13.3 Vierhoeken

Hoofdstuk 13:
Vlakke figuren
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 13:
Vlakke figuren

Slide 1 - Diapositive

Vierhoeken
In het vorige hoofdstuk hebben we geleerd wat hoeken zijn. Als je 4 van die hoeken samenvoegt, dan heb je (heel logisch) een vierhoek. 

We kennen verschillende soorten vierhoeken en die lopen we even langs. De vierkant en de rechthoek slaan we hier even over. 

Slide 2 - Diapositive

Vlieger
Een vierhoek waarbij een van de diagonalen de symmetrieas is, heet een vlieger. Zoals je ziet is een vlieger te verdelen in 4 vlakken, 2 kleine driekhoeken en 2 grote driehoeken. 

Slide 3 - Diapositive

Ruit
Een vierhoek waarbij twee van de diagonalen de symmetrieassen zijn, heet een ruit. Zoals je ziet is een ruit te verdelen in 4 vlakken, die allevier even groot zijn.

Slide 4 - Diapositive

Even oefenen .....
Je krijgt een aantal meerkeuzenvragen. Probeer steeds het juiste antwoord te geven.

Slide 5 - Diapositive

Hoeveel diagonalen
heeft een ruit?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 6 - Quiz

Welk figuur is dit?
A
Vierhoek
B
ruit
C
paralellogram
D
vlieger

Slide 7 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen heeft een ruit?
A
0
B
1
C
2
D
4

Slide 8 - Quiz

De figuur hiernaast is een ...
A
vierkant
B
vlieger
C
ruit
D
parallellogram

Slide 9 - Quiz

Welk vlakke figuur is dit?
A
vierhoek
B
rechthoek
C
ruit
D
vierkant

Slide 10 - Quiz

Parallellogram
Een bijzondere vierhoek is de parallellogram. Een parallellogram heeft geen symmetrieassen. In een parallellogram zijn de tegenoverelkaar staande zijden (evenwijdige) steeds even lang. Ook de tegenoverelkaar liggende hoeken zijn even groot.

Slide 11 - Diapositive

Wat extra informatie
Vierhoeken:                       Vierhoeken (lang): 

Parallellogram: 

Ruit: 

Vlieger: 

Slide 12 - Diapositive

Even oefenen .....
Je krijgt een aantal meerkeuzenvragen. Probeer steeds het juiste antwoord te geven.

Slide 13 - Diapositive

Deze eigenschap hoort bij
Alle zijden even lang
A
Parallellogram en ruit
B
Alleen ruit
C
Alleen parallellogram

Slide 14 - Quiz

Welke figuur zie je
hier?
A
vierkant
B
ruit
C
rechthoek
D
parallellogram

Slide 15 - Quiz


Welk vlakke figuur is dit?
A
Trapezium
B
Vierkant
C
Rechthoek
D
Parallellogram

Slide 16 - Quiz

Een parallellogram heeft twee evenlange overstaande zijden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Een parallellogram is lijnsymmetrisch
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

De figuur hiernaast is een ...
A
vierkant
B
vlieger
C
ruit
D
parallellogram

Slide 19 - Quiz

10.
Hoe heten
deze vierhoeken?
A
vlieger en ruit
B
vlieger en parallellogram
C
ruit en parallellogram
D
driehoek en ruit

Slide 20 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen
heeft een parallellogram?
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 21 - Quiz