Noteer de belangrijkste kenmerken van het communisme. (minimaal 3, maximaal 5)
De volgende begrippen leg je in eigen woorden uit:
planeconomie, dictatuur.
Bekende voorbeelden.
Symbolen.
Kapitalisme
Noteer de belangrijkste kenmerken van het kapitalisme. (minimaal 3, maximaal 5)
De volgende begrippen leg je in eigen woorden uit:
vrijemarkteconomie, democratie.
Bekende voorbeelden.
Symbolen.
timer
10:00
Gebruik stencil Hoofdstuk 1 Het begin van de Koude Oorlog + internet.
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Russische Revolutie
1917
Communisten grijpen de macht
Tsaar wordt afgezet (en later vermoord)
Geen privé-bezittingen
Alle macht naar de arbeiders en boeren
Vrede sluiten met de Duitsers (Vrede van Brest-Litovsk, 1918)
Slide 7 - Diapositive
Communisme
Er staat: ‘Kameraad Lenin reinigt de aarde van het kwaad’. Een poster uit 1920.
Deze tekening is gemaakt door Viktor Deni. Was Deni een aanhanger van Lenin of een tegenstander van de communisten? Waaraan kun je dat zien?
Slide 8 - Diapositive
Passen de uitspraken bij het communisme?
Hieronder lees je een aantal dingen die mensen zeggen over het communisme. Past het er wel of niet bij?
Wel communisme
Geen communisme
"Er is een groot verschil tussen arme en rijke mensen."
"Ik mag zelf bepalen wat er wordt gemaakt in mijn fabriek."
"Ik krijg als boer even veel betaald als een dokter."
" Elke vijf jaar word er besloten wat we moeten maken in de fabriek."
Slide 9 - Question de remorquage
Leerdoel
Aan het eind van deze les:
weet je welke kenmerken bij het communisme horen en welke bij het kapitalisme.
kun je uitleggen hoe en wanneer de VS en SU bondgenoten werden.
Slide 10 - Diapositive
De tekenaar is een
1
2
3
aanhanger Lenin
tegenstander communisme
4
de Russische tsaar
kapitalist
de Russische kerk
Lenin
Slide 11 - Question de remorquage
Sovjet-Unie
Sinds 1922 de officiële naam voor Rusland
Dictatuur
Eén partij heeft alle macht
Bedrijven in handen van de staat, de staat bepaalt wat er wordt geproduceerd
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Communisme
kapitalisme
Slide 14 - Question de remorquage
Positie van de Sovjet-Unie tussen 1917-1941
Moeizame relatie met andere landen
Enige communistische land ter wereld
Liet bondgenoten in de steek tijdens de Eerste Wereldoorlog
Erg gesloten land
Niet-democratisch
Niet-aanvalsverdrag tussen Stalin en Hitler (augustus 1939)
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
De westerse landen vertrouwden de Sovjet-Unie niet en de mensen in het Westen waren bang voor de communisten. In de Sovjet-Unie was dat andersom: zij vertrouwden het kapitalistische Westen niet.
Hiernaast staan vijf zinnen over de periode 1917-1940.
Welke zinnen geven een reden waarom het kapitalistische Westen de Sovjet-Unie niet vertrouwde?
De Russische communisten lieten tijdens de Eerste Wereldoorlog hun bondgenoten Groot-Brittannië en Frankrijk in de steek en sloten vrede met Duitsland.
Groot-Brittannië en Frankrijk lieten Hitler zes jaar lang zijn gang gaan.
Stalin sloot een verdrag met Hitler om Polen onderling te verdelen.
Westerse landen vochten mee in de Russische burgeroorlog om de communisten ten val te brengen.
De communisten namen na de Russische Revolutie de bezittingen van buitenlanders in beslag.
Slide 17 - Diapositive
Hiernaast staan vijf zinnen over de periode 1917-1940.
Welke zinnen geven een reden waarom de communisten in de Sovjet-Unie het kapitalistische Westen niet vertrouwden?
De Russische communisten lieten tijdens de Eerste Wereldoorlog hun bondgenoten Groot-Brittannië en Frankrijk in de steek en sloten vrede met Duitsland.
Groot-Brittannië en Frankrijk lieten Hitler zes jaar lang zijn gang gaan.
