H6.1 B2HV Licht en kleur

  • Je schrift 
  • Pen en potlood 
  • Liniaal/geodriehoek
Pak alvast:
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

  • Je schrift 
  • Pen en potlood 
  • Liniaal/geodriehoek
Pak alvast:

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we deze les doen?
  1. Uitleg: H6.1 Licht en kleur
  2. Demo - Spectrum
  3. Demo - Laser
  4. Maak: opdracht 1 t/m 13

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Je omgeving zien
Hoe zien we voorwerpen eigenlijk? 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Je omgeving zien
Hoe zien we voorwerpen eigenlijk? 
  • Voorwerpen geven zelf geen licht
  •  Je kan ze alleen zien als ze worden verlicht.
  • Licht dat op een voorwerp valt, wordt teruggekaatst.
  • We noemen dat diffuus licht (het kaatst in alle richtingen terug).

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Ontstaan regenboog

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.
Zakspectroscoop

Slide 9 - Diapositive

Doel: demonstreren wat een spectrum is.
Nodig: overheadprojector, scherm, rechtziend prisma, statief, masker (stuk karton waarin een smalle spleet gesneden is: 25 cm lang en 1 cm breed), kleurenfilters.
Uitvoering: Leg het masker op de projector. Beeld de spleet zo scherp mogelijk op het scherm af. Plaats met behulp van het statief een rechtziend prisma vlak onder de lens. Op het scherm is nu een redelijk lichtsterk spectrum te zien.
Leg achtereenvolgens een rood, groen, blauw en geel filter op de spleet in het masker. Vraag de leerlingen wat ze zien. Bespreek ten slotte wat deze proef precies aantoont.

Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.
Spectraal kleuren
  • Het witte licht van de zon bestaat uit alle kleuren van de regenboog.
  • Dat kun je aantonen met een prisma
  • Op een scherm achter het prisma is dan een reeks kleuren te zien: een spectrum.
  • Zonlicht is een mengsel is van verschillende spectraalkleuren (de zuivere kleuren in het spectrum).

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht.
Het spectrum van lamplicht
  • Kaarsen, ledlampen en tl-buizen zijn kunstmatige lichtbronnen
  • Met een zakspectroscoop kun je onderzoeken wat voor licht ze uitzenden
a = zonlicht



b = tl-licht



c = natriumlamp



Slide 11 - Diapositive

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht.
Het spectrum van lamplicht
  • Een natriumlamp geeft maar één kleur licht
  • Een paarse trui lijkt donkergrijs of zwart. 
  • De trui absorbeert het gele licht van de natriumlamp bijna volledig.  
a = zonlicht


b = tl-licht


c = natriumlamp



Slide 12 - Diapositive

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.
Spectraal kleuren

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Je omgeving zien
Hoe zien we kleuren? 
  • Veel voorwerpen weerkaatsten zonlicht maar gedeeltelijk
  • Een rood voorwerp weerkaatst vooral de spectraalkleur rood. En een blauw voorwerp de spectraalkleur blauw.
  • Witte voorwerpen weerkaatsen bijna al het zonlicht terug.
  • Zwarte voorwerpen kaatsen heel weinig licht terug. Daarbij wordt het licht geabsorbeerd

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Blauw
Hoe zien we kleuren? 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Rood
Hoe zien we kleuren? 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Wit
Hoe zien we kleuren? 

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Zwart
Hoe zien we kleuren? 

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Blauw op groen
Hoe zien we kleuren? 

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Blauw op groen
Hoe zien we kleuren? 

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Rood op blauw

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Blauw op groen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Rood op wit

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Rood op wit

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Rood op wit

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Rood licht

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Groen licht

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Groen licht

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht.
Het spectrum van lamplicht
  • Kaarsen, ledlampen en tl-buizen zijn kunstmatige lichtbronnen
  • Met een zakspectroscoop kun je onderzoeken wat voor licht ze uitzenden
a = zonlicht



b = tl-licht



c = natriumlamp



Slide 31 - Diapositive

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht.
Demo Natriumlamp 

Slide 32 - Diapositive

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Slide 33 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Beeldscherm

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Beeldscherm

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Beeldscherm

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Subtractieve en additieve kleurmenging

Inkt mengen:
  • Door verschillende kleuren inkt te mengen kun je andere kleuren maken. De inkt werkt als een filter die bepaalde kleuren absorberen.
  • Dit is subtractieve kleurmenging (bovenste plaatje). 


Licht mengen:
  • Bij gekleurd licht werkt het anders. Als je groen, rood en blauw licht met elkaar mengt, krijg je wit licht (onderste plaatje). Dit is additieve kleurmenging
  • Ze voegen namelijk kleur toe in plaats van te absorberen.

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Wit licht op blauw

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Wit licht op blauw

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Geel op groen

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Geel op groen

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Magenta

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 
Subtractieve en additieve kleurmenging

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 44 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt twee eigenschappen beschrijven van de lichtbundel van een laser
Laser
  • Licht van een laser heeft maar één spectraalkleur (monochromatisch)
  • De lichtbundel is evenwijdig: ook over grotere afstanden niet breder
  • De lichtbundel divergeert dus niet (of nauwelijks)


  • Sinds 1969 staat er een spiegel op de maan. Daar kan met een laser op worden geschenen om de afstand maan tot aarde te berekenen
  • Toepassingen: lasersnijder, lasershows, afstanden meten, blu-rayspelers

Slide 46 - Diapositive

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht.
Het spectrum van lamplicht
a = zonlicht



b = tl-licht



c = natriumlamp



Slide 47 - Diapositive

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Aan de slag!
  1. Introductie: Licht
  2. Uitleg: H6.1 Licht en kleur
  3. Demo - Spectrum
  4. Demo - Een kleur
  5. Maak: opdracht 1 t/m 13

Slide 48 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 49 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 50 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions