nederlands les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

NEDERLANDS

Ik heb zelf plekjes gemaakt dus, het maakt voor nu even niet uit naast wie je en waar je zit. :)

VASTE PLEKKEN

Iris K.       Lotte      Sarah   Fleur          Priscilla      Iris W.      Damaris

Ruben     Colin      Sam     Dinand      Dylan           Wiktor     Niek

WERKWOORDSPELLING

Persoonsvorm 

Onderwerp 

Tegenwoordige tijd 

Verleden tijd

WERKWOORDSPELLING

Persoonsvorm -> werkwoord, vraagzin

Onderwerp

Tegenwoordige tijd

Verleden tijd

WERKWOORDSPELLING

Persoonsvorm -> werkwoord, vraagzin

Onderwerp -> Persoon of ding, wie of wat + persoonsvorm

Tegenwoordige tijd 

Verleden tijd

WERKWOORDSPELLING

Persoonsvorm -> werkwoord, vraagzin

Onderwerp -> Persoon of ding, wie of wat + persoonsvorm

Tegenwoordige tijd -> Nu, stam (ik-vorm), stam + t

Verleden tijd 

WERKWOORDSPELLING

Persoonsvorm -> werkwoord, vraagzin

Onderwerp -> Persoon of ding, wie of wat + persoonsvorm

Tegenwoordige tijd -> Nu, stam (ik-vorm), stam + t

Verleden tijd -> Al gebeurd, stam + te(n) of de(n)

Wat moet je doen als de persoonsvorm tegenwoordige tijd is?

Wat moet je doen als de persoonsvorm verleden tijd is?

Het is tegenwoordige tijd en het onderwerp is enkelvoud.
Wat moet je doen?

1. Stam + te
2. Stam (ik-vorm)
3. Stam + -t

Het is verleden tijd en het meervoud maar het werkwoord is sterk.
Wat moet je doen? (eten)

1. Stam + -t
2. Stam + -ten
3. Stam + -den
4. Werkwoord veranderd naar aten.

EINDE!!!

Veel plezier dit weekend en ik hoop dat jullie gezond en blij zijn! 

xxx