klas 1 H1 bron H AVOIR herhaling (pers vnw + avoir)

1 / 12
suivant
Slide 1: Vidéo
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Persoonlijke voornaamwoorden
ik            je of j'                          voor een klinker of stomme h =>       j'aime  / j'habite
jij            tu 
hij           il 
zij           elle
men      on      
wij          nous 
jullie      vous 
U             vous 
zij (m)    ils 
zij (vr)    elles

Slide 2 - Diapositive

remplis le verbe avoir:
nous …........ un chat
A
avez
B
ont
C
a
D
avons

Slide 3 - Quiz

elles (avoir)
A
ont
B
sont

Slide 4 - Quiz

"avoir" betekend:
A
aardappel
B
hebben
C
zijn
D
ademen

Slide 5 - Quiz

Sophie heeft => (avoir)
A
as
B
ai
C
avez
D
a

Slide 6 - Quiz

Schrijf "jij hebt" in het Frans

Slide 7 - Carte mentale

nous ... (avoir)

Slide 8 - Question ouverte

Elles (avoir)
A
ont
B
auront
C
avions
D
avaient

Slide 9 - Quiz

ik ken de persoonlijke voornaamwoorden in het FRANS
A
ja allemaal
B
bijna allemaal
C
nee

Slide 10 - Quiz

ik ken de tegenwoordige tijd van 'hebben' in het FRANS
A
ja allemaal
B
bijna allemaal
C
nee

Slide 11 - Quiz

Om "avoir" goed te blijven onthouden
ga ik....
opdrachten opnieuw maken
flitskaarten maken
online slim stampen tot 100%
video uitleg opnieuw bekijken
spiekbriefje maken!

Slide 12 - Sondage