H3 Taalverzorging les 6 - Werkwoordspelling

Leerdoelen Taalverzorging 5
20. Ik kan de werkwoordspelling foutloos toepassen.
21. Ik herken bijvoeglijke naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden.
22. Ik kan de juiste spelling toepassen bij bijvoeglijke naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden.

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Leerdoelen Taalverzorging 5
20. Ik kan de werkwoordspelling foutloos toepassen.
21. Ik herken bijvoeglijke naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden.
22. Ik kan de juiste spelling toepassen bij bijvoeglijke naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden.

Slide 1 - Diapositive

Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen.
Hij bestelde een blikje cola en betaalde dat met zijn pinpas.

Slide 2 - Question ouverte

Leerdoelen Taalverzorging 5
20. Ik kan de werkwoordspelling foutloos toepassen.
21. Ik herken bijvoeglijke naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden.
22. Ik kan de juiste spelling toepassen bij bijvoeglijke naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen.
Hij is in de laatste jaren veel veranderd en dat vind ik jammer.

Slide 5 - Question ouverte

Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen.
De spaceshuttle landde op Mars terwijl er een storm woedde.

Slide 6 - Question ouverte

Zet de persoonsvormen in de zin in een andere tijd door het goede werkwoord te veranderen. Schrijf de juiste spelling op van de werkwoorden die veranderen.
De heldhaftige brandweerman redt een kind uit een brandend huis en
raakt daarbij zelf gewond.

Slide 7 - Question ouverte


Weet jij wat er op zulke feesten allemaal ....... (gebeuren)?

Slide 8 - Question ouverte

Vul in de zin hieronder de juiste werkwoordsvorm in.

Bedrijven hebben tijdens de coronacrisis minder aan reclames ........ (besteden)

Slide 9 - Question ouverte


Tijdens een bezoek aan de schoonheidsspecialiste wordt mijn huid heerlijk ...... (scrubben).

Slide 10 - Question ouverte


De ..... (aankondigen) film komt pas na de meivakantie uit in de bioscoop.

Slide 11 - Question ouverte

Vul in de zin hieronder het juiste bijvoeglijk naamwoord in.

De ....... (bedreigen) man is erg geschrokken.

Slide 12 - Question ouverte


Ajax ..... (verhuren) zijn beste speler aan een club in Engeland.

Slide 13 - Question ouverte


De ..... (verhuren) speler is daar zelf erg blij mee.

Slide 14 - Question ouverte


Afgelopen zomer ........ (vergroten) hij zijn vermogen met wel 10%.

Slide 15 - Question ouverte


De ...... (vergroten) foto is echt prachtig geworden.

Slide 16 - Question ouverte

Maak 2 zinnen:
één met het werkwoord gebeurt en
één met het werkwoord gebeurd.

Slide 17 - Question ouverte

Maak 2 zinnen:
één met het werkwoord verandert en
één met het werkwoord veranderd.

Slide 18 - Question ouverte

Aan de slag
Bestudeer blz. 14 en 15
Maak opdracht 8
Moeite met de werkwoordspelling? Oefen op de app werkwoordspelling op Plot26

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Verrassingsdictee
Pak een blaadje.
Schrijf de woorden op.
Controleer straks op blz. 16

Slide 21 - Diapositive

Huiswerk
Bestudeer blz. 14 en 15
Maak opdracht 8
Moeite met de werkwoordspelling? Oefen op de app werkwoordspelling op Plot26
Bestudeer de woorden op blz. 16

Slide 22 - Diapositive