1.3 Lezen 13-9-2021

Lesopzet
Telefoon in de telefoontas.


Vijftien minuten lezen.
Instructie paragraaf 1.3 Lezen. Werken aan 1.3 Lezen.
Tussendoor stel ik vragen.
Afsluiting les.

timer
15:00
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Lesopzet
Telefoon in de telefoontas.


Vijftien minuten lezen.
Instructie paragraaf 1.3 Lezen. Werken aan 1.3 Lezen.
Tussendoor stel ik vragen.
Afsluiting les.

timer
15:00

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
In deze paragraaf leer je:
• leesstrategieën toepassen;
• de opbouw van een tekst bepalen;
• de opbouw van een alinea herkennen;
• informatie op internet zoeken.



Programma

Theorie leesstrategieën, opbouw van een tekst, opbouw van een alinea


Slide 2 - Diapositive

Doen
We kijken eerst samen naar opdracht 5 van 1.3 Lezen. 

Slide 3 - Diapositive

Doen
We kijken nu samen naar opdracht 6 van 1.3 Lezen. 

Slide 4 - Diapositive

Doen
We kijken nu samen naar opdracht 8 van 1.3 Lezen. 

Slide 5 - Diapositive

Doen
We kijken nu samen naar opdracht 9 van 1.3 Lezen. 

Slide 6 - Diapositive

Doen
We kijken nu samen naar opdracht 10 van 1.3 Lezen. 

Slide 7 - Diapositive

Opbouw tekst
In een goedgeschreven tekst staat de informatie in een logische volgorde: de tekstopbouw.
Twee manieren om een tekst op te bouwen komen vaak voor:
• een driedeling: inleiding – kern – slot;
• een tweedeling: inleiding – kern.
Als de laatste alinea van een tekst nog nieuwe informatie toevoegt aan het onderwerp, hoort die bij de kern.
Als de laatste alinea de tekst afrondt, bijvoorbeeld in de vorm van een samenvatting of conclusie, dan is er sprake van een slot.

Slide 8 - Diapositive

Opbouw alinea
Elke wat langere tekst is opgebouwd uit alinea’s. In een goed opgebouwde alinea staat bijna altijd een kernzin. Die geeft aan waar de alinea over gaat of noemt de belangrijkste informatie. De rest van de alinea is een uitleg of een uitwerking van de kernzin. Soms is de kernzin als vraag geformuleerd.

In veel alinea’s is de kernzin de eerste zin, daarna volgt de toelichting. Maar de kernzin kan ook op een andere plaats staan, bijvoorbeeld als de alinea begint met een inleidende zin.
Bijvoorbeeld: Er zijn ook nog andere oplossingen. De beste oplossing is dat de twee partijen een bemiddelaar aanwijzen.

Twijfel je wat de kernzin is, ga dan na welke zin in de alinea wordt toegelicht.



Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Huiswerk
1.3 Lezen opdracht 11 t/m 15 (voor morgen). 

Slide 11 - Diapositive