelijk

De 4G feedback methode biedt een structuur om ongewenst gedrag te benoemen en bij te sturen. De 4G feedback methode bestaat uit vier de 4G’s, te weten:

1. Gevoel, geval, gevolg, genade
2. Gevoel, gewenst, gedrag, gevolg
3. Gedrag, gevoel, gewenst gedrag, gevolg
4. Gedrag, gevolg, gevoel, gewenst gedrag

Loes is een cliënt met een licht verstandelijke beperking. Ze werkt op een zorgboerderij en heeft daar vaste taken. Deze week is er een nieuwe cliënt gestart, Koos. Hij gaat Loes helpen met het voeren van de geiten. Koos doet het volgens Loes niet goed. Ze loopt boos weg. Jij gaat met Loes in gesprek. Dit noemen we een:

1. Informatief gesprek
2. Helpend gesprek
3. Slechtnieuwsgesprek

Communicatie waarbij de ontvanger actief betrokken is, en de boodschap overkomt zoals de zender bedoelt.

Communicatie via mimiek, gebaren, oogcontact en lichaamshouding

Communicatie waarbij niet direct gereageerd kan worden, de zender kan niet tegelijk ontvangen

Communicatie waarbij iemand met geschreven of gesproken woorden informatie overbrengt

Verbale communicatie

Lichaamstaal

effectieve communicatie

eenzijdige communicatie

Weerstand bij cliënten kan optreden bij iedere gespreksvorm, maar vooral bij:

1. gesprekken die oplossingsgericht zijn
2. gesprekken die een verandering tot doel hebben
3. gesprekken die informatie overbrengen tot doel hebben

Je hebt een teamoverleg en je bespreekt een situatie met een cliënt die zijn afspraken niet nakomt. Een collega maakt een grapje dat iedereen wel eens een afspraak niet nakomt. Jij geeft een concreet voorbeeld en jouw collega reageert met een lachwekkend voorval wat hij heeft meegemaakt. Het lukt je niet om deze situatie goed te bespreken in je team en de concentratie van je collega's verslapt.
Over welke vorm van negatief deelnemersgedrag gaat het hier?

1. Stimulerend gedrag
2. clownesk gedrag
3. alles beter weten
4. manipulerend gedrag

Sleep naar het juiste vak

Positief deelnemersgedrag

Negatief deelnemersgedrag

kritisch denken

veel praten

ja-knikken

organiseren

zwijgen

helpen

Er zijn verschillende feedback methodes te noemen, welke 2?

1. Broodjes kroketmethode
2. hamburgermethode
3. het 4 G model
4. het 4 B model

De hoeden van Bono, waar kun je deze techniek voor inzetten

1. Bij een feestelijke vergadering
2. Om tot een oplossing te komen waarbij je het probleem of de situatie het van alle kanten bekijkt
3. Creatief denken bij problemen
4. Om iedereen aan het praten te krijgen

Een doel van een discussie kan zijn dat je je mening kan vormen. Deze discussies hebben tot doel om een probleem of situatie goed te doorgronden. De bedoeling is dat je een beeld krijgt van elkaars mening.

1. juist
2. onjuist

Uit welke 3 elementen is goede feedback opgebouwd?
1 rationaliseren
2 gedrag van de ander benoemen
3 spreek in de "jij"-vorm
4 speel de bal terug
5 mijn gevoelens en gedachten
6 ik-boodschap

1. 1, 3, 4
2. 2, 5, 6
3. 1, 4, 5
4. 2, 3, 4

Ook al formuleer je de feedback op een goede manier, dan nog kan het hard aankomen en niet welkom zijn. Mensen beschermen zich graag tegen onaangename gevoelens. Zeker als het hun zelfbeeld raakt. Ze gaan dan in de verdediging.

Welke verdedigingsreactie zie je als de ander uitleg gaat geven over de verklaring van het gedrag?

1. verdringing
2. ontkenning
3. rationalisatie
4. projectie

Folkert moet de echtgenoot van Anja vertellen dat door bezuinigingen de vergoeding voor de dagbesteding grotendeels komt te vervallen. De echtgenoot schrikt hiervan.

Om welk soort gesprek gaat het in deze situatie?

1. helpend
2. slechtnieuws
3. informatief

1. Arend hoort door een langsrijdende trein niet wat je zegt.
2. Thomas is in gedachten en hoort je niet, er is sprake van......

1. 1. Er is sprake van externe ruis. 2. Er is sprake van externe ruis
2. 1.Er is sprake van interne ruis 2. Er is sprake van interne ruis
3. 1. Er is sprake van interne ruis 2. Er is sprake van externe ruis
4. 1. Er is sprake van externe ruis 2. Er is sprake van interne ruis.

Primaire groep

Secundaire groep

Formele groep

Informele groep

Homegene groep

Hetrogene groep

Groep in de directe omgeving van de cliënt. (familie, vrienden). Er is sprake van een gevoelsband. 

Een groep waar je in terecht komt, bv. sport, klas, werk. De groep heeft vaak een gemeenschappelijk doel. 

Niet zelf samengesteld. persoonlijke en intieme relaties

Groep ontstaat spontaan en is niet verplicht. bv. vriendschappen 

Bestaat uit leden met gelijke kenmerken. Bijv. geslacht, leeftijd, problematiek

De individuele kenmerken verschillen. Vaak is de groep bij elkaar ivm een groepstaak

Kat uit de boom kijken

'machtsstrijd'

Normen vastgesteld

Samenwerken

Afscheid

Forming : orientatiefase

Storming: machtsfase

Norming:

normeringsfase

Performing: prestatiefase

Adjourning: 

Afscheidsfase

Klaar...