Stalin sloot een verdrag met Hitler om Polen onderling te verdelen.
Westerse landen vochten mee in de Russische burgeroorlog om de communisten ten val te brengen.
De communisten namen na de Russische Revolutie de bezittingen van buitenlanders in beslag.
Slide 18 - Diapositive
Positie van de Sovjet-Unie tussen 1941-1945
Operatie Barbarossa: Duitsland valt de Sovjet-Unie tóch aan
"Een vijand van Hitler is een vriend van ons"
Bondgenoot van Groot-Brittannië en de Verenigde Staten
Doel: verslaan Hitler
Slide 19 - Diapositive
Communisme vs. kapitalisme
Beantwoord de vragen van het stencil. Hiermee oefen je de verschillen tussen communisme en kapitalisme.
Je mag overleggen met je buurman/buurvrouw.
Maximaal 10 minuten.
Slide 20 - Diapositive
Sovjet-Unie
frabrieken en grond zijn van de staat
vrijemarkt-economie
groot verschil tussen arm en rijk
communisme
loon naar behoefte
gelijkheid
meer partijen
democratie
Slide 21 - Question de remorquage
Hoe werd de Sovjet-Unie een bondgenoot van de VS tijdens de Tweede Wereldoorlog?
A
De SU werd aangevallen door Duitsland
B
De Russische Revolutie
C
de VS werden aangevallen door Japan in 1941
D
Het niet-aanvalsverdrag van 1939 tussen SU en Duitsland
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Vidéo
VS
SU
dictatuur
democratie
vrijheid
gelijkheid
kapitalisme
communisme
Slide 24 - Question de remorquage
Slide 25 - Diapositive
Conferentie van Jalta
februari 1945
Slide 26 - Diapositive
De grote drie
Franklin Delano Roosevelt
President van de Verenigde Staten
Jozef Stalin
Leider van de Sovjet-Unie
Winston Churchill
Minister-President van Groot-Brittannië
Slide 27 - Diapositive
Conferentie van Jalta (februari 1945)
Churchill (GB), Roosevelt (VS) en Stalin (SU)
Hoe zien Europa en de wereld er na de oorlog uit?
Wie heeft macht en invloed in Europa?
Wat doen we met Duitsland én de Duitsers?
Slide 28 - Diapositive
Conferentie van Jalta (afspraken) (1)
Oprichting van de Verenigde Naties (VN)
Democratische (door het volk gekozen) regeringen in Europa
Stalin wordt bondgenoot in de oorlog tegen Japan
Straffen van oorlogsmisdadigers
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Conferentie van Potsdam (afspraken)
Denazificatie en democratiseren van Duitsland
Invloedssferen
Bezettingszones: Duitsland en Berlijn worden verdeeld in 4 zones
Slide 31 - Diapositive
De zgn. percentages agreement vond plaats in Moskou 1944, en niet in Jalta. Het is een mooi voorbeeld van hoe de Grote Drie een verdeling voor Europa bedachten.
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Diapositive
Invloedssferen
Verdeling van Europa:
Gebied dat jij hebt veroverd op de Duitsers, daar heb jij invloed
Jij mag bepalen wat in dat gebied gebeurt (economie, politiek)
Vergeet dit ook niet: De ander mag niet ingrijpen in dat gebied, ook al zie je er van alles gebeuren waarmee je het niet eens bent.
Slide 34 - Diapositive
Gevolgen
Er wordt niet meer gepraat
Steeds minder vertrouwen tussen de landen
Geen oplossing voor Duitsland en Berlijn
Ontstaan van twee machtsblokken in Europa
Vergeet dit ook niet: De grens van deze twee blokken loopt dwars door Duitsland (en Europa)
Slide 35 - Diapositive
Amerikaanse buitenlandse politiek na 1945
Beschermen van vrijheid en democratie (Trumanleer)
Actief helpen bij de wederopbouw van Europa (Marshallplan)
Vergeet dit ook niet: met het Marshallplan wilden de Amerikanen ook voorkomen dat Europa voor het communisme zou kiezen.
Slide 36 - Diapositive
Twee groepen:
In de wereld ontstaan door de Koude Oorlog twee groepen:
Het Oostblok (de Sovjet - Unie + bondgenoten)
Het Westblok ( de Westerse landen met de Verenigde - Staten als belangrijkste)