Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Woorden 6.3 - 2 kgt
Woorden 6.3 - 2 kgt
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Woorden 6.3 - 2 kgt
Slide 1 - Diapositive
Lesdoel
- Je kent de
betekenissen
van de woorden uit
woordenlijst 2.
- Je weet wat
figuurlijk taalgebruik
is.
- Je kent het verschil tussen
uitdrukking
en een
spreekwoord
.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Het woord 'instorten' heeft twee betekenissen. De ene betekenis is letterlijk, de andere betekenis is figuurlijk.
Welke betekenis is figuurlijk?
A
ineenstorten, kapotgaan
B
een crisis hebben, zodat je niet meer kunt functioneren
Slide 4 - Quiz
Welke betekenis van 'instorten' wordt bedoeld?
De toren staat op instorten.
A
ineenstorten, kapotgaan
B
een crisis hebben, zodat je niet meer kunt functioneren
Slide 5 - Quiz
Welke betekenis van 'instorten' wordt bedoeld?
Toen de zangeres de foto's zag, is ze ingestort.
A
ineenstorten, kapotgaan
B
een crisis hebben, zodat je niet meer kunt functioneren
Slide 6 - Quiz
Welke betekenis van 'instorten' wordt bedoeld?
Zijn wereld stortte in.
A
ineenstorten, kapotgaan
B
een crisis hebben, zodat je niet meer kunt functioneren
Slide 7 - Quiz
Welke zin is figuurlijk taalgebruik?
A
Dat is een goed middel voor je zieke paard.
B
Dat is een paardenmiddel voor die kwaal.
Slide 8 - Quiz
Welke zin is figuurlijk taalgebruik?
A
Zij is op het paard getild.
B
Zij is over het paard getild.
Slide 9 - Quiz
Welke zin is figuurlijk taalgebruik?
A
Mijn moeder eet graag kip.
B
Mijn moeder is kippig.
Slide 10 - Quiz
Welke zin is figuurlijk taalgebruik?
A
Er kwam geen kip in de winkel.
B
De winkel verkocht geen kip meer.
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Spreekwoord of uitdrukking?
In de huid kruipen van
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 13 - Quiz
Spreekwoord of uitdrukking?
Door de mand vallen
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 14 - Quiz
Spreekwoord of uitdrukking?
Vele handen maken licht werk
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 15 - Quiz
Spreekwoord of uitdrukking?
Met je hoofd in de wolken lopen
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 16 - Quiz
Spreekwoord of uitdrukking?
Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 17 - Quiz
Spreekwoord of uitdrukking?
Honger hebben als een paard
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 18 - Quiz
Spreekwoord of uitdrukking?
Zo sterk zijn als een leeuw
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 19 - Quiz
Spreekwoord of uitdrukking?
Wie A zegt, moet ook B zeggen
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 20 - Quiz
Oefening betekenis woorden uit woordenlijst 2
- Ga naar
socrative.com
- ROOM/KAMER =
VDHOVEN
- Vul je eigen naam in
- Maak de quiz
Slide 21 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
H1 - Spreekwoorden en uitdrukkingen
Mai 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
Woordenschat - Spreekwoorden en uitdrukkingen
Juin 2022
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
Proefles Woordbetekenissen raden, 0F
Juillet 2018
- Leçon avec
24 diapositives
par
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
Praktijkonderwijs
MBO
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
Spreekwoorden gezegdes mavo april 2023
Mars 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Klas 2 3.5 Woorden
Décembre 2023
- Leçon avec
31 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Spreekwoorden 1
Juin 2024
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Spreekwoorden gezegdes mavo april 2023
Novembre 2024
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
NU Ned 1F 2F Deel A Woordenschat H1 1.3 Figuurlijk taalgebruik
Juillet 2022
- Leçon avec
41 diapositives