LES 5 Veilig en hygiënisch werken (hfst 4)

LES 5 Veilig en Hygiënisch werken
Leerdoel:
* Je kunt een advies uitbrengen over het veilig en hygiënisch werken op een zorgboerderij
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
groene zorgMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

LES 5 Veilig en Hygiënisch werken
Leerdoel:
* Je kunt een advies uitbrengen over het veilig en hygiënisch werken op een zorgboerderij

Slide 1 - Diapositive

Veilig & hygiënisch werken

Slide 2 - Carte mentale

Veilig werken
Vanaf 16 jaar werken met machines
Werken met handgereedschappen
  • je gebruikt ze waarvoor ze bestemd zijn
  • let op dat ze heel zijn
  • je ze goed onderhoudt
  • je ze tijdens het werken niet laat slingeren
  • je ze schoon weer opruimt op de daarvoor bestemde plek

Slide 3 - Diapositive

PBM's 
Persoonlijke Beschermings Middelen.

Deze zijn verplicht om te gebruiken door jezelf maar ook voor cliënten. 

Slide 4 - Diapositive

Werkhouding
Tillen
Til zware voorwerpen vanuit de rug en de knieën
Werkhoogte
Zorg voor een werktafel die niet te hoog of te laag is.
Herhaling
Voorkom dat je steeds dezelfde beweging maakt.
Pauze
Neem voldoende pauze bij eentonig werk.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Sleep het gevaar naar het bijbehorende plaatje.
(zeer) giftig
(zeer) licht ontvlambaar
bijtend/corrosief
gassen onder druk
schadelijke of irriterende stoffen

lange termijn gezondheidsgevaar

milieu gevaarlijk

ontplofbaar

oxiderend

Slide 7 - Question de remorquage

Veilige omgeving
* speel / werkplek voor kinderen zonder scherpe obstakels
* rustige omgeving voor ouderen
* alles gelijkvloers voor rolstoelers
* veilig en gecertificeerd gereedschap
* werkzaamheden afstemmen op de zorgvrager (cliënt)
* gevaarlijke,giftige stoffen veilig opbergen
* extra toezicht als zorgvragers gaan werken met grote dieren
* Gezond werkklimaat

Slide 8 - Diapositive

Welke beweringen is waar?
A
Een helm is een PBM.
B
Met machines werken mag vanaf 15 jaar.
C
Een verbanddoos is een PBM
D
Zware voorwerpen til je vanuit je rug en knieën.

Slide 9 - Quiz

Hygiëne
Wat is hygiëne?
Ervoor zorgen dat jij en je omgeving schoon zijn.
Daarmee voorkom je dat jij en anderen ziek worden, doordat bacteriën, virussen en schimmels zich niet makkelijk verspreiden.

Hygiëneprotocol
Lijst met regels op een bedrijf over hoe je schoon en netjes werkt. 
  • steek je haar op of gebruik een haarnetje
  • was regelmatig je kleren
  • draag handschoenen en/of was je handen goed
  • houd je werkruimte goed schoon en opgeruimd
  • houd je gereedschap schoon

Slide 10 - Diapositive

Hygiënisch werken
Persoonlijke hygiëne als je met mensen of dieren werkt:
Schoon werken
* handen wassen
* korte nagels
* haren vast
* bedrijfskleding aan
* sieraden af
Geordend
* breng structuur in je werkzaamheden

Cliënten stimuleren en controleren op hygiëne.



Slide 11 - Diapositive

Wat hoort niet bij persoonlijke hygiëne?
A
Dat je je handen wassen.
B
Dat je stevige schoenen draagt.
C
Dat je een veiligheidsbril draagt.
D
Dat je geen sieraden draagt.

Slide 12 - Quiz

Wat is geen regel voor hygiënisch werken?
A
Douche elke dag.
B
Houd je werkplek goed opgeruimd en schoon.
C
Was je handen goed en vaak.
D
Draag werkkleding en schoenen en maak die regelmatig schoon.

Slide 13 - Quiz

Hygiëne en dieren
Ziekteverwekkers
* bacteriën
* virussen
* schimmels
Zoönose (ziekte overdraagbaar van dier naar mens)
* Q-koorts
* hondsdolheid
* schurft
Let ook op parasieten en ongedierte !


Slide 14 - Diapositive

Wat is ontsmetten?
A
Alle vlekken en vuil verwijderen.
B
Met kokend water schoonmaken.
C
Het doden van kleine organismen met een ontsmettingsmiddel.
D
Alle insecten en parasieten in een dierverblijf doden.

Slide 15 - Quiz

Wat kun je op een etiket van de verpakking van een ontsmettingsmiddel lezen?
A
Hoeveel je van het middel moet gebruiken.
B
Wat de juiste omgevingstemperatuur is.
C
Wat de gevaren van het middel zijn.
D
Hoe lang het middel moet inwerken.

Slide 16 - Quiz

nVWA (Warenwet autoriteit)
Als een zorgboer met voedsel werkt met cliënten of hun te eten geeft, moet hij op de volgende punten letten in de Warenwet:
* het bedrijf moet geregistreerd staan bij de nVWA
* De inkoop moet traceerbaar zijn. Bonnen van gekocht eten bewaren is voldoende.
* Je moet werken volgens een voedselveiligheidsplan : de hygiënecode

Slide 17 - Diapositive

Waarom is controle op voedsel belangrijk op een zorgboerderij?
A
Omdat je wilt weten of het eten biologisch is.
B
Omdat je wilt weten of het eten lekker is.
C
Omdat je wilt weten of het eten gezond is.
D
Omdat je wilt weten of het eten veilig is

Slide 18 - Quiz