Grammar Ch1+2

Tristen
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Tristen

Slide 1 - Diapositive

Homework check
Chapter 2

G - ex. 40, 41, 43, 44 (p. 100-103)
H- ex. 46 (p. 105)
I - ex. 51, 52, 53 (p. 108-111)

Slide 2 - Diapositive

Grammar Ch1+2

What to study?
Grammar 1+2 - page 69
Grammar 3+4+5 - page 117
Irregular verbs 1-55 - page 187/188 (to be-to lay)





Slide 3 - Diapositive

Kennistoets: Stepping Stones book A
Test about grammar of chapter 1 + 2          
Only grammar, no words or stones!


Grammar Chapter 1
Grammar Chapter 2
Prepositions
Sentences with and, but, or, so
(A) little / few / much / many / lots of / a lot of
Like and as
One and ones
Maandag 4-12

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive


Grammar: Like & As


Je gebruikt like als iets met elkaar vergeleken wordt. Vaak na werkwoorden die te maken hebben met zintuigen: to look, to sound, to taste, to smell, to feel.
  • She sounds like Celine Dion.
  • That cake tastes like marshmellows.
  • He looks like Kanye West.

Slide 12 - Diapositive


Grammar: Like & As


Je kan like ook gebruiken om iemand hun rol aan te geven. Like word dan vertaald als zoals of op dezelfde manier.
  • I work like a programmer. (De spreker is geen programmer maar werkt op dezelfde manier.)
  • I work as a programmer. (De spreker is daadwerkelijk een programmer.)

Slide 13 - Diapositive


Grammar: Like & As


Je gebruikt as om iemand hun rol aan te geven. Diegene is dat dan ook echt.
  • As your best friend, I advise against this. (De spreker is jouw beste vriend)
As kan ook in vergelijkingen gebruikt worden als signaalwoord.
  • She is as fast as a hare.
  • We often speak English, as we do during English class.

Slide 14 - Diapositive

Grammar: One / Ones
Je gebruik one waar je in het Nederlands "deze" / "die" zou gebruiken, dus om naar een eerder genoemd iets te verwijzen. Het meervoud is ones.
  • I lost my book, so I had to get a new one.
  • These new songs are so much nicer than the old ones on her previous album.

Slide 15 - Diapositive

Grammar: One / Ones
Je gebruikt one / ones om een zelfstandig naamwoord na which te vervangen. 

  • I need a new camera. Which one would you recommend?
  • I like these apps. Which ones are your favourites?
Je gebruikt one / ones om een zelfstandig naamwoord na this, that, these, those te vervangen.
  • Do you like podcasts?   Yes, this one is very interesting. 
  • I usually don't like graphic novels, but these ones are incredible.

Slide 16 - Diapositive

Today:
Study for the test for next week

- Slim Stampen
- Extra opdrachten
- Elo - extra practice

Slide 17 - Diapositive