Doelgroepen en Activiteiten


Doelgroepen en Activiteit
Doelgroepen en
en bijpassende activiteiten.
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon


Doelgroepen en Activiteit
Doelgroepen en
en bijpassende activiteiten.

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



Pietje is 3 jaar oud, onder welke doelgroep valt Pietje ?

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Peuterfase 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vanaf welke leeftijd ben je een kleuter ?
  • 4 tot 6 jaar 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet jij nog over de verschillende doelgroepen en bijpassende activiteiten ?


Schrijf dit op je post It en plak deze op het bord.
Ieder voor zich in stilte !

timer
5:00

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leeftijdsgroepen
Baby's 
Peuters
Kleuters
Schoolkinderen
Tieners
Volwassenen 
Ouderen

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

0-2 jaar : Baby
2-4 jaar : Peuter
4-6 jaar : Kleuter
6-12 jaar : Schoolkind
12-18 jaar : Tiener
18-60 jaar : Volwassenen
60 + : Ouderen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke activiteit past bij de doelgroep 'ouderen' ?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

waarom doe je activiteiten met ouderen 
Veel eenzaamheid.
gezellig voor de cliënte.
ze kommen meer in beweging.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat voor activiteiten kunnen ouderen doen?
  • Gezelschapsspellen: denk aan sjoelen/kaarten/ganzenbord
  • Legpuzzels
  • Wandelen (met of zonder rolstoel)
  • Bewegingsspel aan tafel
  • Zittende sport
  • Voorzichtig bewegen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar houd je rekening mee? 
1.Wat weet ik over het persoonlijke leven van mijn oudere?

2. Wat kan mijn oudere wel en niet?
3. Waar beleeft mijn oudere plezier aan? En waar merkte je dat aan? 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mogelijke activiteiten voor jongeren
Recreatieve activiteiten
  • Fietstocht in de buitenlucht 
  • Wandeltocht in de buitenlucht 
  • Bootcamp/Voetbal/e.d. in de buitenlucht 
  • (Online) Game evenement voor jongeren 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van (re)creatieve activiteiten:
> samenwerken/spelen
> bewegen
> zelfstandigheid
> ontwikkeling
> ontmoeten
> ontdekken waar je goed in bent
> ontspanning

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke activiteit hoort bij de cognitieve ontwikkeling?
A
Kruiswoordpuzzels
B
Hardlopen
C
Knutselen
D
Muziek maken

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke activiteit draagt het meest bij aan de ontwikkeling van de grove motoriek van een kleuter?
A
Dansen, fietsen of rolschaatsen.
B
Studeren van een boek over motoriek.
C
Het maken van tekeningen van een onderwerp.
D
Het maken van veel contacten.

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke activiteit draag het meest bij aan de ontwikkeling van het sociale aspect van een peuter.
A
Zo veel mogelijk thuis blijven.
B
Spelen in een omgeving waar de peuter ander kinderen ontmoet, zoals een kinderopvang of speeltuin.
C
Spelen met het juiste speelgoed.
D
Geen activiteit, want de sociale ontwikkeling begint pas na de ontwikkeling van de motoriek.

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je speelt met 1 kind een geur en smaak memory. Je hebt bekertjes neergezet met knoflook, limonade, zout etc. het kind mag ruiken en proeven.

Op welk gebied ben je NIET bezig?
A
emotionele ontwikkeling
B
lichamelijke ontwikkeling
C
sociale ontwikkeling
D
cognitieve ontwikkeling

Slide 17 - Quiz

emotioneel: herken gevoel: bah zout
cognitief: benoemen, herkennen
lichamelijk: proeven ruiken

sociaal: deze activiteit is individueel.