Week 12

English
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

English

Slide 1 - Diapositive

To Do:

  • Lesson 1: Theme 3E
  • Lesson 2: Theme 3F + Grammar
  • Lesson 3: Theme 3G + 3H

Slide 2 - Diapositive

Aims
- Je kunt de present perfect en past simple correct gebruiken.
- Je kunt specifieke informatie uit een luisterfragment halen.
- Je kunt informatie halen uit een tekst door deze intensief te lezen.

Slide 3 - Diapositive

Lesson 1: Law & Order

Slide 4 - Diapositive

Check Homework
Theme 3: Exercise 1-10 on p. 51-56 (Activity Book)

Slide 5 - Diapositive

Past Simple and Present Perfect
I visited Italy last year.

I have visited Italy many times.

My car broke down last week.

My car has broken down.

Slide 6 - Diapositive

Past Simple (Verleden Tijd)

for activities or situations at a definite time in the past. => nu afgelopen

yesterday / last week / two minutes ago

I visited Italy last year.
I went to school on Friday.





Present Perfect (Voltooid t.t.)

for things that happened in the past, but the time is not specified/important

for things that started in the past and are still continuing. 

I have visited Italy many times.
My sister has gone to school.




Slide 7 - Diapositive

Past simple or Present Perfect?
1. Hollywood has begun/ began making films in the 1920s.
2. We have seen / saw a great film yesterday.
3. Our TV has broken down / broke down, so we can't watch the show now.
4. She has seen/ saw the film many times.
5. He has lived / lived in Hollywood since July.

Slide 8 - Diapositive

Past Simple of Present Perfect?
1. Is het op dit moment nog aan de gang?
Ja => present perfect (have/hase + voltooid deelwoord)
Nee => vraag 2

2. Gaat het om ervaringen tot nu toe?
Ja => present perfect
Nee => vraag 3

3. Is het resultaat van de actie nu merkbaar?
Ja => present perfect
Nee => past simple

Slide 9 - Diapositive

3E: Grammar
Wat:
Exercise 12 + 13: vul de juiste vorm van het werkwoord in (past simple of present perfect). Gebruik de informatie op p. 35 en p.145.
Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.
Uitkomst: we gaan de antwoorden de komende les nakijken.
Klaar: leer de woorden van A-B-C-D op p. 41/42 (Textbook)

timer
17:00

Slide 10 - Diapositive

Write down the Dutch translations of the following words:

1. confused
2. get away with
3. rude
4. waste
5.case
6.solve
7. grab
8.deny
Write down the English translations of the following words:

9. beboeten
10.onschuldig
11.overval
12.waarschuwing
13.beschadigen
14.schuldig
15. straffen
16. richting

Slide 11 - Diapositive

Wanneer gebruik je de Past Simple?

Slide 12 - Question ouverte

Wanneer gebruik je de Present Perfect?

Slide 13 - Question ouverte

Hoe maak je de Present Perfect?

Slide 14 - Question ouverte

Homework
Finish exercise 12-13  on p. 56-57

Slide 15 - Diapositive

Lesson 2: Law & Order

Slide 16 - Diapositive

Previous Lesson
- Past Simple & Present Perfect
- Exercise 12-13

Slide 17 - Diapositive

3F: Watching
Gericht kijken en luisteren: je zoekt naar specifieke informatie.  Lees altijd de opdracht en vragen goed door, voordat je gaat luisteren/kijken.

Voordat we gaan luisteren:
Exercise 14: lees de tekst op p.35 ( textbook) en de vragen op p.58 (activity book). Geef aan welk dier welke taken doet en beantwoord vraag 7 & 8 in het Nederlands.

Klaar: lees de vragen van exercise 15 goed door.
timer
5:00

Slide 18 - Diapositive

3F: Watching
Exercise 15: lees vraag 1-6 goed door. Bekijk vervolgens Police Animals en beantwoord de vragen tijdens het luisteren.

Slide 19 - Diapositive

3F: Answers
1 A
2 A
3 A
4 B
5 B
6 B

Slide 20 - Diapositive

Homework
Finish exercises: 14-15 on p. 58-59 (Activity Book)
Study Vocabulary A-B-C-D on p. 41-42( Textbook) & Stone 6.

Slide 21 - Diapositive

Lesson 3: Law & Order

Slide 22 - Diapositive

3G: Listening
Omgaan met moeilijke woorden in een luisterfragment.  
Je kunt de betekenis raden:
- doordat je bijvoorbeeld een deel van het woord (her)kent.
- door de context (de zinnen die om het woord staan).

I would advocate a system that is fair to everyone.

Slide 23 - Diapositive

Real Police Work

Slide 24 - Carte mentale

3G: Listening
Exercise 17: bekijk de woorden van 1-6 en bepaal de betekenis van de woorden door naar het fragment Real Police Work te luisteren.

Slide 25 - Diapositive

3H: Reading
Wat:
Exercise 18: bekijk de tekst op p. 36 (textbook), maar lees de tekst nog niet. Beantwoord vraag 1-6 in het Nederlands.
Exercise 19: lees de tekst op p. 36 (textbook) en vul het schema in. Noem voor elk onderdeel van het museum 2 dingen die de auteur leuk vond en niet leuk vond.
Exercise 20: lees de tekst nogmaals en beantwoord vraag 1-6.
Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.
Uitkomst: we gaan de antwoorden de komende les nakijken.
Klaar: leer de woorden van G-H op p. 42.

Slide 26 - Diapositive

Homework
  • Finish exercises 12-20 (p. 56-61 Activity Book)
  • Study the Theme Words from A-B-C-D-G-H (p. 41/42 Textbook).


Slide 27 - Diapositive

Previous Lesson
  • 3C: Reading exercise 5-6-7
  • Remembrance Day

Slide 28 - Diapositive