Week 12

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

English

To Do:

• Lesson 1: Theme 3E
• Lesson 2: Theme 3F + Grammar
• Lesson 3: Theme 3G + 3H

Aims

- Je kunt de present perfect correct gebruiken.

- Je kunt specifieke informatie uit een luisterfragment halen door intensief te kijken en luisteren.

- Je kunt informatie halen uit een tekst door deze intensief te lezen.

Lesson 1: Law & Order

Check Homework

Theme 3: Exercise 1-10 on p. 51-56 (Activity Book)

Past Simple and Present Perfect

I visited Italy last year.

I have visited Italy many times.

My car broke down last week.

My car has broken down.

Present Perfect

Vorm:

have/has + voltooid deelwoord

voltooid deelwoord

regelmatige werkwoorden: ww+ -ed  => visited

onregelmatige werkwoorden: eigen vorm => p.145

Present Perfect ( Voltooid tegenwoordige tijd)

Gebruik:

-om te zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nu nog steeds aan de gang is

-om te praten over ervaringen tot nu toe

-om te zeggen dat iets in het verleden is gebeurd waar je nu het resultaat van merkt

She has lived in London since 2016.

I have visited Italy many times.

My TV has broken down, so I can't watch the show tonight.

Past Simple of Present Perfect?

1. Is het op dit moment nog aan de gang?

Ja => present perfect (have/hase + voltooid deelwoord)

Nee => vraag 2

2. Gaat het om ervaringen tot nu toe?

Ja => present perfect

Nee => vraag 3

3. Is het resultaat van de actie nu merkbaar?

Ja => present perfect

Nee => past simple

Past simple or Present Perfect?

1. Hollywood has begun/ began making films in the 1920s.

2. We have seen / saw a great film yesterday.

3. Our TV has broken down / broke down, so we can't watch the show now.

4. She has seen/ saw the film many times.

5. He has lived / lived in Hollywood since July.

3E: Grammar

Wat:

Exercise 12: vul de juiste vorm van de werkwoorden in (present perfect).

Gebruik de informatie op p. 35 en p.145.

Exercise 13: schrijf bij elk werkwoord een zin in de present perfect.

Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.

Uitkomst: we gaan de antwoorden de komende les nakijken.

Klaar: maak opdracht 8-9-10 (nogmaals) in je werkboek.

D-Speaking & Writing

Maak opdracht 8-9-10 in het werkboek! 

Wanneer gebruik je de Present Perfect?

Hoe maak je de Present Perfect?

Write down the Dutch translations of the following words:

1. describe

2. evidence

3. thief

4. wig

5.suspect

6.investigation

Write down the English translations of the following words:

7. boete

8.onschuldig

9.overval

10.misdaad

11.scar

12.verdwijnen

Homework

Finish exercise 12-13  on p. 56-57

Lesson 2: Law & Order

Previous Lesson

- Past Simple & Present Perfect 

- Present Perfect: positive & negative sentences

- Exercise 12-13

3F: Watching

Voordat we gaan luisteren:

Exercise 14: lees de tekst op p.35 ( textbook) en zet de zinnen in de juiste kolom (welk dier doet wat)

Klaar: lees de vragen van exercise 15 goed door.

3F: Watching

Exercise 15: lees zin 1-6 goed door. Bekijk vervolgens Police Animals en beantwoord de vragen tijdens het luisteren.

3F: Answers

1 A

2 A

3 B

4 B

5 A

6 B

3G: Listening

Gericht luisteren: je zoekt naar specifieke informatie in het luisterfragment. Lees voor het luisteren de vragen goed door, beantwoord vervolgens tijdens het luisteren de vragen.

Voordat we gaan luisteren:

Exercise 16: lees Police notice op p. 36 (textbook) en beantwoord vraag 1-4 in het Nederlands.

3G: Listening

Exercise 17: lees vraag 1-6 goed door. Luister dan naar Dumb criminals en beantwoord de vragen tijdens het luisteren.

3G: Listening Answers

1 rond acht uur ‘s avonds

2 01289 487500

3 50

4 3 dagen

5 Rory

6 Mr Jacobs

Homework

Finish exercises: 14-17 on p. 58-59 (Activity Book)

Study Vocabulary A-B-C-D on p. 41-42( Textbook) & Stone 5.

Lesson 3: Law & Order

3H: Reading

Wat:

Exercise 18: bekijk de tekst op p. 36 (textbook), maar lees de tekst nog niet. Bekijk de tussenkopjes. Welk deel van het museum lijkt jou het interessants en waarom?

Exercise 19: lees de tekst op p. 36 (textbook). De tekst bevat een aantal gaten. Kies voor elk gat (1-6) het juiste woord.

Exercise 20: lees de tekst nogmaals en geef aan of de stellingen (1-7) waar of niet waar zijn.

Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.

Uitkomst: we gaan de antwoorden de komende les nakijken.

Klaar: leer de woorden van G-H op p. 42.

Homework

• Finish exercises 12-20 (p. 56-61 Activity Book)
• Study the Theme Words from A-B-C-D-G-H (p. 41/42 Textbook).