6.1 les 2

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

6.1 les 2

kleuren zien

Planning

• Terugblik 
• Lesdoelen
• Theorie: Kleuren licht mengen 
• Proef 2 
• Zelfstandig werk:  8 t/m 11 van 6.1 
• Check up 

Terugblik:

Groen gras zien wij als groen omdat er                    licht op valt. Het groene licht wordt                      en de rest van het licht wordt                     . Het licht kaatst alle kanten op terug. Dit noem je 

Wit 

Zwart

Geabsorbeerd

Weerkaatst

Spiegelende terugkaatsing 

Diffuse terugkaatsing

Groen

Lesdoelen

• Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt. 
• Je kunt uitleggen hoe je een voorwerp met een bepaalde kleur ziet bij verschillende kleuren licht. 
• Je kunt uitleggen wat subtractieve en additieve kleurmenging is. 

Ik schijn met een blauwe lamp op een wit t-shirt. In welke kleur zie ik het t-shirt?

1. Groen
2. Wit
3. Zwart
4. Blauw

Ik schijn met dezelfde blauwe lamp op een blauw t-shirt. In welke kleur zie ik het t-shirt?

1. Groen
2. Wit
3. Zwart
4. Blauw

Ik schijn met een rode lamp op een blauw t-shirt. In welke kleur zie ik het t-shirt?

1. Rood
2. Wit
3. Zwart
4. Blauw

weblink

https://phet.colorado.edu/sims/html/color-vision/latest/color-vision_all.html?locale=nl 

Kleuren mengen tv

Een tv bestaat uit subpixels in 3 kleuren: Rood groen en blauw. Andere kleuren worden gemaakt door deze kleuren licht te mengen. Dit noem je additieve kleurmenging. 

Hoe maakt de tv de kleur zwart?

1. Alle kleuren staan uit.
2. Hij mengt rood en blauw.
3. Alle kleuren staan aan.
4. Hij heeft een zwarte lamp.

Subtractieve kleur menging

Als je de inkt van printers mengt, dan werkt het anders. Je mengt de secundaire kleuren (magenta, cyaan en geel) en maakt daarmee de primaire kleuren. Als je alle kleuren inkt mengt krijg je zwart

Kan een standaard printer ook wit printen?

1. Ja, door alle kleuren heel licht te printen
2. Ja door geel heel licht te printen.
3. Nee, wit zie je omdat het papier wit is.
4. Nee, er zit geen witte inkt in de printer.

Proef 2:

Je gaat met een spectroscoop naar de lamp kijken. Teken in je boek het spectrum van deze lamp en maak hiervan een foto en lever deze in. 

Lever hier de foto van het spectrum van de tl-lamp in.

Zelfstandig werk:

Vraag 8 t/m 11 van 6.1 

Wat is het verschil tussen additieve en subtractieve kleurmenging?