Les 6

Les 6
Weefsel, epitheel en bindweefsel

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Les 6
Weefsel, epitheel en bindweefsel

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

planning
nabespreken
leerdoelen
theorie
opdracht
evaluatie
huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nabespreken
Vragen naar aanleiding van vorige les? 

Vragen over het huiswerk?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les  weet je wat weefsel inhoudt
Aan het einde van de les kun je uitleggen welk weefsel epitheelcellen vormen
Aan het einde van de les kun je de belangrijkste functies van epitheelcellen benoemen

Slide 4 - Diapositive

De student
- Legt uit het begrip ‘weefsel’ inhoudt
- Legt uit welk weefsel de epitheelcellen vormen
- Benoemt de drie belangrijkste functies van epitheelcellen
- Wijst in een plaatje aan waar de verschillende typen dekweefsels voor komen in het lichaam
- Legt de bouw en functie van klierepitheel ui
Waar denk je aan bij een weefsel?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Theorie
Een weefsel is een verzameling cellen met dezelfde bouw en een gemeenschappelijke functie. Bij een weefsel horen ook de stoffen rondom de cellen, die het weefsel vaak zijn specifieke functie geven.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4 weefsel groepen
1) dekweefsel
2) steunweefsel
3) spierweefsel
4) zenuwweefsel

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dekweefsel ( epitheel)
Dekweefsel bestaat uit cellen die heel dicht tegen elkaar aanliggen en daardoor een aaneengesloten laag vormen. Je vindt het aan de buitenkant van het lichaam als huid, en binnenin het lichaam rondom de organen. Ook de binnenbekleding van holle organen, zoals de darmen, de longen en de bloedvaten

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eigenschappen
Geen tussenschot tussen epitheelcellen
geen bloedvaten
1 kant blootgesteld aan omgeving
Andere kant zit vast aan een dunne elastische laag ( basaalmembraan)
epitheelcellen slijten snel af

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke functie zouden epitheelcellen hebben?
A
bescherming, opslag, transport
B
bescherming, transport, afscheiding van stoffen
C
afscheiding van stoffen, groei van cellen, barriere vorming
D
dekweefsel, bindweefsel, klierweefsel

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Klierepitheel
Klierweefsel bestaat uit epitheelcellen die alleen maar een secretiefunctie hebben( secretie is uitscheiden) 
 
Exocrien en endocrien

Slide 11 - Diapositive

exocrien heeft afvoerbuis, voert dus iets af ( borsten, zweet, darm, speeksel, talg) 

Endocriene klieren hebben geen afvoerbuis en geven hun product rechtstreeks aan het bloed af. Dit proces heet interne secretie. De afscheidingsproducten van endocriene klieren zijn altijd hormonen.
Steunweefsel
Steunweefsel is een verzamelnaam voor weefsels die een verbindende, steunende of verzorgende functie hebben. Steunweefsel bestaat uit cellen die los van elkaar liggen, of via dunne celuitlopers met elkaar zijn verbonden

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4 type steunweefsel
Bindweefsel
kraakbeenweefsel
botweefsel
vloeibaar steunweefsel


Slide 13 - Diapositive

Bindweefsel kan drie typen vezels bevatten: collagene vezels, elastische vezels en reticulaire vezels. Afhankelijk van de vezelsamenstelling worden onderscheiden: straf bindweefsel, losmazig bindweefsel, elastisch bindweefsel, vetweefsel en reticulair bindweefsel.
De matrix van kraakbeen is vaak doorschijnend en bevat collagene en elastische vezels. De drie typen kraakbeen zijn: hyalien kraakbeen, elastisch kraakbeen en vezelig kraakbeen.
De matrix van botweefsel bestaat uit kalkzouten en collagene vezels en is hard, maar toch een beetje buigzaam. Botweefsel is goed doorbloed. Er zijn twee soorten botweefsel: compact been en sponsachtig been.
Bloed en lymfe hebben een vloeibare matrix. De functie van bloed en lymfe is dan ook transport.
Opdracht
Algemene eigenschappen en functies opzoeken van:
• Dekweefsel
• Klierepitheel
• Steunweefsel
• Bindweefsel
• Kraakbeenweefsel
• Botweefsel
• Vloeibaar steunweefsel

20min. Alleen. Thieme.
Eerder klaar? Start met je huiswerk

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
3. Opdrachten uit TM eDition tijdens de les of als huiswerk
• Anatomie en fysiologie: Module 3: Weefsels
ANF3: Weefsels, hoofdstuk 1 Dekweefsel, maak opdracht 1 t/m 12
• ANF3: weefsels, hoofdstuk 2 Steunweefsel, maak opdrachten 1 t/m 14

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Lees uit TM:
• Anatomie en fysiologie: Module 3 Weefsels
Hoofdstuk 3 spierweefsel, vanaf blz. 73 t/m 76
• Anatomie en fysiologie: Module 3
Hoofdstuk 4 zenuwweefsel vanaf blz. 77 t/m 81

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions