H2.3 les 1 Lezen feiten en meningen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 2.3 Lezen

KLAS M1 i

WOENSDAG 4 DECEMBER '24

Leerdoelen: 

• 
  
• 
  
• Ik kan een feit en mening herkennen in een tekst.
• Ik weet wat feiten en meningen zijn.

Wat gaan we doen vandaag?

Wat weet je al over de theorie?

Opdracht 1 maken.

Leertekst: feiten en meningen (blz. 80)

Quiz

Start opdrachten en huiswerk

OPDRACHT 1

maken met je klasgenoot

Verschil mening en feit:

feit = informatie, kun je controleren

mening = wat jij vindt

Andere woorden voor mening zijn: standpunt, oordeel, opinie en opvatting

Feit

Mening

Ik vind dat in Nederland veel heuvels voorkomen.

Limburg heeft heuvels, Groningen is helemaal vlak.

Als je een fluohesje draagt in het verkeer, dan val je op.

 
Een bezoek aan een museum is altijd boeiend.

Wat een prachtig doelpunt!

Jeroen zegt dat Nederlands een ontzettend saai vak is.

Iedereen is anders.

Feit of mening?:
Stadskanaal is saai.

1. Feit
2. Mening.

Feit of mening?

Vapen is verslavend.

1. Feit
2. Mening

Hoe heet het hoofddeksel 

van Sinterklaas?

1. tabberd
2. kroon
3. muts
4. mijter

Feit of mening?
Koken is moeilijk.

1. feit
2. mening

oor

kin

oog

neus

Wat zag jij? Een oude of jonge vrouw?

1. Oude vrouw
2. Jonge vrouw

VUL IN:

Vroeger ........... ik in Sinterklaas.

1. geloofte
2. geloofde
3. geloven
4. gelofen

Wat was het beroep van 

Sinterklaas ?

1. Dominee
2. Priester
3. Bisschop
4. Pastoor

Zelf aan de slag!

Hoofdstuk 2.3 LEZEN

Maken: in je schrift 

Blz, 82-83

Opdracht 2 a t/m f    3 a t/m d   4 a t/m e

Dit is ook je huiswerk!