Herhalingsles Thema 4 Planten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Dit is een schematische tekening van een plantencel. Hoe heet onderdeel 2 ?

1. celwand
2. cytoplasma
3. vacuole
4. celkern

Wat is onderdeel A van de plantencel?

1. De celkern
2. Het celmembraan
3. De celwand
4. Vacuole

De cellen van planten bestaan uit verschillende delen. Welke kenmerken hebben deze onderdelen van plantencellen? Sleep bij elkaar!

bladgroen-

korrel

celwand

cytoplasma

Deze buitenste laag bestaat uit vezels

Dit groene bolletje maakt voedsel voor de plant

Dit is een stroperige vloeistof.

Wortel

Wortelstelsel

Wortelharen

Stengel

Vaten

Vaatbundels

zitten aan de uiteinden van de zijwortels

Buisjes in planten om water en voedingsstoffen te vervoeren

Het deel van de plant onder de grond

Alle wortels van een plant samen

Een groepje vaten

Deel van de plant tussen de wortels en de bladeren

Een plant is een .......

1. cel
2. weefsel
3. orgaan
4. organisme

Wat kunnen plantencellen doordat ze bladgroenkorrels hebben?

1. Bewegen.
2. Fotosynthese uitvoeren.
3. Stoffen verbranden.
4. Zich voortplanten.

Erik en Adrie praten over de functies van de wortels van planten,
Erik zegt: “De wortels verankeren de plant in de bodem”.
Adrie zegt: “De wortels nemen water met opgeloste stoffen op”.
Wie heeft er gelijk?

1. Alleen Erik
2. Alleen Adrie
3. Erik en Adrie
4. Geen van beiden

Planten maken hun eigen voedingsstoffen. In welke organen doen ze dit vooral?

1. In de bloemen
2. In de bladeren
3. In de stengels
4. In de wortels

Via welke onderdelen in planten komt water uit de wortels, via de stengels in de bladeren?

Waar of niet waar?
Als het erg warm is, gaan de huidmondjes dicht.

1. Waar
2. Niet waar

Planten maken voedsel door fotosynthese,
Welke stoffen heeft een plant hiervoor nodig?
……1…… + ……2…….. + zonlicht —> ....3...... + ....4.....
Welke stoffen komen op de vraagtekens?

Waar of niet waar?
Planten danken hun groene kleur aan de bladgroenkorrels in de cellen.

1. Waar
2. Niet waar

Met welke onderdelen maakt een plant zijn eigen voedingsstoffen?

1. Huidmondjes
2. Bladgroenkorrels
3. Vaatbundels
4. Wortelharen

Waar vind fotosynthese plaats?

1. Wortels
2. Bladeren
3. Stengels
4. Alle groene delen van de plant

Welke stoffen zijn nodig voor fotosynthese?

1. Water en koolstofdioxide
2. Koolstofdioxide, water en zonlicht
3. Zuurstof, water en zonlicht
4. Koolstofdioxide, glucose en zonlicht

Hoe wordt water door de plant opgenomen?

1. Stengels
2. Bladeren
3. Wortels
4. Bloemen

Welke stoffen ontstaan tijdens fotosynthese?

1. Water en koolstofdioxide
2. Koolstofdioxide, water en zonlicht
3. Zuurstof, water en zonlicht
4. Zuurstof en glucose

Waarom is fotosynthese zo belangrijk voor alle organismen?

Een blad bestaat uit de bladsteel en de bladschijf

1. Waar
2. Niet waar

In het bladmoes zitten de cellen met veel bladgroenkorrels.

1. Waar
2. Niet waar

De bladeren van de rode kool
hebben geen bladgroen.

1. Waar
2. Niet waar

Hoe noemen we de bladrand
van een blad van de hulst?

1. Gezaagd
2. Getand
3. Gekarteld
4. Gegolfd

Hoe noemen we de bladrand
van een blad van de hondsdraf?

1. Gezaagd
2. Getand
3. Gekarteld
4. Gegolfd

het blad van de weegbree is .....

1. Gaaf en veernervig
2. Gespitst en handnervig
3. Gaaf en parallelnervig
4. Gespitst en parallelnervig

het blad van de lijsterbes is .....

1. Gezaagd en veervormig samengesteld
2. Getand en veervormig samengesteld
3. Getand en enkelvoudig
4. gezaagd en enkelvoudig

het blad van de plataan is .....

1. Gegolfd en handvormig samengesteld
2. Getand en handvormig samengesteld
3. Getand en enkelvoudig
4. gegolfd en enkelvoudig

1. Door de hele plant lopen transportbuisjes
2. Deze transportbuisjes noemen we vaten
3. Deze vaten liggen bij elkaar in vaatbundels

1. 1 =Waar 2 en 3 = niet waar
2. 1 en 2 = waar 3 = niet waar
3. 1 = niet waar 2 en 3 = waar
4. 1, 2 en 3 = waar

1. Houtvaten vervoeren water en opgeloste mineralen van de wortels naar boven
2. Bastvaten vervoeren water en glucose van de bladeren naar andere plantendelen

1. 1 = waar 2 = niet waar
2. 1 = niet waar 2 = waar
3. 1 = waar 2 = waar
4. 1 = niet waar 2 = niet waar

Functies van de wortel:

Bijna alle wateropname door een plant vindt plaats
in de wortelharen

1. Waar
2. Niet waar

Onderdelen van de bloem:

Een bloem bestaat dus altijd uit de volgende onderdelen:
kroon, kelk, stamper en meeldraad

1. waar
2. niet waar

Onderdelen van de bloem:

De stamper ......

1. Is het mannelijk voortplantings-orgaan en bestaat uit helmdraad en helmknop
2. Is het vrouwelijk voortplantings-orgaan en bestaat uit helmdraad en helmknop
3. Is het mannelijk voortplantings-orgaan en bestaat uit stempel, stijl en vruchtbeginsel
4. Is het vrouwelijk voortplantings-orgaan en bestaat uit stempel, stijl en vruchtbeginsel

Onderdelen van de bloem:

De meeldraad ......

1. Is het mannelijk voortplantings-orgaan en maakt stuifmeel
2. Is het mannelijk voortplantings-orgaan en maakt eicellen
3. Is het vrouwelijk voortplantings-orgaan en maakt stuifmeel
4. Is het vrouwelijk voortplantings-orgaan en maakt eicellen

Kroonblad

Meeldraad

Kelkblad

Stamper

Kroonblad

Meeldraad

Stamper

Kelkblad

Bloembodem

Sleep naar de goede plaats

stempel

Bloem bodem

stijl

Vrucht beginsel

Eicel

Zaad beginsel

Van bloem tot vrucht

1. Een pruimenbloesem heeft één zaadbeginsel
2. Een bloem van de watermeloen kan honderden zaadbeginsels bevatten

1. 1 = waar 2 = waar
2. 1 = waar 2 = niet waar
3. 1 = niet waar 2 = waar
4. 1 = niet waar 2 = niet waar

Een nieuw begin ..

1. sommige zaden worden verspreid door de wind
2. sommige zaden worden verspreid door water
3. sommige zaden worden verspreid door dieren

1. 1 = waar 2 = waar 3 = waar
2. 1 = waar 2 = niet waar 3 = waar
3. 1 = waar 2 = waar 3 = niet waar
4. 1 = niet waar 2 = waar 3 = waar

Insectenbloem

Windbloem

geen opvallende

kroonbladeren

nectar

meeldraden 

in de bloem

maken veel stuifmeel

geur

felgekleurde kroonbladeren

stuifmeel

kleverig