Bezittelijk voornaamwoorden + la familia

Los posesivos

Wat zijn bezittelijk voornaamwoorden? 

bezittelijk voornaamwoorden
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1-3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Los posesivos

Wat zijn bezittelijk voornaamwoorden? 

bezittelijk voornaamwoorden

Slide 1 - Diapositive

Los posesivos

Slide 2 - Diapositive

Let op!

  • Het bezittelijk voornaamwoord is gericht aan het bezit
  • Het bezit is een zelfstandig naamwoord wat er achter staat.
  • Is het bezit meervoud? Dan wordt het bezittelijk voornaamwoord ook meervoud!
  • Bij nuestro en vuestro verandert het ook nog in nuestra en vuestra als het bij een vrouwelijk zelfstandig naamwoord staat.
  • tú = jij     tu = jouw

                                                      
                                                       es nuestro libro    -    es nuestra casa            (mannelijk/vrouwelijk)        
                                                       es mi libro               -     son mis libros              (enkelvoud/meervoud)  


anders dan in het Nederlands
voorbeelden

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

mi
su
nuestros
tu
vuestra
sus

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive


Lees de tekst en schrijf op wat je denkt dat de roze woorden betekenen. 
               Op de volgende pagina kan je je antwoorden controleren.
1.1 MI FAMILIA

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

hija
marido
nieto
madre
abuelo
abuelos
las hijas
los hijos
los hermanos
la hermana
los nietos
la nieta
los nietos

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Lola
Ana
Carlos
Juan
Emilia
Paco
Gloria

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Ken je onderstaande werkwoorden nog?
Deze werkwoorden worden erg veel gebruikt in het
Spaans. Oefen er nog een keertje mee! 
soy
es
somos
sois
tengo
tienes
tenemos
tienen
me llamo
te llamas

Slide 18 - Diapositive

Schrijf de antwoorden 
in je schrift!

Slide 19 - Diapositive

A. 1. tienes
2. tengo
3. tiene
4. tenemos
5. tienen
6. tenéis
7. tiene

B.1. se llama
2. se llama
3. se llaman
4. te llamas
5. me llamo
6. nos llamamos

C. 1. eres
2. soy 
3. son 
4. sois
5. somos
6. es
de antwoorden

Slide 20 - Diapositive

Een gevorderde opdracht! 

Lukt het jou om het juiste werkwoord te kiezen 
en ook nog eens goed te vervoegen?

Slide 21 - Diapositive

Las respuestas
DE ANTWOORDEN!
1. soy  2. Tengo 3. soy 4. Tengo 5. se llama 6. se llama 7. tiene 
8. tiene 9. Tengo 10. se llaman 11. tiene 12. tiene 11. es 12. son 

Slide 22 - Diapositive